De denker over december: De gele hesjes
Elke maand reflecteert Denker des Vaderlands René ten Bos op een kwestie uit de actualiteit. Met dit keer de opstanden in Parijs. Een serieuze aanval op de macht? Of waait het weer over? ‘De grote vraag is of de gele hesjes geduid kunnen worden als een echte revolutie.’
De opstanden die zich deze weken voltrekken in de straten van Parijs roepen bij René ten Bos de associatie op met de boerenopstanden in het midden van de veertiende eeuw. Ook toen stond het volk tegenover de elite, ook toen de woede dat ‘er niet wordt geluisterd’, ook toen een opstand die de naam kreeg van een kledingstuk: het gele hesje van toen heette de jacque. De opstand uit 1358, de eerste van een lange reeks jacquerieën, kostte twintigduizend levens.
‘Het volk heeft ook nu weer goede redenen om zijn stem te verheffen’
Ten Bos verwijst naar de aloude allegorie van de grot van Plato, waaraan hij zelf dit jaar in zijn boek Het volk in de grot een nieuwe draai gaf. Waarom zou het gepeupel de oren moeten laten hangen naar het verheffingsideaal van de elite? De elite luistert toch niet, een onbehagen dat vandaag de straten in Parijs tot strijdgebied maakt. ‘Het begon met de verhoging van de accijns op diesel, de brandstof van de volkse auto’s, maar inmiddels is de opstand veel breder.’
Oprispingen
De gele hesjes staan in een lange rij oprispingen waarin het volk de stem verheft, aldus Ten Bos. ‘Omdat de elite zich niets gelegen laat aan de noden van het volk, omdat de elite altijd zelf de regels zó weet te schrijven dat ze zelf buiten schot blijft. Het volk heeft ook nu weer goede redenen om zijn stem te verheffen, waarmee ik niet zeg dat het volk per se gelijk heeft.’
De kloof die zich aftekent in de straten van Parijs is volgens Ten Bos terug te voeren op die oh zo belangrijke vraag: wie betaalt het prijskaartje van de duurzame samenleving? Waarom zou het volk dat moeten doen, terwijl de echte vervuilers de dans ontspringen? ‘De mensen houden zich aan de regels en wetten zolang ze het idee hebben dat de staat voor hen zorgt. Gebeurt dat niet, klapt alles in elkaar.’ Ten Bos verwijst naar een klassieke regel van de Engelse filosoof Thomas Hobbes. “Politieke gehoorzaamheid houdt op als er geen bescherming meer is.” ‘Een mooie tekst, die mag op het nachtkastje van Macron.’
Ten Bos stelt vast dat de Franse intellectuelen allerminst eenduidig zijn in hun analyse over de gele hesjes. De hamvraag: wie zijn de gele hesjes? Een ratjetoe, meent de een, of toch een gemeenschap die in staat is een echte revolutie te ontketenen? ‘De elite is als de dood dat dit laatste het geval is. Dan is er in termen van Marx sprake van een echte klasse. Maak dan je borst maar nat.’