De universiteit wil haar schoonmaakdiensten harmoniseren en vraagt daarvoor advies aan een extern bureau. Vakbondsfractie FNV vreest dat de uitkomst van het onderzoek al op voorhand vastligt. ‘De universiteit heeft genoeg experts in dienst om het onderzoek zelf uit te voeren’, zegt Mathijs van de Sande.

Op dit moment zijn twee schoonmaakdiensten actief op de campus. FNWI is de enige faculteit met eigen schoonmakers – een overblijfsel van de tijd dat de bètafaculteit volledig zelfvoorzienend was. Alle andere gebouwen van de universiteit worden gepoetst door schoonmaakbedrijf Asito.

Bundeling

Gaan we voor het schoonmaken op de campus eigen personeel gebruiken of besteden we dit uit, is de vraag die nu op tafel ligt. ‘Een bundeling draagt bij aan een eenduidige kwaliteit voor alle faculteiten, helderheid over de dienstverlening en efficiëntere afspraken’, zegt universiteitswoordvoerder Martijn Gerritsen.

Om tot een goede keuze te komen, doet het college een beroep op het advies van het externe bureau ATIR. Mathijs van de Sande van de FNV-fractie in de Gezamenlijke Vergadering vraagt zich af of dit bedrijf wel onafhankelijk is. ‘ATIR is nauw verbonden met de schoonmaaksector’, zegt hij. ‘Het is een beetje alsof je een autofabrikant vraagt waar je het beste in kan investeren: autosnelwegen of een beter spoornetwerk?’

Arbeidsrecht

Volgens Van de Sande kan de universiteit het onderzoek naar de schoonmaakbedrijven daarom het best zelf uitvoeren. ‘Op de Radboud Universiteit lopen genoeg experts op gebied van arbeidsrecht, personeelsbeleid en sociale zekerheid’, zegt hij. ‘Eén van de vragen die in het onderzoek gesteld zouden moeten worden, is of en hoe onze schoonmaakmedewerkers die nu formeel voor schoonmaakbedrijf Asito werken, ook door de Radboud Universiteit in vaste dienst zouden kunnen worden genomen.’

De FNV zou het liefst zien dat alle schoonmakers op de campus in dienst zijn van de universiteit, zoals bij de bètafaculteit. ‘De arbeidsomstandigheden in de private schoonmaaksector laten sterk te wensen over’, aldus Van de Sande. ‘De laatste jaren is regelmatig gestaakt door schoonmakers bij diverse bedrijven en opdrachtgevers wegens de grote werkdruk en de slechte werkomstandigheden.’

Dat beeld correspondeert volgens Van de Sande met de ervaringen van veel academici in het contact met de collega’s van de schoonmaak. ‘Ze lijken voortdurend haast te hebben en voor een kort praatje tussendoor hebben ze al helemaal geen tijd,’ zegt hij.

Inclusiviteit

Het college van bestuur van de Radboud Universiteit blijft achter haar keuze staan om het onderzoek door ATIR te laten uitvoeren. ‘Volgens ons is ATIR een deskundige, onafhankelijke partij die op basis van een professionele analyse een advies zal uitbrengen,’ aldus Gerritsen. Het is aan het college om dat advies al dan niet op te volgen.

‘Inclusiviteit en welzijn maken deel uit van de strategie van de universiteit’, besluit Gerritsen. ‘Het college van bestuur hecht daar waarde aan, ook bij de keuze voor uit- of inbesteding van de schoonmaak.’