De Ig Nobelprijs is zo veel meer dan een grapje
Onderzoek naar necrofiele eenden of het woordje 'huh' is meestal niet Nobelprijswaardig, maar kan wel heel grappig zijn. Plus: gekke resultaten leiden vaak tot grote inzichten. Voor dit soort opmerkelijk onderzoek is er de Ig Nobelprijs. Vanavond komen oprichter Marc Abrahams en de Nederlandse 'Ig-Nobelchef' Kees Moeliker naar Nijmegen.
Als je naar links leunt, schat je de Eiffeltoren lager in dan als je naar rechts leunt, ontdekte Tulio Guadalupe in 2011 samen met collega’s. Hij was toen als hersenonderzoeker verbonden aan het Nijmeegse Max Planck Instituut. Met zo’n conclusie win je natuurlijk nooit de Nobelprijs. Maar wél de Ig Nobelprijs, zo bleek een jaar later.
De tegenhanger van de prestigieuze Zweedse trofee – sinds 1991 – is bedoeld voor ‘onderzoek dat je eerst aan het lachen brengt, maar je later aan het denken zet’. Zo waren Guadalupe’s bevindingen een nieuwe aanwijzing voor het bestaan van een ‘mentale getallenlijn’ in ons hoofd: kleine getallen representeren we links, grotere rechts.
Vanavond bespreken drie Nederlandse winnaars samen met Ig Nobel-oprichter Marc Abrahams in De Lindenberg de waarde van dit soort ‘onwaarschijnlijk’ onderzoek. Ook gaan ze in discussie met het publiek. Vox sprak alvast met drie van de vier gasten.
Marc Abrahams, oprichter van de Ig Nobelprijs
‘Het idee kwam voor het eerst in me op toen ik redacteur werd van een wetenschappelijk tijdschrift. Bepaald onderzoek bleek zo grappig en thought-provoking, dat ik het zonde vond als de samenleving nooit zou weten wat deze wetenschappers deden. Ik wilde hen belonen voor hun werk.
De Ig Nobelprijs is vooral bedoeld om wetenschappelijke verwondering te stimuleren bij het grote publiek. Om te laten zien dat onderzoek – en de wereld in het algemeen – niet makkelijk in te delen valt in ‘goed’ of ‘slecht’, maar dat een hoop zaken om een nadere beschouwing vragen. Dat zou trouwens ook een goede boodschap voor politici en beleidsmakers zijn (lacht).
Bij veel belangrijke wetenschappelijke inzichten lijkt het achteraf alsof het onderzoek zo gepland was, maar vaak begon het met gekke resultaten. ‘Dat is raar’, dachten onderzoekers dan. Alleen omdat ze volhardden kwamen ze tot grote ontdekkingen – zo kwam Darwin ook tot zijn evolutietheorie. Ik wil met Ig Nobel onderzoekers zelf ook een beetje bemoedigend toespreken. Het is normaal als je soms vreemde resultaten hebt. Onverwachte bevindingen zijn juist het spannends.’
Mark Dingemanse – taalkundige en winnaar in 2015
‘De Ig Nobelprijs – een echte cultprijs! – heeft mij en de collega’s met wie ik hem won vooral veel media-aandacht opgeleverd. Die was al groot toen onze studie naar het universele karakter van het woordje ‘huh’ uitkwam in 2013, maar werd daarna alleen maar groter.
Ik zie de prijs vooral als een stimulans om verwondering los te maken bij leken – het ‘gewone publiek’, maar ook wetenschappers uit een ander vakgebied. In mijn geval was het prettig dat het de fascinerende aspecten van taalkunde meer onder de aandacht bracht. Taal is zoveel meer dan alleen het vak Nederlands op de middelbare school, of correcte spelling. Het heeft ook een belangrijke sociale functie. Taal zegt iets over wie wij zijn.
Je kunt bijvoorbeeld heel lacherig doen om zo’n simpel woordje als ‘huh’, maar zonder dat soort woorden is het heel lastig om op een natuurlijke manier met elkaar te communiceren. Dat dit in heel veel samenlevingen het geval blijkt te zijn – zoals we in ons onderzoek zagen – benadrukt de functie van die woordjes alleen maar meer.
Ik heb het idee dat Nijmegen de ideale plek is om tot dit soort onverwachte inzichten te komen. Het is toch een beetje de Nederlandse taalkundehoofdstad, zoals Marc van Oostendorp wel eens zegt. Zoveel verschillende taalwetenschappers bij elkaar, van Max Planck Instituut tot Donders, maakt het makkelijk om interessante nieuwe onderzoeksvragen te bedenken.’
Kees Moeliker – directeur van het Natuurhistorisch Museum Rotterdam, winnaar in 2003 en ‘chef van het Europese Ig Nobel-bureau’
‘De impact van de Ig Nobelprijs op mijn leven is moeilijk te onderschatten. Vóór die prijs was mijn publicatie over homoseksuele necrofilie bij eenden misschien zeven of acht keer gelezen, daarna werd het opeens gigantisch verspreid. Nu luidt mijn bijnaam ‘de eendenman’.
Ik kreeg allemaal observaties toegestuurd van vergelijkbaar diergedrag. Filmpjes, krantenknipsels, noem maar op. Ik denk dat we daardoor nu wel zeventig gevallen van necrofilie kennen in het dierenrijk, van eekhoorns tot walvissen en alles wat er tussenin zit. Necrofilie komt vaker voor dan we denken. Dat is ook niet gek, want dierlijke seksualiteit is vaak een reactie op een eenvoudige prikkel, zoals een bepaalde lichaamshouding. Soms sterft een dier precies in zo’n positie, zoals die eend die ik als eerste beschreef, die zich tegen de glazen pui van het Natuurhistorisch Museum te pletter vloog. Een hitsig mannetje heeft dan niet door dat de dood in het spel is.
Aandacht voor dit soort onderzoek kan een eyeopener zijn voor mensen, dat vind ik echt een pluspunt. Er is veel meer diversiteit in diergedrag dan we denken, van necrofilie tot homoseksualiteit. Daardoor kunnen mensen de diversiteit in ménselijk gedrag ook makkelijker leren accepteren, hoop ik.
Maar bovenal denk ik dat de Ig Nobelprijs kan helpen om grote groepen mensen te interesseren voor wetenschap en techniek. Dat onderzoek niet per se droog en moeilijk is, maar juist ook leuk en verrassend. En dat humor hierbij heel belangrijk is.’
Geïnteresseerden kunnen zich nog aanmelden voor de Ig Nobel-avond in De Lindenberg, georganiseerd door Radboud Raflects. De uitreiking van de Ig Nobelprijzen van 2019 is in september op Harvard University – een week voordat de echte Nobelprijzen uitgedeeld worden.
Vier Nijmeegse studies die een Ig Nobelprijs kregen
- 2015: ‘Huh’ is een universeel woord – Mark Dingemanse, Francisco Torreira en Nick Enfield
- 2012: Je schat de Eiffeltoren kleiner in als mensen naar links leunen – Tulio Guadalupe, samen met Rotterdamse onderzoekers
- 2011: Gapen is ook bij schildpadden besmettelijk – Nathalie Sebanz
- 2000: Maffe Nobelprijs gewonnen met zwevende kikkers – Andre Geim. Tien jaar later won Geim ook de échte Nobelprijs, voor de natuurkunde