Amerikaanse lessen voor meer bètavrouwen

07 dec 2015

Het geringe aantal vrouwelijke hoogleraren heeft de bètafaculteit in beweging gebracht om de seksebalans bij te sturen. Lessen uit Amerika geven het bestuur aanleiding nog beter te gaan letten op vooringenomenheid bij benoemingen.

Illustratie: Roel Venderbosch
Illustratie: Roel Venderbosch

De grote oververtegenwoordiging van mannen heeft de bètafaculteit vorig jaar aangezet tot een nieuw genderbeleid, met aanbevelingen over bijvoorbeeld de samenstelling van benoemingscommissies. De bètafaculteit telt minder dan tien vrouwelijke hoogleraren op een corps van zeventig, ver onder het gemiddelde van de universiteit (23 procent). Een workshop met lessen uit Amerika heeft het bestuur van de bètafaculteit vorige week op nieuwe plannen gebracht om het gat te verkleinen.

De workshop werd verzorgd door hoogleraar Edwin Bergin van de Universiteit van Michigan, die verhaalde over het belang van diversiteit binnen onderzoeksgroepen. Decaan Stan Gielen van de bètafaculteit: ‘Er is steeds meer hard bewijs dat diversiteit tot meer succes leidt. Daar bestaat ook bij ons geen twijfel meer over.’ Als valkuil voor zijn faculteit noemt de decaan reacties die hij krijgt als “we presteren toch al heel goed”. ‘Dat is ook zo, maar never change a winning team is in onze omgeving geen goed argument: het kan dus nog beter.’

Nog een valkuil
Een andere valkuil die Bergin naar voren bracht, is ieders onbewuste vooringenomenheid bij het beoordelen van cv’s: mannen én vrouwen beoordelen eenzelfde cv beter als er de naam van een man bovenstaat. De les van Bergin: wees je daarvan bewust als je aan een nieuwe wervingsronde begint. Wat ook helpt is enkele vreemde vogels toe te voegen aan de commissies, zoals studenten, die met een meer open blik naar de kandidaten kunnen kijken. Een andere les is het  verminderen van de werkdruk, want hoe hoger de druk, hoe groter het risico dat mensen koersen op hun automatische piloot – aldus Bergin.

Stan Gielen heeft al één les van Bergin verzilverd: ‘Iedereen die in een benoemingsadviescommissie zit, moet deelnemen aan een workshop die je bewust maakt van je vooroordelen.’ Andere aanbevelingen van Bergin zijn moeilijker te realiseren, aldus de decaan: ‘Aan de werkdruk kunnen we niet zo heel veel doen, en we hebben wel eens een student of promovendus in een commissie, maar wat je dan ziet is dat ze zich toch snel laten intimideren door de senioren in de commissie.’ / Paul van den Broek

0 reacties

  1. Betastudent schreef op 7 december 2015 om 11:29

    ‘we hebben wel eens een student of promovendus in een commissie, maar wat je dan ziet is dat ze zich toch snel laten intimideren door de senioren in de commissie.’
    Of is het nu eenmaal zo dat de senioren in de commissie al gewend zijn om het woord op te eisen en intimideren ze daarmee de studenten? Het is wel erg makkelijk om dit zomaar bij de studenten neer te leggen!

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!