477 Nijmeegse pagina’s over Nederlandstalig werk
De Leeslijst is een boek over Nederlandstalige literatuur met een Nijmeegs tintje. Geen toeval, zegt hoogleraar Jos Joosten, een van de samenstellers.
Hoe vang je de Nederlandstalige literatuur in 222 werken? Niet. Het kersverse boek De Leeslijst van Nijmeegse letterkundespecialisten mag dan ook geen canon genoemd worden. ‘De discussie waarom een werk er niet in is opgenomen, willen we omzeilen’, vertelt hoogleraar Jos Joosten, een van de samenstellers. ‘De Leeslijst is onze manier om te laten zien wat voor moois de Nederlandse en Vlaamse literatuur bevat.’
Nijmeegs feestje
Begin deze week verscheen het boek van 477 pagina’s onder redactie van Johan Oosterman, Jos Joosten en Nina Geerdink. Opvallend: de Nijmegenaren selecteerden veel literaire werken van Nijmeegse auteurs.
De Leeslijst lijkt een Nijmeegs feestje. Opgenomen zijn onder meer Frans Kellendonk (Mystiek Lichaam), Frans Kusters (De landschapsfotograaf en andere verhalen), pater Brugman (van de latere Pater Brugmanstraat) en het verhaal Mariken van Nieumeghen. Is dat toeval?
‘Niet helemaal, nee. Bij dit soort projecten zie je altijd, meer of minder expliciet, de voorkeuren en prioriteiten van onderzoekers en samenstellers terug. Zo kwam er in ons geval haast vanzelf een Nijmeegs tintje aan de selectie, wat we trouwens bepaald ook niet hebben geprobeerd uit de weg te gaan. Deze auteurs zijn het waard vermeld te worden. Zoals ook de dichter H.H. ter Balkt of de bijna vergeten dichter Augusta Peaux, die tot haar dood in Nijmegen woonde.’
Hoe hebben jullie de selectie gemaakt?
‘We hebben een overzicht gemaakt van de werken waar onze studenten Nederlands volgens ons kennis van moeten hebben genomen. In eerste instantie was dit boek bedoeld voor ons eigen onderwijs. De doelgroep is nu breder. Ik sprak tot mijn blijde verrassing al leraren Nederlands die er op de middelbare school aandacht aan willen besteden. En leesclubs kunnen ermee aan de slag. Elk werk dat we selecteerden, krijgt een beschrijving van twee pagina’s. Dat is niet veel, maar daardoor is het boek wel leesbaar gebleven.’
De selectie bevat opmerkelijk veel Vlaamse en vrouwelijke namen. Vanwaar die focus?
‘Op de universiteit in Nijmegen hebben we van oudsher veel aandacht voor Vlaamse literatuur. We hebben geen Vlaamse boeken toegevoegd omdat we dachten “nu moet er een Vlaams boek in”. Er zijn gewoon veel Vlamingen die goede boeken schrijven. Voor vrouwen geldt hetzelfde. In Nederland is het beeld van een schrijver vaak: een Nederlandse man uit de Randstad. Wij leggen andere accenten.’
De verplichte nummers staan er echter ook in. Karel ende Elegast, Max Havelaar…
‘Natuurlijk. Het is uitgesloten om de Van den vos Reynaerde of Vondel niet op te nemen. Maar van Willem Frederik Hermans kiezen we dan weer niet De donkere kamer van Damocles maar Ik heb altijd gelijk.’
Het boek is net uit. Bij welk resultaat bent u tevreden?
‘Ik ben nu al ongehoord blij. Dat het er na bijna negen jaar werk echt ligt! Er waren al collega’s die zeiden: “dat boek komt er nooit”. Voor de uitgever, die hier ontzettend veel aandacht en tijd in stak, zou het fijn zijn als de verkoopcijfers ook meewerken. Voor ons auteurs is dit geen belang, want we ontvangen geen royalties.’ / Annemarie Haverkamp