column

Messy desk policy

15 mrt 2023

Ze waren er heus niet op uit om onze ‘persoonlijke spulletjes’ van onze bureaus te plunderen. Dat zei de werkconceptadviseur. Hij stond voor een bomvolle collegezaal met letteren- en FFTR-medewerkers. Volgens zijn voorstelslide was de adviseur een people manager ‘met de doelgerichtheid van Krav Maga en het strategisch denken van een schaker’. Nu moest hij de wantrouwende hoofdarbeiders uitleggen hoe zijn adviesbureau ons ging helpen om een werkplek te krijgen waar we trots op waren.

De inwoners van het Erasmusgebouw moeten namelijk verhuizen en ze kijken niet uit naar de exodus. De grote angst: kantoortuinen. Maar die vrees was niet nodig, zo verzekerde de adviseur. Hij was geen flexplekfanaat en zijn adviesbureau was geen ‘team glasplaat’. Ook onze boeken, zo vervolgde de adviseur, hoefden echt niet weg. Die hadden zo’n ‘goede uitstraling naar de studenten toe’, want een boek was ‘zo’n gaaf product’.

De adviseur moest de stapels boeken op mijn bureau eens zien. Daar is weinig uitstralends aan. Toch wil ik niet zonder. Ik mocht onlangs naar een andere Erasmiaanse verdieping verhuizen, maar mijn werkplek was al snel weer zo rommelig als daarvoor. Een keer in de week mest ik de boel uit, maar een paar dagen later liggen ze er weer: hopen papier, stapels boeken en heel veel rondslingerende to-dolijsten.

Zou ik graag willen dat mijn bureau minder rommelig was? Absoluut. Maar ik zou het tegenovergestelde ook niet willen: een onberispelijk, leeg werkblad. Toch is dat de pijnlijke realiteit voor heel veel Nederlandse kantoorwerkers. Flexwerkplekken hebben een strikte clean desk policy. Aan het einde van een dag moet de medewerker al haar spullen weer van het bureau plukken. Om ze vervolgens mee te nemen naar huis of ze in een piepklein kluisje te drukken.

In zijn boek Messy: How To Be Creative in a Tidy-Minded World beschrijft econoom en wetenschapsjournalist Tim Harford hoe contraproductief die clean desk policies zijn. Harford haalt onder andere studies van de University of California San Diego aan waarin de onderzoekers een onderscheid maakten tussen ‘neats’ en ‘scruffies’. Het eerste type medewerkers categoriseerde alle documenten in dossiers en hield het bureau leeg. De tweede categorie had stapels papier op het bureau.

Wie van de twee was het meest georganiseerd? De eerste, zo zou je zeggen. Maar het bleek dat de scruffies ook een natuurlijke ordening in hun stapels kregen. Datgene wat het belangrijkste was, eindigde vanzelf bovenaan de stapels. En datgene dat minder belangrijk was, verschoof vanzelf naar beneden. Door al het opruimen en categoriseren over te slaan, konden de scruffies met hun stapelprioriteit juist efficiënter werken.

Rommelige bureaus zien er niet uit. Ze hebben geen uitstraling naar de studenten toe. Maar ze werken wel.

Lees alle columns van Adriaan Duiveman

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!