Afscheid van herderlijk rector Theo van Els

07 aug 2015

Sinds 4 augustus is hij niet meer onder ons, morgen wordt hij begraven: Theo van Els, Radboudiaan in hart en nieren die aan het eind van de vorige eeuw zijn loopbaan bekroonde met een zes jaar durend rectoraat. Een gedachtenis aan een vaderlijk bestuurder die zich lastig liet interviewen. Van Els is 79 jaar geworden.

Theo van Els (1936 - 2015) / Foto: Gerard Verschooten
Theo van Els (1936 – 2015) / Foto: Gerard Verschooten

Eind vorig jaar liep ik Theo van Els voor de laatste keer tegen het lijf. Hij maakte als gebruikelijk zijn opwachting bij een receptie en even gebruikelijk informeerde hij naar mijn welzijn. Hoe het ging? En met Vox? En of we nog een artikel wilden publiceren om de Nijmeegse Stichting voor Kamermuziek onder aandacht te brengen van de studenten? Van Els, na zijn afscheid van de universiteit in 2000 jarenlang voorman van die Stichting, werd nooit moe dat te vragen. Zijn liefde voor cultuur en universiteit ging hand in hand met een enorme vasthoudendheid: zijn even priemende als vriendelijke ogen spoorden aan tot journalistieke actie. En je wist dat Van Els je er een volgende keer wéér op zou aanspreken.

Naast stuurman van de Nijmeegse Kamermuziek – liefst tien seizoenen lang tot 2010 – was Van Els actief in de parochie van de Dominicuskerk, waar hij morgen wordt begraven. Die functies zaten Van Els als gegoten, en geven tevens een inkijkje in de manier waarop hij tussen 1994 en 2000 inhoud gaf aan zijn rectoraat. De in Nijmegen opgeleide en gepromoveerde Van Els – later werd hij hoogleraar en decaan aan de letterenfaculteit – had niet zozeer een baan als wel een missie: onderwijs en onderzoek van de Nijmeegse universiteit op koers houden. Die gedrevenheid moest wel een keer tot butsen leiden, zeker toen hij als hoog bestuurder werd geconfronteerd met gewiekste tegenkrachten – zoals dat gaat in een topbestuur, maar voor een immer zorgzaam mens als Van Els extra moeilijk te verteren.

v els 2 (1)Kijkje in de ziel
In december 1999 zaten we twee man sterk tegenover Van Els in een van de sjiekere restaurants van Nijmegen voor het afscheidsinterview in KUnieuws, de voorloper van Vox. In die vier aangename uren hoopten we dat de informele sfeer – aangezet met vier flessen wijn – Van Els kon verleiden tot een kijkje in zijn ziel. Hij had als vaderlijk voorman van onderwijs en onderzoek zes jaar lang moeten opboksen tegen twee rasbestuurders, harder in het spel dan Van Els die dan ook veel heeft moeten incasseren. Meenden wij althans te weten. Van Els deed die avond wat hij tegenover ons al jaren deed: laconiek doen over de spanningen en zich vooral uitlaten in verzoenende woorden: dat besturen geven en nemen is en dat beslissingen natuurlijk wel eens pijn hebben gedaan. Dat het hoogste bestuur van de universiteit in zijn epoche jarenlang vooral druk is geweest met het op orde brengen van het bestuursgebouw – geen hobby van Van Els – noemde hij inderdaad jammer. Maar Van Els was veel te beschaafd om uit te halen. En boos worden behoorde nu eenmaal niet tot zijn talenten. Hij bleef een lastige man om te interviewen.

Van Els had in dat interview reden genoeg om uit te halen naar de universitaire gemeenschap, want zijn laatste kunstje als rector liep uit op een jammerlijk – en verloren – gevecht met de fine fleur van het Nijmeegse onderzoekscorps. De rector had namelijk bedacht dat het college van bestuur mede richting moest kunnen geven aan het onderzoek: alles overlaten aan het krachtenspel binnen de faculteiten leverde volgens hem niet per se het beste op voor de universiteit als geheel. Een aantal thema’s, zoals onderzoek naar het katholiek erfgoed, dreigde te verdrogen zonder een beetje extra aandacht van het universiteitsbestuur. De onderzoeksleiders lieten zich het geld echter niet zomaar afpakken: excellentie stuurt zichzelf, daar is geen rector voor nodig.

Blik van Van Els
Toch heeft Van Els gelijk gekregen. Inderdaad is jarenlang vrij baan gegeven aan excellentie om het onderzoek te sturen, maar in dit krachtenspel dreigen wel degelijk ongewenste witte vlekken te ontstaan. In de tijd van Van Els waren het vooral interne krachten, nu de krachten om al dan niet bij de geldpotten van externe financiers te komen. De laatste diesrede, uitgesproken door hoogleraar klassieke talen André Lardinois, klonk Van Els ongetwijfeld als muziek in de oren. Lardinois wees erop dat de geldmolens het onderzoek in de alfawetenschappen te kort doen en dat bijsturing is gewenst. Een echo van de woorden van Van Els, die ook doorklinkt in de extra onderzoeksteun aan de classici, met dank aan het college van bestuur van de Radboud Universiteit. Het is het minste dat we mogen gedenken nu deze zo intens goedige man ons heeft verlaten: het is zo gek nog niet om met de blik van Van Els naar de universiteit te blijven kijken. / Paul van den Broek

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!