Docenten die vloeken met ‘godverdomme’ of grappen maken over het Bijbelse scheppingsverhaal. Deze week trokken USR-leden Lisa de Jager (CSN) en Job Verwaaij (asap) hierover aan de bel bij het college van bestuur. Sommige christelijke studenten ervaren beledigende opmerkingen over het geloof als kwetsend.

Nienke Freije, student communicatiewetenschap en voorzitter van de christelijke  studentenvereniging Navigators, herkent het probleem. ‘Bij mijn studie zijn een paar docenten die regelmatig vloeken. Maar voor mij is God als een vader. Vloeken is alsof er negatief wordt gepraat over een stuk van mijn identiteit.’

Er iets van zeggen is moeilijk, vindt Nienke. ‘In mijn eerste jaar hield een docent een poll in een college over religie. Toen bleek ik van alle honderdvijftig studenten in de zaal de enige christelijke te zijn. Daar was ik echt verbaasd over. Waarschijnlijk ben ik dus de enige die last van heeft van gevloek. Dan zeg je er ook niet zo snel iets van.’

Evolutietheorie

Nienke is blij dat de USR nu het probleem heeft aangekaart. Ze merkt dat ze niet de enige is die last heeft van docenten die de Heer op een weinig respectvolle manier aanroepen. Andere leden van de Navigators ergeren zich er ook aan. ‘Volgens mij zit de oplossing vooral in bewustwording onder docenten. Dat ze zich meer zouden moeten afvragen “wat zeggen we nu eigenlijk?” Als de docent geen christelijke overtuiging heeft, heeft hij of zij waarschijnlijk ook niet door dat vloeken kwetsend kan zijn.’

‘Volgens mij zit de oplossing vooral in bewustwording onder docenten’

Ook Jet Westerink, student medische biologie, heeft bezwaren tegen vloeken of grappen over het geloof. ‘Bij biologie krijg ik veel les over de evolutietheorie. Dat is natuurlijk goed, maar ik merk wel dat er dan wordt neergekeken op andere denkbeelden. Dan zeggen docenten bijvoorbeeld dat er vroeger mensen waren die geloofden dat God de wereld heeft geschapen. Studenten lachen mee. Alsof je toch een beetje dom bent als je dat denkt.’

Happietaria

Jet vraagt zich af waarom docenten het nodig vinden dergelijke opmerkingen te maken. ‘Maar ik ga tussen tweehonderd man in een collegezaal ook niet opstaan om er iets van te zeggen. Daarom vond ik het goed om een interview aan Vox te geven (in de religiespecial van Vox, red.) en open te kunnen zijn over het feit dat ik christen ben.’ Nu ze minder vakken heeft over de evolutieleer, krijgt Jet ook minder vaak beledigende opmerkingen in de collegezaal te verduren.

Nienke wil graag benadrukken dat echt niet alle docenten zich schuldig maken aan kwetsende taal. ‘Vorig jaar organiseerden de christelijke studentenverenigingen Happietaria: een pop-up restaurant voor het goede doel. Een docent heeft mij toen benaderd, dat ze het zo’n tof initiatief vond. Vervolgens zijn er ook nog twee docenten komen eten. Dit vond ik een mooi signaal dat er óók docenten zijn die open staan voor christelijke studenten.’