Dagboek van een co-assistent (slot): ‘De laatste coronapatiënt van onze afdeling is naar huis’
Geneeskundestudenten springen bij in de strijd tegen het coronavirus. De Nijmeegse co-assistent Norah (niet haar echte naam) werkt op de verpleegkundeafdeling in een Brabants ziekenhuis en houdt voor Vox een dagboek bij. 'We wandelden en picknickten in het bos, ik heb het gemist.'
Zondag 10 mei – Dumpplek
De reguliere patiënten zijn weer in de meerderheid bij ons op de longafdeling. De situatie in het ziekenhuis normaliseert. Een verschil met gewone tijden is dat sommige afdelingen nog gesloten zijn. Daardoor krijgen we op de longafdeling nu ook veel patiënten met andere aandoeningen.
Daarnaast hebben we veel corona-verdachten op de afdeling. Veel van hen komen binnen via de spoedeisende hulp. Daar worden ze vaak voor de zekerheid getest, ook al komen ze voor iets heel anders dan corona. Maar eenmaal getest, zijn ze wél corona-verdachte en komen ze bij ons te liggen. Onze afdeling lijkt zo soms een verzamelpunt te zijn, een soort dumpplek. Onze verpleegkundigen zijn daar alles behalve blij mee. Ze zijn niet opgeleid om patiënten met heel andere aandoeningen te verplegen.
Dinsdag 12 mei – Dag van de zorg
Vandaag was de Dag van de zorg, een speciale dag. Cadeau’s variërend van kleding en chocola tot muziek-boxjes werden uitgedeeld aan het zorgpersoneel. Het was een leuke dag, waarop we ons erg gewaardeerd voelden. Ik ben er dankbaar voor.
Het voelt gek dat ik pas twee maanden in de zorg werk en nu al cadeautjes ontvang voor de Dag van de zorg. Ik vind dat de rest van het personeel het meer verdient – anderen werken hier het hele jaar. Toch ben ik ook gewoon blij met het tosti-ijzer en de andere spullen die ik krijg. Het voelt natuurlijk ook als waardering voor mijn inzet.
Woensdag 13 mei – Picknicken
Mijn eerste vrije dag na de versoepeling van de regels. En het was een fijne: ik sprak voor het eerst sinds lange tijd weer af met twee goede vriendinnen. We wandelden en picknickten in het bos, ik heb het gemist. De komende periode kunnen we dit soort gezellige dingen weer vaker doen. Als ik eraan denk… word ik er al blij van.
Donderdag 14 mei – Veranderingen
De komende periode verwacht ik aan te blijven als secretaresse op de longafdeling. Vóór de crisis was hier geen vaste secretaresse, maar de verpleegkundigen vinden het fijn die voortaan wel te hebben. Een vaste secretaresse kent de werkzaamheden en het personeel op de afdeling. De lijntjes blijven zo korter en het werk verloopt soepeler.
Vrijdag 15 mei – Rust en vertrouwen
Vandaag mocht de laatste positief-geteste coronapatiënt van onze afdeling terug naar huis. De man lag meer dan een maand op onze afdeling. Op zijn dieptepunt dacht ik dat hij het niet zou redden. Gelukkig is dat wél gebeurd – en ik ben er zó blij mee!
‘Als er een nieuwe coronapiek komt, zijn we beter voorbereid’
Het enige minpunt voor mij is dat ik niet bij zijn afscheid kan zijn vandaag. Ik heb een vrije dag. Heel jammer, want het voelde alsof ik een goede band met hem had opgebouwd. Ik regelde zo ongeveer alles voor zijn ontslagprocedure. Gister gaf ik hem en zijn familie nog voorlichting over hun nieuwe thuissituatie. Maar natuurlijk overheerst blijdschap voor hem. Het belangrijkst is natuurlijk dat hij genezen is en weer lekker naar huis mag.
Dat we ons de afgelopen periode staande hebben weten te houden, geeft veel rust. Als er een nieuwe coronapiek komt, zijn we beter voorbereid. We weten veel beter wat ons te wachten staat en iedereen kent zijn of haar taak. Dat biedt vertrouwen voor de toekomst!
Dit is de laatste aflevering in de serie ‘Dagboek van een co-assistent’.