Coronacrisis hakt erin bij Nijmeegse studenten: 10 procent zoekt professionele hulp
Studenten ervaren steeds minder steun van docenten en medestudenten. Dat blijkt uit een onderzoek naar de impact van de coronacrisis op studenten en medewerkers van de Radboud Universiteit. 'Studenten zijn aan het watertrappelen', zegt hoogleraar Hans Schilderman.
Hoe zitten studenten en medewerkers van de Radboud Universiteit tijdens coronatijd in hun vel? Voor de vierde en laatste maal onderzocht een interdisciplinair team onder leiding van hoogleraren Hans Schilderman en José Sanders deze vraag. Eerdere edities in april, juni en september gaven ‘geen aanleiding voor een pessimistisch beeld’, wel waren er extra zorgen om ‘kwetsbare groepen’: vooral jonge en buitenlandse studenten en medewerkers.
Afnemende motivatie
De resultaten van de vierde editie van de enquête, uitgevoerd in november en begin december onder ruim duizend respondenten, zijn weinig positief. Ongeveer twee derde van de studenten ervaart het onderwijs als slechter dan voorheen (dit was in andere metingen ongeveer 60 procent). De ervaren steun van medestudenten en docenten neemt ook af. Zo ervoer bijna de helft van de studenten in april nog enige steun van docenten, maar is dit bij de laatste meting nog maar een ruim kwart. 80 procent van de studenten kampt met afnemende motivatie en concentratie vergeleken met voor de coronacrisis.
Hans Schilderman, hoogleraar Religiewetenschap en initiatiefnemer van het onderzoek, doet een poging de negatieve tendens te verklaren. ‘Studenten zijn aan het watertrappelen. Op een gegeven moment heb je daarvoor geen energie meer en zak je weg.’ Schilderman wijst erop dat 10 procent van de studenten hulp zoekt bij het steunnetwerk van de universiteit, zoals de studentenpsycholoog. ‘Daar schrik ik van, van zo’n hoog percentage.’
Intensieve studieweken
Uit het onderzoek blijkt dat de waardering van studenten voor de Radboud Universiteit langzaam minder wordt (van een 7,1 naar 6,7). Ook worden de mails van de universiteit steeds slechter gelezen. Laat de universiteit steken vallen in de hulpverlening richting studenten?
‘We hebben niet goed zicht op wat studenten nu nodig hebben’
José Sanders, hoogleraar Communicatie, ziet een universiteit die haar best doet. ‘Er zijn veel initiatieven, maar het kan zijn dat het aanbod niet aansluit bij de vraag.’ Ze noemt ‘intensieve studieweken’, waarbij studenten thuis werken maar zich ’s morgens vroeg online melden bij elkaar, als voorbeeld. ‘Zo’n initiatief van de studieadviseurs werkt voor sommige studenten heel goed, maar voor anderen misschien juist helemaal niet. We hebben eigenlijk niet goed zicht op wat mensen nu nodig hebben.’
Rottig kamertje
In aanvulling op de vier enquêtes worden momenteel interviews afgenomen met studenten en medewerkers. Zo hopen Schilderman en Sanders dieper inzicht te krijgen in factoren die het verschil maken en wat de Radboud Universiteit dus kan doen. Ook zijn ze benieuwd waarom de ene student fluitend door de coronacrisis komt, terwijl een ander juist worstelt.
‘In de interviews horen we vaak dat de fysieke omgeving erg belangrijk is’, zegt Sanders. ‘Door de coronatijd zijn studenten en docenten wel allemaal digitaal gegaan, maar tegelijkertijd zijn we fysiek veel afhankelijker geworden van onze buurt en familie. Je kunt je bijvoorbeeld voorstellen dat mensen in een lastige thuissituatie, die zich eenzaam voelen op een rottig kamertje en van wie de familie ver uit elkaar woont, meer moeite hebben om online geconcentreerd te blijven.’
Met de resultaten van de interviews willen de onderzoekers de universiteit adviseren wat beter kan. Ook moet het helpen om de balans op te maken over de impact na de coronacrisis. ‘En zo lessen te leren voor de volgende crisis’, aldus Schilderman.