Collegevoorzitter Daniël Wigboldus neemt afscheid: ‘Het doorhakken van ingewikkelde knopen vergt zorgvuldigheid’

06 jan 2025 ,

Van nature ziet Daniël Wigboldus zichzelf als verbinder. Als voorzitter van het college van bestuur kreeg hij te maken met complexe vraagstukken waarin groepen soms letterlijk tegenover elkaar kwamen te staan. Hoe ging hij daarmee om? ‘Roepen mag, maar dat komt met de verantwoordelijkheid om te luisteren.’ Vandaag neemt de voorzitter afscheid.

Afgelopen zomer wandelde Daniël Wigboldus wekenlang door de bergen in Zuid-Duitsland. Hij gaat elk jaar naar dezelfde camping. Omdat hij vlak vóór de vakantie bekend had gemaakt op 1 januari 2025 te stoppen als collegevoorzitter van de Radboud Universiteit, hoopte hij tijdens de lange wandelingen dingen op een rijtje te kunnen zetten voor de toekomst. Wat hij wilde gaan doen na het voorzitterschap van de Radboud Universiteit, bijvoorbeeld.

‘Drie jaar geleden ben ik begonnen met lange afstandswandelingen, omdat ik me toen voorbereidde op de Vierdaagse’, zegt Wigboldus. De sociaal psycholoog ontdekte dat er dan bijzondere dingen gebeuren in je hoofd. ‘De eerste twee uur zit je nog in het hier en nu. Je denkt nog na over je to-dolijst voor de volgende dag. Maar als je lang genoeg doorwandelt, komen er andere gedachten naar de voorgrond, gedachten waarvan je je misschien niet bewust was dat ze nog speelden in je hoofd.’

Daniël Wigboldus op de introductiemarkt van 2021. Foto: Dick van Aalst

Precies dat gebeurde ook in de Zuid-Duitse bergen. Van vooruitkijken naar de toekomst kwam het nog niet. ‘Ik merkte toen hoe zeer de gebeurtenissen van voor de vakantie me geraakt hadden. De perikelen rondom de pro-Palestijnse demonstraties op de campus, maar ook de viering van het honderdjarig bestaan en het vertrek van mijn collega Han van Krieken.’

Wat hebben die gebeurtenissen met elkaar gemeen?

‘Als bestuurder moet je vaak besluiten nemen in een specifieke situatie en vaak ook onder een bepaalde tijdsdruk. Er moet iets gebeuren, het slechtste wat je kan doen is geen besluit nemen. Tegelijk hebben die besluiten direct impact op mensen, voor wie je je ook verantwoordelijk voelt. Daar heb je je toe te verhouden.’

Speelden dit soort moeilijke keuzes een rol in uw beslissing om enkele maanden eerder dan gepland te stoppen als collegevoorzitter?

‘Nee, daar was een praktische reden voor. 1 januari vond ik een veel logischer moment om te stoppen dan 1 mei, omdat mijn opvolger dan beter haar stempel kan drukken op de volgende beleidsbrief en begroting.’

Hebben de ontruiming van de Erasmustoren en Thomas van Aquinostraat 1 in het voorjaar, vanwege pro-Palestinaprotesten, dan geen enkele rol gespeeld in die beslissing?

‘Misschien onbewust, op de achtergrond. Het was een weloverwogen besluit.’

Van personen uit uw omgeving begrepen we hoezeer de protesten u persoonlijk hebben geraakt.

‘Dat is ook zo. Ik zou wel heel erg van steen zijn als dat me niet zou raken.’

Wat heeft u het meest geraakt rondom de protesten?

‘Ik vind dat we echt ons uiterste best moeten doen om verschillende meningen op de campus voor het voetlicht te brengen, maar het bezetten en schade aanbrengen aan gebouwen is wel een grens. Als die overschreden wordt en we een gebouw vorderen met als gevolg dat de politie ingrijpt, dan is dat voor demonstrerende studenten en medewerkers een heel ingrijpende ervaring. Daar voel je je óók verantwoordelijk voor. Toch weerhoudt dat je er niet van om het besluit te nemen – en daar sta ik nog steeds achter.’

