Druk druk druk
‘Wat knap dat je kinderen en carrière kunt combineren.’ Als ik dat weer eens hoor, vraag ik me af hoe vaak dat tegen mannen wordt gezegd. Maar daar wil ik het nu niet over hebben; wel over het feit dat ik het een voorrecht vind om kinderen en carrière te mogen combineren, en dat ik er blijkens experimenteel onderzoek ook nog eens gelukkig van word.
Laat een groep mensen twee enquêtes invullen met vijftien minuten ertussen. Laat de deelnemers kiezen om gedurende die vijftien minuten een korte of lange afstand te lopen om de eerste vragenlijst in te leveren en geef ze dezelfde beloning. Degenen die de korte afstand lopen, moeten blijven wachten tot de tweede enquête ingevuld kan worden, en degenen die de lange afstand lopen, mogen meteen verder met de tweede.
Dan kiest de meerderheid voor de korte afstand. Geef mensen vergelijkbare maar verschillende beloning — denk aan witte versus pure chocolade — dan kiest de meerderheid voor de lange afstand. Onderzoek vervolgens welke mensen het gelukkigst zijn na afloop van het experiment, en degenen die de lange afstand hebben gelopen zijn gelukkiger.
Oftewel, we dénken een voorkeur voor verveling te hebben, maar worden juist gelukkiger van bezig zijn. Daarom laat het vliegveld in Houston ons langer lopen naar de bagageband, met als gevolg dat het aantal klachten is verminderd. Een mogelijke verklaring is dat we minder negatieve emoties ervaren als we druk zijn.
Kortom ik ben een drukke en gelukkige moeder, wetenschapper en politicus. En ik heb drukke kinderen, dus die moeten ook gelukkig zijn. Alhoewel? ‘Kinderen hebben het druk. Ja, je moet wat verzinnen om je ouders te ontlopen’, aldus Loesje.
Lees alle columns van Esther-Mirjam Sent