Buddy’s helpen promovendi de coronacrisis door
Door de coronacrisis krijgen sommige promovendi last van eenzaamheid en stress, vooral de buitenlanders onder hen. Speciaal getrainde student-buddy’s bieden ondersteuning.
De Ooijpolder, de Goffert, Heumensoord. Elke week ziet promovenda Neli Raycheva (32) weer een ander stuk van het Rijk van Nijmegen, tijdens de wandelingen die ze maakt met economiestudent Esther Veldhuizen. Laatst raakten ze zelfs een beetje verdwaald, op weg naar het Goffertpark. ‘Navigeren is niet mijn sterkste kant’, lacht Veldhuizen op het Jitsi-videoscherm.
De 24-jarige Veldhuizen is Raycheva’s buddy, een maatje met wie de promovenda dingen kan bespreken die haar bezighouden. ‘Ik merkte dat ik sociale ondersteuning nodig had toen ik thuis kwam te zitten door de coronacrisis’, vertelt de Turkse sterrenkundige. ‘In je eentje werken, vanuit huis, is nogal uitdagend. Het sociale leven dat ik had met collega’s op mijn afdeling is helemaal weggevallen, en mijn vrienden en familie wonen allemaal in Turkije en Bulgarije.’
Gezondheidsklachten
Nu heeft ze Veldhuizen om mee te praten, dankzij het buddy-systeem dat de afdeling Global Staff Services vorige maand optuigde. De dienst is bedoeld om promovendi die in de knel komen door de coronacrisis te ondersteunen, vertelt projectmedewerker Marieke Gommans, door ze aan een student te koppelen. ‘Veel promovendi ontwikkelen mentale gezondheidsklachten, weten we. Dit speelt extra bij buitenlandse PhD’ers, die zich eenzaam kunnen voelen. Door hen te koppelen aan een buddy hebben ze iemand om mee te praten.’
Via een online formulier kunnen de deelnemers zich aanmelden, waarna ze een intakegesprek krijgen met een buddy. Gommans: ‘Hoe gaat het met slapen? Kom je nog buiten? Dat soort vragen bespreken we dan met hen.’ De buddy’s zijn voornamelijk masterstudenten, die via Campus Detachering aangetrokken zijn.
‘Wat zeg je als je merkt dat iemand er mentaal doorheen zit?’
Momenteel hebben zich al bijna dertig promovendi aangemeld en zijn er ongeveer tien buddy’s getraind. De meeste promovendi komen uit het buitenland, maar een deel is ook Nederlands, weet Gommans. ‘Zij kunnen door de coronacrisis ook tegen problemen aanlopen, zoals een gebrek aan motivatie.’
De buddy’s gaan niet zomaar aan de slag, benadrukt Gommans. De meesten hebben al ervaring, bijvoorbeeld als mentor tijdens de introductie, of ze hebben zelf in het buitenland gestudeerd.
Speciale training
Ook krijgen ze een speciale training. Gommans: ‘Dan moet je denken aan gesprekstechnieken, zoals LSD: luisteren, samenvatten, doorvragen. Maar ook: hoe begin ik een gesprek? En wat zeg je als je merkt dat iemand er mentaal doorheen zit?’ Bij ernstige klachten worden de promovendi doorverwezen naar tweedelijns hulpverleners, zoals psychologen, of bedrijfsmaatschappelijk werkers.
Overigens bieden de maatjes niet alleen mentale maar ook praktische hulp, voegt de projectmedewerker toe. ‘Veel mensen hebben vragen als: wat houden de coronaregels precies in? Kan ik nog wel naar huis? Wat zijn de gevolgen voor mijn visum? Dat speelt helemaal bij promovendi van buiten Europa.’
Rustgevend
De buddytraining was erg nuttig, vond Esther Veldhuizen. ‘Ik kon me al wel verplaatsen in hoe het is om in het buitenland te wonen, omdat ik zelf uitwisselingsstudent ben geweest. Maar ik wist minder van de stress die je kunt hebben als promovendus: de druk om te publiceren en zorgen over of er daarna wel een baan voor je is.’
De gesprekken en wandelingen met Veldhuizen werken rustgevend, merkt Raycheva. ‘Na de eerste keer dat we hadden afgesproken voelde ik me meteen al relaxter. Het is fijn om dingen te kunnen bespreken met iemand anders dan je collega’s. Esther snapt waar ik mee zit en ze heeft altijd tijd om even te bellen.’ Wat haar ook helpt, is dat Veldhuizen tijdens haar bachelor een paar maanden in Istanbul studeerde, haar woonplaats.
‘Ik ben geen hulpverlener’
Inmiddels zit de sterrenkundige lekkerder in haar vel. ‘Ik heb geaccepteerd dat dit nu eenmaal is hoe ons leven eruitziet op dit moment. Ik probeer de situatie in iets positiefs om te zetten. Door in te zien dat het belangrijk is om op tijd rust te nemen, bijvoorbeeld.’
Ook Veldhuizen heeft veel aan de wekelijkse ontmoetingen, vult ze aan. ‘Het werkt twee kanten op. Ik ben geen hulpverlener, als buddy ben ik gelijkwaardig. Anders had ik me ook niet opgegeven.’ Ze schiet in de lach. ‘En als ik zie hoe hard en gedisciplineerd Neli werkt – daar kan ik nog veel van leren.’