Daniël Wigboldus tijdens de bezetting in het Erasmusgebouw (2024). Foto: Johannes Fiebig

Zou u, met de kennis van nu, dingen anders hebben gedaan om het escalatiemodel van de demonstranten te doorbreken?

‘Sinds de start van het tentenkamp gebruikten de demonstranten een structuur met eisen, wat ik vanuit hun perspectief heel goed snap. Terugkijkend vind ik niet dat het me genoeg is gelukt om die structuur te doorbreken. Ik vraag me vaak af hoe we beter met elkaar het gesprek hadden kunnen voeren, maar om eerlijk te zijn heb ik daar nog geen antwoord op.’

Bij de start van uw voorzitterschap, in 2017, gaf u aan dat u juist mensen wilde binden, het tegenovergestelde van polariseren. Is dat voldoende gelukt tijdens uw voorzitterschap?

‘De vraag impliceert dat het niet altijd is gelukt, maar ik heb wel erg mijn best gedaan om juist die verbinding op te zoeken, binnen en buiten de universiteit. Dus niet alleen op de campus en met het Radboudumc, maar ook in The Economic Board, met andere kennisinstellingen en bedrijven in de regio, met de gemeente en de provincie. Of bijvoorbeeld binnen OnePlanet, waar we samen met de Wageningen Universiteit, het Radboudumc en Imec nieuwe technologie rondom gezond leven en voeding ontwikkelen. Ook bij de Universiteiten van Nederland en het Europese universitaire netwerk The Guild kreeg ik te horen dat ik een verbindende rol heb gespeeld.’

Op de campus daarentegen kwamen groepen toch steeds vaker tegenover elkaar te staan, of het nu gaat om woke, Gaza of sociale veiligheid. Hoe kijkt u naar die ontwikkeling?

‘Onze campus is wat dat betreft echt een weergave van de maatschappij. Alle meningen zijn aanwezig. Tijdens de alternatieve actie tegen de bezuinigingen, afgelopen november voor het Linnaeusgebouw, heb ik op het podium gesproken over het belang van verdraagzaamheid. Het is belangrijk dat we op een universitaire campus alle stemmen kunnen laten horen. Juist op een universiteit moet je uiterst terughoudend zijn in het censureren van afwijkende ideeën of bevindingen, want die leiden vaak tot nieuwe wetenschap of kennis.’

‘Zijn we met zijn allen altijd verdraagzaam genoeg om naar elkaar te luisteren?’

‘Roepen mag dus, maar dat komt ook met de verantwoordelijkheid om te luisteren naar elkaar. Ik vraag me wel af of we met zijn allen altijd verdraagzaam genoeg zijn om ook dat te doen. Luisteren naar elkaar is van groot belang in een wereld waarin dingen zo snel kunnen veranderen en standpunten uit elkaar komen te liggen. Zijn we in staat dat van elkaar te verdragen?’

Om het luisteren naar elkaar te bevorderen waren er tijdens uw voorzitterschap verschillende dialoogsessies op de campus, bijvoorbeeld over de identiteit van de universiteit of over sociale veiligheid. Daar kwam ook kritiek op. “Waar blijven de besluiten?”, vroeg hoogleraar Klaas Landsman zich af in een opiniestuk op Voxweb.

‘Als college van bestuur hebben we zeker knopen doorgehakt. Maar soms zijn het ingewikkelde knopen, met grote gevolgen voor betrokkenen. Dat vergt zorgvuldigheid. Je kunt vinden dat we te veel luisteren of te veel de dialoog opzoeken, maar voor een gedragen en afgewogen besluit vind ik dat belangrijk.’

Volgens de pro-Palestinademonstranten hadden de banden met Israëlische instellingen allang verbroken moeten worden. De adviescommissie internationale samenwerkingsverbanden is volgens hen een manier om alles op de lange baan te schuiven. Kunt u zich verplaatsen in die gedachte?

‘Ik begrijp hun ongeduld, maar ook hier is zorgvuldigheid geboden. Wat in het Midden-Oosten gebeurt is verschrikkelijk, dat hebben we meteen aangegeven als cvb. De mensenrechtenschendingen, het geweld en het niet toelaten van humanitaire hulp zijn afschuwelijk. In een open brief in Trouw hebben de rectoren het belang benadrukt van het aanhouden van banden met collega-wetenschappers, juist ook in moeilijke tijden. Tegelijkertijd willen we wel weten wat dat precies betekent en waar we wel of niet onbedoeld aan bijdragen. Dat is een ingewikkelde vraag. De adviescommissie buigt zich nu over deze kwestie.’

