Promovendus spreekt op klimmaattop: ‘Om de gevolgen van klimaatverandering aan te pakken is er grootschalige actie nodig’
Op de klimaattop (COP29) in Bakoe lopen naast regeringsleiders en beleidsmakers ook veel wetenschappers rond. Een van hen is promovendus Sebastian Reyes de la Lanza, hij doet onderzoek naar vrijwillige klimaatactie en deelt zijn belangrijkste bevindingen tijdens deze grote internationale top.
In de wandelgangen van de 29e VN-klimaattop in Bakoe is de frustratie inmiddels duidelijk voelbaar, vertelt Sebastian Reyes de la Lanza. De Radboudpromovendus arriveerde afgelopen zaterdag in de hoofdstad van Azerbeidzjan om zijn eigen onderzoek te presenteren. ‘De top is bijna afgelopen, maar zelfs na twee weken onderhandelen is er nog geen duidelijke overeenstemming’, aldus Reyes de la Lanza.
Het hoofdthema van de top is klimaatfinanciering. Met als belangrijkste vraag hoeveel geld ‘ontwikkelde landen’ aan ‘minder ontwikkelende landen’ zouden moeten geven om hen te helpen met de gevolgen van klimaatverandering. Een kwestie waarover met name regeringen afspraken met elkaar moeten maken.
De bijeenkomst is echter ook een plek waar klimaatexperts de nieuwste kennis en inzichten delen vanuit wetenschappelijke onderzoek. Reyes de la Lanza presenteerde de belangrijkste bevindingen van zijn onderzoek naar de integriteit van vrijwillige klimaatactie. Onderzoek dat onderdeel is van het ACHIEVE-project (Achieving High-Integrity Voluntary Climate Action) en dat wordt gefinancierd door het EU-programma Horizon Europe.
Je doet onderzoek naar vrijwillige klimaatactie, wat is dat precies?
‘Om de gevolgen van klimaatverandering aan te pakken is er grootschalige actie nodig. Maar we zien allemaal dat het nationale regeringen onvoldoende lukt om echt iets voor elkaar te krijgen. Ondanks de mooie afspraken die er eerder op internationaal niveau zijn gemaakt.’
‘Steden, gemeenten, bedrijven, financiële instellingen en NGO’s springen in het gat dat hierdoor ontstaat. Vrijwillige klimaatactie noemen we dat. Bijvoorbeeld het Europees Burgemeestersconvenant voor Klimaat en Energie, waarin lokale overheden zich vrijwillig verbinden om de klimaat- en energiedoelstellingen van de EU te helpen uitvoeren.’
‘De ondertekenaars van het convenant beloven bijvoorbeeld de uitstoot van broeikasgassen op hun grondgebied te verminderen en zich voor te bereiden op de negatieve gevolgen van de klimaatverandering. Maar er zijn bijvoorbeeld ook bedrijven die er in groepsverband naar streven om tot een klimaatvriendelijkere supply chain te komen.’
Waarom is het belangrijk om dit soort initiatieven nader te bestuderen?
‘We zien het laatste decennium een flinke groei van dit soort vrijwillige klimaat-initiatieven. Juist omdat er veel hoop is gevestigd op dit soort initiatieven en omdat er veel geld in omgaat, is het belangrijk ze te monitoren op de resultaten die ze behalen en op hoe integer ze zijn. Onder andere om te voorkomen dat deelnemers zich vooral inzetten om zelf groener voor de dag te komen. Voor mijn onderzoek deed ik daarom een uitgebreide integriteitsanalyse van 267 van dit soort vrijwillige klimaatinitiatieven.’
‘Er worden beloftes gedaan om klimaatneutraal te worden op de lange termijn, maar geen tussentijdse en kortetermijndoelstellingen gesteld’
‘Studies zoals deze zijn erg belangrijk om inzichtelijk te maken onder welke omstandigheden vrijwillige actie ook daadwerkelijk effectieve klimaatactie oplevert. Meer inzicht in wat wel en niet werkt kan bovendien helpen bij het vormgeven van succesvolle toekomstige initiatieven.’
Op welke manier onderzoek je de integriteit van dit soort initiatieven?
‘Ik kijk bijvoorbeeld of een stadsbestuur zijn groene beloften daadwerkelijk nakomt. Zijn ze transparant over de resultaten, leggen ze verantwoording af? Of is er misschien sprake van greenwashing?’
‘Maar daar gaat het niet alleen om, in dit project onderzoeken we ook of de vrijwillige klimaatinspanningen bijdragen aan andere sociale en ecologische kwesties die in een regio kunnen spelen. Of dat ze daar misschien mee in botsing komen.’
Waar kan het bijvoorbeeld mis gaan?
‘Wat we bijvoorbeeld regelmatig zien is dat initiatieven grote beloften doen en hele ambitieuze doelen stellen, maar vervolgens wordt er niet duidelijk hoe en wanneer zo’n doel concreet behaald moet worden. Er worden bijvoorbeeld beloftes gedaan om klimaatneutraal te worden op de lange termijn, maar vervolgens worden er geen tussentijdse en kortetermijndoelstellingen gesteld. Door doelstellingen vaag te houden is het lastig om ze aan hun mooie beloftes te houden en ligt greenwashing op de loer.’
‘We zien ook dat vrijwillige klimaatinitiatieven niet altijd even transparant zijn. Ze rapporteren bijvoorbeeld weinig over hun activiteiten, over de resultaten of de uiteindelijke impact. En we zien een gebrek aan transparantie met betrekking tot hoe initiatieven worden gefinancierd en hoeveel geld ze investeren in hun verschillende activiteiten.’
Hoe ging jouw presentatie?
‘Er is hier natuurlijk ontzettend veel te doen, de hele dag door zijn er lezingen en bijeenkomsten die je kunt bezoeken. We waren daarom blij dat er toch zo’n veertig bezoekers bij ons programmaonderdeel aanwezig waren, die naast mijn presentatie uit meerdere lezingen bestond. Er waren ook mensen die zelf betrokken zijn bij vrijwillige klimaatactie en die bepaalde uitkomsten heel herkenbaar vonden.’
Voor jou is dit de eerste keer dat je bij zo’n grote internationale klimaattop aanwezig bent, hoe is het om daar rond te lopen?
‘Het is fantastisch en heel interessant om mee te maken. Om gelijkgestemden tegen te komen, om lezingen bij te wonen van hooggeplaatste politici, maar ook om te zien dat zelfs hier de grote vervuilers, zoals olie- en gasbedrijven, rondlopen om te lobbyen voor hun zaak.’
‘Ondanks de frustratie die hier nu zeker voelbaar is door het uitblijven van concrete afspraken en ondanks een mogelijke uitkomst die we liever anders zouden zien, denk ik dat het toch belangrijk is dat conferenties zoals deze bestaan. Een plek waar al die verschillende klimaatbelanghebbenden bij elkaar kunnen komen en kennis met elkaar kunnen uitwisselen. Zonder dit soort plekken zou die wereld veel te gefragmenteerd zijn en minder voor elkaar krijgen.’