column

Privéles

05 feb 2020

Of ik het erg vind dat haar katten er ook zijn, vraagt mijn docent – een filosofe met grijs krullend haar – als ze de deur opendoet. We hebben afgesproken op haar kantoor. Op de bureaustoel zit een grijze kat. De andere, iets dikkere kat heeft zich in de vensterbank genesteld. Ik neem plaats op een ouderwetse bank. Alles hier doet eerder denken aan een woonkamer dan een kantoor.

De reden dat we hier zijn is duidelijk: vanaf dit trimester volg ik een nieuw keuzevak – Feminist Perspectives on the Body – dat zij doceert. En ik ben haar enige student. Omdat niemand anders het vak koos, krijg ik privéles.

‘Dus, wat wil je deze acht weken gaan doen?’ vraagt mijn docent, terwijl ze me verwachtingsvol aankijkt.

Van tevoren had ze alvast de leeslijst doorgestuurd – met onderwerpen als ‘seksueel geweld’, ‘de medicalisering van het lichaam’ en ‘transseksualiteit’. Uit de onderwerpen mag ik vier thema’s kiezen. Maar, liet ze weten, als ik iets anders wil doen, kan dat ook: ‘We can always change the course.’

Toen ik mijn vader over de telefoon vertelde dat ik écht helemaal in mijn eentje les krijg en zelf mijn vak mag bepalen, moest hij hard lachen. ‘Ze hebben zeker wel genoeg geld daar’, zei hij. En dat is waar. In Nijmegen had ik al geluk met kleinschalig onderwijs – filosofie is nou eenmaal een kleine studie – maar in Oxford is de persoonlijke begeleiding wel héél luxe. Tot mijn master werden dit jaar maar dertien studenten van de 105 aanmeldingen toegelaten. Iedereen heeft naast een scriptiebegeleider ook nog een college advisor die je helpt om beurzen aan te vragen en zich over je persoonlijk welzijn bekommert. En elke week hebben we als klas een mentorsessie, waarbij onze mentor chocola en koekjes meeneemt.

Superluxe, maar zo’n omgeving geeft ook druk. Kwam ik in Nederland nog wel eens onvoorbereid naar de les, hier kom ik echt niet meer onder de ellenlange leeslijst uit. En het blijft onwennig: een uur lang een-op-een je ideeën bespreken met docenten wiens handboeken je al jarenlang in de kast hebt staan. Een beetje zenuwachtig vraag ik aan mijn docent of ik écht alles van de leeslijst moet lezen, zo’n twintig artikelen en drie boeken per les. ‘Nee hoor’, zegt ze lachend. ‘Kijk maar wat lukt.’

Na onze kennismaking fiets ik naar de bieb, om alvast te beginnen met lezen. Over twee weken is mijn eerste echte les. Gelukkig ben ik niet helemaal alleen: de katten zijn er dan ook weer.

Lees alle columns van Lara Maassen

1 reactie

  1. T. Leurgesteld schreef op 6 februari 2020 om 17:37

    “Elke week hebben we als klas een mentorsessie” … “Over twee weken is mijn eerste echte les”…. sjongejonge, en deze studente studeert daadwerkelijk in OXFORD, met zo’n tenenkrommend middelbare school-vocabulaire?

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!