Kreupele lammetjes
In de restanten van het Spinozagebouw organiseerde de Radboud Jonge Akademie een paneldiscussie over Erkennen en Waarderen. Een succesvolle biomedicus betoogde dat impactfactors de eerlijkste manier van beoordeling zijn voor zijn veld. De andere spreker in het panel, een sociaal geograaf, stelde dat focus op H-indexen juist voor valse data en frauduleuze artikelen zorgt. Wetenschappers doen nu immers álles voor de citaties.
De discussie begon dus goed, maar dat was van korte duur. Even later vochten de heren uit wiens veld het meest corrupt was, de biomedische of de sociale wetenschappen. Een collega naast me baalde: ‘We hadden popcorn moeten meenemen.’
Veel overeenstemming vonden de sprekers dus niet. Over één ding waren ze het echter wel roerend eens. De geograaf begon zijn presentatie met een foto van een kermend, kreupel lammetje met een ledemaat te veel. Wetenschappers moeten nu excelleren op verschillende taken tegelijkertijd: onderzoek, valorisatie, management, en oh ja, ook nog onderwijs. De universiteit zoekt en kweekt dus schapen met vijf poten, zo betoogde de spreker. En dit fokprogramma gaat ten koste van academici.
‘De geograaf begon zijn presentatie met een plaatje van een lammetje met te veel ledematen’
De biomedicus had geen misvormde dieren in zijn Powerpoint, maar stelde ook dat academische carrières meer specialistisch moeten worden. Naar Amerikaans voorbeeld zouden Nederlandse universiteiten onder andere een ‘teaching track’ en een competitieve onderzoeksroute kunnen creëren.
Wilhelm von Humboldt zou er van gruwen, dacht ik nog. Betoogde deze grondlegger van de moderne universiteit niet dat de docent en de onderzoeker dezelfde persoon moeten zijn? En dat die verschillende rollen elkaar aanvullen? Toen ik na de bijeenkomst op onderzoek uitging, bleek ik in de Humboldtmythe te zijn getrapt. Von Humboldt heeft de docentonderzoeker nergens bepleit. Sterker nog, hij erkende zelfs dat sommige wetenschappers nou eenmaal gemaakt waren voor een kluizenaarsleven in hun studeerkamer, terwijl anderen de collegezalen opzweepten. En dat was maar beter zo.
Politicoloog John Dreijmanis betoogt in Times Higher Education daarom dat we het mythische ideaal direct moeten loslaten. Psychologisch onderzoek zou laten zien dat succesvolle onderzoekers en succesvolle docenten totaal verschillende persoonlijkheidstypen hebben. De gewaardeerde onderzoekers zouden vaker introvert en, ja, soms zelfs onvriendelijk zijn. Geliefde docenten zijn daarentegen extravert en open. Als je hun talenten maximaal wil benutten, moet je beide typen wetenschappers laten specialiseren.
‘Elke student heeft wel eens een docent voor een werkgroep gehad die overduidelijk geen zin had om daar te staan’
Moderne samenlevingen zijn gebouwd op dit soort arbeidsdeling. Doordat mensen specialiseren in een vak of ambacht, kunnen we diensten en dingen van de hoogste kwaliteit produceren. Zo hoeven we niet zelf bessen te verzamelen en vachten aan elkaar te naaien voordat we gevoed en gekleed naar kantoor afreizen. Of dat alleen maar vooruitgang is, daar valt over te twisten, maar het maakt ook een hoop mogelijk.
Die arbeidsdeling is in de universiteit nooit goed doorgevoerd. De enige manier om academisch carrière te maken, is het binnenhalen van beurzen om je onderwijs af te kopen. Hoe succesvoller de wetenschapper, hoe minder zij studenten ziet. College geven is in deze logica een straf. Elke student heeft daarom wel eens een docent voor een werkgroep gehad die overduidelijk geen zin had om daar te staan. Niemand wordt hier gelukkig van.
Erkennen en Waarderen wil daarom ruimte creëren voor verschillende ‘academische profielen’ en gediversifieerde academische carrières. Twee eeuwen na de stichting van Humboldts Berlijnse universiteit lijkt het me de hoogste tijd. Met een goede arbeidsdeling hoeven we niet meer naar kreupele lammetjes te kijken.
Lees alle columns van Adriaan Duiveman
Jan Bransen schreef op 16 november 2021 om 11:10
Deze column gaat over een andere Humboldt-mythe, dan degene die ik ken. Volgens mij is Humboldt’s academicus typisch een geleerde, iemand die volstrekt gedreven wordt door zijn eigen passie om te weten, om zijn eigen nieuwsgierigheid toonaangevend te laten zijn in alles wat hij doet. Hij wordt niet gedreven door maatschappelijk aanzien of maatschappelijke relevantie. Hij is niet met een loopbaan bezig.
Daarin zie ik een echte verandering met de generaties die tegenwoordig de universiteit bevolken: ze zijn allemaal zó bezig met hun loopbaan. Alsof het daarom gaat.
Als Humboldt dat zou constateren in de discussie tussen de biomedicus en de geograaf, dan zou hij er inderdaad van gruwen. Maar dat heeft niets met de verbinding of de splitsing tussen onderwijs en onderzoek te maken.
Over die arbeidsdeling verschil ik van mening met deze column. Wat mij betreft is de arbeidsdeling aan de universiteit (maar ook in breder maatschappelijk verband) veel te ver doorgevoerd, terwijl *intellectuele arbeidsdeling* helemaal niet zo’n zinnig idee is.
Een vergelijking: je kunt anderen wel voor jouw eten laten zorgen, maar je kunt ze jouw eten beter niet namens jou laten opeten. Idem dito voor denken: je kunt nog wel accepteren dat anderen goed voor jouw denken zorgen, maar je kunt jouw denken niet aan hen uitbesteden.
Over onderwijs en onderzoek: dat we die twee tegen elkaar hebben uitgespeeld in de manier waarop we aan de universiteit erkennen en waarderen is een kwalijke zaak. Het maakt onderwijs inderdaad het kind van de rekening. Komt ook doordat we zo hameren op prestaties en de bijbehorende loopbanen in een competitieve setting.
Wat mij betreft is een docent op haar best als zij onderzoeker is en omgekeerd is een onderzoeker ook op haar best als zij docent is. Onderzoekers hebben namelijk een buitengewoon *lerende* instelling: ze willen begrijpen en worstelen met de manieren waarop ze voldoende grip kunnen krijgen op hun eigen onbegrip en onwetendheid. Ze zijn op een bepaalde manier de typische eeuwige student. Daarmee zijn ze buitengewoon goede voorbeelden voor hun studenten, dus laat ze alsjeblieft zo doceren. Maar helaas laten veel academici hun onderzoekende houding thuis als ze gaan doceren. Dat vind ik jammer en kwalijk voor zowel de studenten als de docenten.
Nannette E. Dapper schreef op 22 november 2021 om 17:54
BLIJF ALTIJD ONDERZOEKEN, EN BEHOUDT HET STEEDS WÉÉR HET MOOIE EN HET GOEDE EN ÓÓK HET LEUKE, DUS(CH) HOU VERS(CH)E GOEDE MOED, GIJ ALLE KWEETALS , PRWITZKOVSKY’S , SICKBOCK & PIEPS VAN DEZE WONDERLIJKE WERELD .