Het twee maanden terug opgerichte platform Bildung Platform Nijmegen is meer dan een goed voornemen, zo blijkt nu. De nieuwe vorm van onderwijs opent haar deuren met een eerste workshop, over luistervaardigheid.

Hoe kun je goed leren luisteren? En wanneer slaat luisteren om in gehoorzaamheid? En kun je ook luisteren naar jezelf? Zomaar een paar vragen uit de uitnodiging van het Nijmeegse Bildung Platform, dat in navolging van het grote zusje in Amsterdam studenten en docenten wil laten zien dat er meer te leren valt dan wordt aangeboden in de reguliere curricula.

Het Nijmeegse platform lanceert zijn eerste proeve op woensdag 20 december. Elle Custers, verbonden aan de academische lerarenopleiding en een van de initiatiefnemers van het platform, wijst op het bijzondere karakter van het Nijmeegse initiatief: niet alleen universiteitsstudenten zijn erbij betrokken, ook studenten van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen, het ROC én kunstacademie Artez in Arnhem. ‘De manier waarop wij onderwijs geven is veel meer dan overdracht van kennis, er zijn zo veel andere manieren om leren vorm te geven.’

Zichzelf onderwijzen

Jan Bransen, hoogleraar Filosofie van de gedragswetenschappen, is pleitbezorger van het nieuwe platform. Hij wijst erop dat de avond ook is bedoeld voor docenten. Niet zozeer om het programma in goede banen te leiden, maar ook inspiratie op te doen voor hun eigen onderwijs. De workshop heeft geen ‘leider’. ‘Het is een vorm van zichzelf onderwijzen’, zegt Bransen.

Bransen wijst op de beperkingen van het reguliere academische onderwijsaanbod. ‘Er is een rare paradox: aan de ene kant wordt de samenleving steeds dynamischer, aan de andere kant leiden wij studenten op in een hyper-specialisme.’ Het nieuwe platform is mede bedoeld om vermogens aan te spreken die in het onderwijs worden genegeerd. ‘Bijvoorbeeld de vraag welke rol we voor onszelf zien weggelegd in de samenleving.’

Het Bildung Platform zoekt nog naar een eigen ruimte, niet per se gebonden aan een van de instellingen. Alles wat de academie doet zit vervat in het woord ‘tussen’, zegt Bransen: je gaat er even ‘tussenuit’ of je kiest voor een ‘tussenjaar’. ‘En we zitten tussen alle instellingen in, ook wat betreft de ruimte die we zoeken, dat zal ergens in de stad zijn.’