Bij de opening van HFML-FELIX in 2019, met toenmalig onderwijsminister Ingrid van Engelshoven. Foto: Dick van Aalst

Voor u collegevoorzitter werd was u decaan, dus u kende de universiteit al goed. Was dat een voordeel of een nadeel?

‘Allebei. In het begin had ik even tijd nodig om te wennen aan mijn nieuwe rol. Vanaf wanneer voelen anderen en voel jezelf dat je de voorzitter bent? Al snel gingen we aan de slag met de ontvlechting van de universiteit en het Radboudumc, wat een intensief traject was. Daar was het een voordeel dat ik de medische faculteit al kende.’

Met Alexandra van Huffelen is gekozen voor een collegevoorzitter met een heel ander profiel. Een goede zaak?

‘Je moet nooit over je graf heen regeren, vind ik, en ik was niet betrokken bij de selectie van de toekomstige collegevoorzitter. Dat gezegd hebbende: natuurlijk kan het een nadeel zijn dat iemand van buiten de organisatie nog moet leren kennen. Tegelijk is het een voordeel dat iemand dat met een frisse blik en veel ervaring doet en daarmee vernieuwing brengt. In veel universitaire besturen zie je daarom een mix van binnen en buiten. Dat is gezond. En onze vicevoorzitter en rector kennen de universiteit natuurlijk goed.’

Wat wordt haar grootste opdracht?

‘De bezuinigingen op het hoger onderwijs. Het belang van universiteiten moet daarom continu voor het voetlicht gebracht worden.’

‘Als je kijkt naar de geopolitieke uitdagingen waar Europa voor staat, dan is de rol van universiteiten en kennisinstellingen daarin heel belangrijk. Naast een Nijmeegse, Gelderse en Nederlandse zijn we ook een Europese en een meertalige universiteit. Afgelopen jaren hebben we sterk geïnvesteerd in het NeuroTechEU, een gezamenlijk initiatief van Europese universiteiten. Dat soort ontwikkelingen wordt alleen maar belangrijker.’

Daarnet vertelde u dat u tijdens uw wandelvakantie ook moest terugdenken aan het vertrek van rector magnificus Han van Krieken, na het openbaar maken van een klacht over grensoverschrijdend gedrag. Hoe kijkt u daar op terug?

‘Het is erg belangrijk dat sociale veiligheid aan universiteiten een bespreekbaar thema is geworden. Tegelijkertijd zie je ook dat alles zwaar wordt gewogen, zeker voor mensen in leidinggevende posities. Die hebben een extra verantwoordelijkheid. In het geval van onze voormalige rector ging het om woordkeuzes in het moment en de interpretatie daarvan die grote gevolgen hebben gehad voor alle betrokkenen.’

‘Zorgvuldigheid in hoe we met en over elkaar praten ontbreekt nogal eens. Dat vind ik ingewikkeld’

‘Uiteindelijk gaat het altijd om de impact van jouw gedrag op anderen. Dat geldt voor Han als hij op een bepaalde manier is overgekomen op een medewerkster; dat geldt ook voor de wijze waarop media daarover berichten en voor de manier waarop mensen daar vervolgens op reageren. Daar zie je hoe snel dingen kunnen escaleren, met alle gevolgen van dien. Zorgvuldigheid in hoe we met en over elkaar praten is zó belangrijk en dat ontbreekt nogal eens. Dat vind ik ingewikkeld.’

Had u, achteraf gezien, iets anders kunnen doen vanuit uw rol als collegevoorzitter?

Lange stilte. ‘Als cvb hebben we destijds aangegeven dat we het moedig vonden dat Han zijn taken neerlegde om ruimte te scheppen, ook voor de viering van het honderdjarige bestaan van de universiteit. Dat waren weken waarin we als cvb in korte tijd veel besluiten moesten nemen met grote gevolgen voor betrokkenen. En daarin hoop je het goede gedaan te hebben. Of het minst slechte. Ik vond het heel moedig, en goed, dat Han onder de omstandigheden van dat moment tijdens de festiviteiten aanwezig was.’

