Rob Jetten, oud-student bestuurskunde van de Radboud Universiteit, volgt Alexander Pechtold op als fractievoorzitter van D66 in de Tweede Kamer. Een oud-docent, een collega-politicus en een vriendin over de nieuwe kroonprins van D66.

Jan-Kees Helderman, universitair hoofddocent bij bestuurskunde, begeleidde Jetten in de eindfase van zijn studie.

Helderman: ‘Ik las het net in de pauze op de site van de NOS. Heel mooi natuurlijk! Het verbaast me niet. Hij heeft hier heel erg gemotiveerd zijn studie gevolgd: hij was altijd heel scherp, kon goed reflecteren op de collegestof. Hij was ook altijd heel politiek geëngageerd. Al toen hij bij ons bestuurskunde studeerde, was hij voorzitter van de Jonge Democraten en ook actief in de gemeentepolitiek. Wat ik heel goed van hem vind is dat hij het politieke werk echt inzet om concrete problemen op te lossen. Ik volg zijn kamerdebatten. Je ziet dat hij daarbij altijd komt met problemen uit de dagelijkse praktijk. Daar heeft hij echt een talent voor. En dat maakt je in mijn ogen ook een betere bestuurskundige.’

‘Dat hij na zijn studie eerst een tijd voor ProRail heeft gewerkt, is denk ik heel goed geweest voor hem. Daar heeft hij zich met het oplossen van infrastructurele problemen op het spoor beziggehouden. Het bestuurlijke handwerk heeft-ie daar geleerd. Ik gaf hem een goede kans als de opvolger van Alexander Pechtold. Ik denk ook dat-ie zeker gaat voor het lijsttrekkerschap. Sowieso heeft hij die ambitie. Dat hij dit soort posities ook aandurft vind ik heel knap.’

In 2010 voerden Rob Jetten en Mark Buck campagne voor de gemeenteraad. Jetten was toen net 22 jaar en lijsttrekker voor D66, Buck 18 jaar en nummer 4 op de CDA-lijst. Ook buiten de raad zochten de studenten bestuurskunde elkaar vaak op.

Buck: ‘Ik vind het geweldig dat Rob verkozen is als fractievoorzitter. Ik heb hem daar ook mee gefeliciteerd. Tegelijk is het een spannende opgave. Het is niet niks om Alexander Pechtold op te volgen. D66 doet mee aan de coalitie en krijgt daar in de media nogal wat tikken voor uitgedeeld. Maar als iemand het kan, dan is Rob het. Hij combineert een heleboel eigenschappen die een goede politicus moet hebben. Hij is innemend, ontzettend intelligent en analytisch en heeft een goed politiek gevoel. Bovendien is hij een goede, natuurlijke leider. Dat heeft hij in Nijmegen laten zien. De D66-fractie heeft hem unaniem verkozen als fractievoorzitter, dat zegt wel iets over het vertrouwen dat zij in hem hebben.’

Lusanne Bouwmans heeft veel te danken aan haar goede vriend Rob Jetten. Hij durfde het aan om Bouwmans, zonder politieke ervaring, aan te trekken als fractievolger bij de Nijmeegse gemeenteraadsfractie van D66. Nu is ze vice-fractievoorzitter.

‘Vorige maand ben ik getrouwd. Het was een surprise wedding: onze vrienden wisten niet dat wij zouden gaan trouwen. Omdat we er verder geen mensen bij wilden hebben, hebben we aan Rob gevraagd of hij ons wilde trouwen. Er is niemand die dat beter kan dan hij. Speciaal voor ons heeft hij zich laten beëdigen tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand.

Ik leerde Rob kennen toen ik ongeveer drie-en-een-half jaar geleden, pas na mijn afstuderen aan de Radboud Universiteit, solliciteerde voor de functie van fractievolger bij D66 Nijmegen. Rob was toen fractievoorzitter en durfde het aan mij de positie te geven, terwijl ik geen politieke ervaring had. Dat heeft veel betekend voor mijn politieke carrière en waar ik nu sta.

Rob is zó ongelooflijk getalenteerd. Hij is strategisch heel scherp, hij is een geboren leider en ontzettend charismatisch. Misschien ben ik niet heel objectief, maar ik merk dat allerlei verschillende mensen dat ervaren. Of ze nu man of vrouw zijn, jong of oud.

Zijn leeftijd is nooit een issue geweest. Hij was 22 jaar toen hij als lijsttrekker campagne voerde voor D66 in Nijmegen. Daarna zorgde hij ervoor dat de partij deel uit ging maken van de coalitie. Daarvoor moet je echt heel stevige onderhandelingen voeren. Hij had toen al heel veel senioriteit en zijn opponenten namen hem toen al serieus als betrouwbare coalitiepartner. De Tweede Kamerfractie heeft een heel goede aan hem.’