Brakkenstein
Ik kom naar park Brakkenstein als ik moet nadenken. Het liefst als de regen met bakken uit de lucht valt en als het dondert, hoost en alle andere mensen thuisblijven. Winterjas aan (die is waterdicht), kop koffie mee (in de avond whisky) en de muziek op die inmiddels al vier jaar op mijn telefoon staat. Ik word er rustig van, het helpt me om dingen op een rijtje te zetten. Wat ik vandaag op een rijtje moet zetten? Alles van de afgelopen drie maanden. Ik moet een column schrijven, maar ik zou niet weten waar ik moet beginnen. Er is zo veel gebeurd sinds Aniek (alias Daphne) is overleden.
Ik ben voor het eerst weer terug geweest op mijn kamer in Nijmegen, ik ben voor het eerst weer in de kroeg geweest, ik ben voor het eerst zonder Aniek naar een verjaardag gegaan en ik ben voor het eerst volledig in paniek geraakt van de eenzaamheid. Ik heb geduploot met mijn kleine neefje en ik ben wezen stappen op de Tilburgse kermis, maar ik heb ook de kleren van Aniek uitgezocht en jankend haar dagboeken doorgenomen. Het is zwaar allemaal, maar het moet, denk ik. De confrontatie aangaan, proberen de draad weer op te pakken en alles weer voor het eerst meemaken.
Als mensen me vragen hoe het met me gaat, teken ik met mijn vinger een grafiek in de lucht. Een licht golvende lijn in periodes dat ik niet drink, vroeg naar bed ga en goed eet. Pieken en dalen, maar vrij stabiel. Een hevig golvende lijn teken ik in periodes dat ik ga stappen, feestjes bezoek en emotionele dingen niet ontwijk. Hoge pieken, diepe dalen. Na een avond uit moet ik me dagenlang bijeen rapen. Maar het is of dat of thuisblijven. De vraag is wat het beste is.
In het park baan ik me voorzichtig een weg door de modder. Ik ontwijk een plas en neem een slok van m’n koffie. Voorlopig kies ik ervoor om niets uit de weg te gaan en zo veel mogelijk te leven zoals vroeger. Stappen, huilen, rouwen, studeren. En columns schrijven. Tot over twee weken.
Lees alle columns van Sjors