Heeft u in die periode overwogen zelf op te stappen?

‘Niet echt. Het was geen makkelijke periode maar ik voelde een grote verantwoordelijkheid naar alle betrokkenen en de universiteit om zo goed mogelijk invulling te geven aan mijn werk.’

‘Tijdens de viering het podium opgaan om iets te zeggen, terwijl iedereen weet wat er speelt, en dan de juiste woorden zoeken. En de zorgvuldigheid betrachten om in zo’n situatie toch proberen te verbinden. Dat is niet weglopen, dat is er proberen te zijn. Daar heb ik voor gekozen.’

Heeft u nog veel contact met Han van Krieken?

‘We appen af en toe en ontmoeten elkaar geregeld bij evenementen.’

U was collegevoorzitter tijdens de coronacrisis, die een grote impact had op het studentenwelzijn. In hoeverre speelt dat nog door in het leven van de huidige studentengeneratie?

‘Dat is lastig om te zeggen, want er is geen vergelijkbare groep studenten die corona niet heeft meegemaakt, die we ertegenover kunnen zetten. Bij mijn eigen kinderen heb ik wel gezien wat er verloren gaat als je gedwongen de hele tijd achter een beeldscherm zit. Elkaar ontmoeten in het verenigingsleven, samen sporten of muziek maken: dat is zo ontzettend belangrijk, maar dat kon niet meer.’

De dies van de Radboud Universiteit in 2020, tijdens de coronacrisis. Foto: Dick van Aalst

‘Ik kijk met veel respect naar de studenten en alle medewerkers die toen het universitaire leven gaande hebben gehouden, maar het deed me ook erg veel deugd toen de campus opnieuw tot leven kwam. Wij willen faciliteren dat iedereen die thuishoort op een universiteit zich er daadwerkelijk thuis voelt en volop van het studentenleven kan genieten. Omdat het voor je ontwikkeling als student zo belangrijk is.’

Wat is uw mooiste herinnering als voorzitter?

‘In gesprek gaan met wetenschappers, medewerkers of studenten die je enthousiast meenemen in hun ideeën, waardoor ze de tijd uit het oog verliezen. Ik heb weleens ondernemende studenten op bezoek gehad die hun pitch namens hun Mercator Launch-traject kwamen oefenen. Dat waren de krenten in de pap van mijn agenda – je kunt niet overal ja op zeggen – maar als je dat soort dingen nooit doet, mis je het leukste. Of dat je rondgeleid wordt bij HFML-FELIX, waar een wetenschapper uitlegt waarom een magneet zo belangrijk is voor de hielprik in het Radboudumc. Daar word ik enthousiast van.’

‘Vanuit de OR en de USR kwamen geregeld scherpe vragen, bijvoorbeeld over de gedragscode’

‘Ik ben ook een keer twee uur naast postbezorger Michel Derksen op de wagen gaan zitten, dat was erg leuk en inzichtelijk. Zonder de passie van medewerkers van de professionele diensten zouden we hier niet aan onderwijs en onderzoek kunnen doen. Ook van de discussies met de medezeggenschap heb ik genoten. Vanuit de OR en de USR kwamen geregeld scherpe vragen, bijvoorbeeld over de gedragscode. “Moet dat nou?”, heb ik wel eens gedacht. Maar zo zijn we tot een document gekomen dat breed gedragen werd. Dus ja, dat moet.’

Daniël Wigboldus houdt een toespraak tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs op de Nijmeegse campus (2024). Foto: Dick van Aalst

Weet u al wat u hierna gaat doen?

‘Nee. Ik houd van wetenschappelijk onderwijs en onderzoek op de vierkante millimeter, maar ook van de diversiteit van taken in een baan als collegevoorzitter. Misschien zoek ik iets waar ik beide elementen met elkaar kan combineren. Ik wil me graag blijven verbreden én verdiepen.’

‘Maar eerst ga ik even ontkoppelen tijdens een sabbatical. Ik zal de tijd gebruiken om me in te lezen in mijn vakgebied en daarbuiten en om contacten aan te halen. En om te wandelen, net zolang tot er weer nieuwe inzichten naar boven komen.’

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!