Daniël Wigboldus wil de verbinder zijn die Gelderland zocht: ‘Houd me de spiegel voor als dat nodig is’
-
Daniël Wigboldus houdt een toespraak tegen de bezuinigingen op het hoger onderwijs op de Nijmeegse campus. Foto: Dick van Aalst
Daniël Wigboldus is nu echt commissaris van de Koning van Gelderland. In een speciale vergadering kreeg hij woensdagavond de voorzittershamer overhandigd. Wigboldus wil in Gelderland op zoek naar ‘een nieuw evenwicht tussen de mens en zijn omgeving’.
De nieuwe commissaris van de Koning sprak woensdag voor het eerst de Provinciale Staten toe. Vanwege zijn kwaliteiten als verbinder, werd de voormalige onderwijsbestuurder het meest geschikt geacht om Henri Lenferink op te volgen als ‘burgemeester van Gelderland’.
Wigboldus, tot vorig jaar bestuurder van de Radboud Universiteit, noemde de sollicitatieprocedure spannend. ‘Ik wist niet of mijn rol als zij-instromer niet té bijzonder zou zijn. Maar u bleek oprecht geïnteresseerd in wie ik was’, zei hij tegen de Gelderse politici.
Vol enthousiasme begint Wigboldus daarom aan zijn nieuwe rol. Hij heeft in het openbaar bestuur geen enkele ervaring. ‘Houdt u mij vooral de spiegel voor als dat nodig is. Niemand is ooit uitgeleerd’, zei hij eveneens.
Nieuw evenwicht in Gelderland
In zijn toespraak sprak Wigboldus over de lange geschiedenis tussen de Gelderlanders en hun omgeving en hoe die elkaar beïnvloeden. ‘Er zal in deze Statenzaal nog veel gesproken worden over de interactie tussen mens en omgeving. We lijken op zoek naar een nieuw evenwicht. Het is mijn overtuiging dat het evenwicht gevonden moet worden op provinciaal en lokaal niveau. Het boerenverstand en het omzien naar elkaar kunnen ons veel brengen, zo leert de geschiedenis.’

In de Gelderse politiek wil hij goed luisteren. ‘Ik voel de verantwoordelijkheid de verschillende meningen zo goed mogelijk voor het voetlicht te krijgen. Dat we in vrijheid kunnen luisteren naar elkaar, dat lijkt vanzelfsprekend, maar is het niet. De democratie en de rechtsstaat staan op veel plekken onder druk.’
Rijke provincie
Wigboldus krijgt geen gemakkelijke taak. Er is op nationaal en lokaal niveau regelmatig sprake van bestuurlijke onrust. Gemeenten maken zich zorgen om het jaar 2026, als ze plots veel minder geld uit Den Haag krijgen. Bovendien staan die gemeenten voor allerlei taken, zoals het opvangen van vluchtelingen.
Burgemeester Ton Heerts van Apeldoorn verwelkomde Wigboldus dan ook met een verwijzing naar de Nuon-gelden die Gelderland nog altijd op de spaarrekening heeft staan. ‘U mag leiding geven aan een best wel rijke provincie, daar zien we als gemeenten ook best wel naar uit’, sprak hij met een kwinkslag.
Wigboldus beloofde in zijn toespraak als commissaris van de Koning juist ook buiten het provinciehuis te willen zijn. ‘Ik vind het belangrijk dat we de handen uit de mouwen gaan steken. Vanaf morgen gaan we aan de slag.’
Dit artikel van Albert Heller stond eerder in De Gelderlander.