90.000 euro. Dat is het bedrag dat je als starter gemiddeld zelf moet meenemen om een huis te kunnen kopen. Columnist Lucienne van der Geld denkt mee over oplossingen voor de jonge woningzoekende.

‘Hotel Mama’ – het opnieuw intrekken bij je ouders na je studie – wint door de woningnood aan populariteit. Afgelopen weekend verscheen in De Speld een briljante upgrade van dit concept. Is je kamer in het ouderlijk huis inmiddels in gebruik voor andere doeleinden? Geen probleem: je verhuist gewoon weer naar de buik van je moeder. Zo vond Casper na zijn afstuderen een ‘woning’. En het mooie: hij eet gratis mee met zijn moeder. Ook dat scheelt in de kosten!

Afgelopen week bracht MUNT Hypotheken cijfers over 2024 naar buiten. Wat blijkt? Als starter moet je ongeveer 90.000 euro aan eigen geld hebben om een huis te kunnen kopen. Je leest het goed: 90.000 euro! Dat geld komt vaak niet alleen uit de eigen spaarrekening, maar ook uit leningen of schenkingen van familie. En als de voorspellingen over prijsstijgingen uitkomen, wordt het eigen geld dat je in 2025 moet hebben alleen maar meer.

Na hun studie willen veel jonge mensen graag een huis kopen, maar financieel is dat vaak een brug te ver. “Wij konden toen ook niet meteen een huis kopen!”, is een veelgehoorde reactie van de oudere generaties. En ja, als je alleen naar de gemiddelde leeftijd kijkt waarop iemand zijn eerste huis koopt, dan klopt dat misschien wel. Maar de woningnood van vandaag is een stuk ingewikkelder dan vroeger. Kijk maar eens naar de beschikbaarheid van betaalbare huurwoningen. De Wet betaalbare huur, die sinds 1 juli 2024 geldt, krijgt weinig positieve recensies. Er wordt vooral gesproken over ‘onbedoelde neveneffecten’…

‘Weet je nog wat het grappig bedoelde advies was van woonminister Hugo de Jonge?’

Daarnaast spelen er nog allerlei andere factoren mee. Boodschappen zijn bijvoorbeeld duurder dan ooit, en steeds meer mensen werken parttime. Fulltime werken is in sommige gevallen zelfs niet aantrekkelijk door de belastingdruk, de toeslagen of omdat die banen niet eens bestaan in bepaalde sectoren.

Kortom, het blijft voorlopig nog wel aanrommelen op de woningmarkt, vooral als er geen goed doordacht nationaal plan ligt. Weet je nog wat het grappig bedoelde advies was van woonminister Hugo de Jonge? Een partner zoeken. En als je het nog wat wranger wilt maken: een partner met kapitaalkrachtige schoonouders. Samen sta je sterker op de woningmarkt. En hoewel de belastingvrijstelling van 100.000 euro voor de woningmarkt inmiddels verleden tijd is, kun je nog steeds fiscaal voordelig gebruikmaken van je (schoon)ouders als bank.

Wil je echt de jackpot winnen? Overweeg dan polyamorie. Meer partners is meer financiële power. Natuurlijk, dat brengt weer nieuwe uitdagingen met zich mee, maar daar zal ik vast nog eens een column aan wijden.

Lees alle columns van Lucienne van der Geld