‘Bijna’ klaar
Tijdens de zondagsbrunch in een bekend Nijmeegs etablissement wordt aan mijn tafelgenoot gevraagd hoe het met diens proefschrift gaat. Naast ons bloedt een hond op de vloer, maar dat heeft niets met die vraag te maken. Wel zijn beide situaties pijnlijk, gênant en vervelend.
De vraagsteller weet ook wel dat je zulke vragen niet hoort te stellen, maar zit nog maar zo kort in deze promotiewereld dat er eigenlijk niks kwalijk te nemen valt. Wij (veteranen) zagen vroeger ook die ‘bijna klaar’-promovendi, met hun zombieachtige uitstraling en een lege blik in de ogen, altijd in de rij voor een nieuw infuus koffie. Zo zouden wij niet worden.
Meer dan een jaar zei ik dat mijn proefschrift bijna klaar was. Het wás ook echt steeds bijna klaar, er was geen woord gelogen: ‘bijna’ is een relatief begrip. Als je dataverzameling klaar is hoef je eigenlijk alleen nog maar te schrijven. Bijna klaar dus. En op een gegeven moment hoef je ‘alleen nog maar’ de inleidende en uitleidende hoofdstukken te schrijven. Makkelijk gezegd (= ‘bijna klaar’), maar in die hoofdstukken hoort juist je jarenlange noeste arbeid samen te komen. Niet zo makkelijk geschreven dus.
Ondertussen is het ook niet heel vreemd als je behalve die vragen gewoon helemaal níks meer wilt horen over promoveren of de wetenschap. Zelfs procrastineren lukt niet: PhD Comics zijn niet grappig meer, maar ronduit wreed. De #whatshouldwecallgradschool-Tumblr voelt als een trap in je genitaliën, ‘Big Bang Theory’ is een horrorshow. In ‘Still Alice’ kom je niet verder dan een paar bladzijden, want het gaat over een professor in jouw vakgebied. Ook ‘The Circle’ kun je niet lezen: gaat over werkdruk. En dus refresh je 9gag continu en ga je op zondag brunchen.
De hond, zich van geen kwaad bewust, probeert zijn baasje te knuffelen, terwijl dat baasje verwoed probeert het bloed weg te vegen. Ooit zal het lukken. Zoals mijn tafelgenoot ook ooit weer #whatshallwecallgradschool-gifjes door zal sturen.
Als ‘bijna klaar’ betekent: ‘alleen nog maar de referenties checken’.
Lees alle columns van Merel van Goch