Voordat de rechtenfaculteit eind 2013 de deuren opent van het Grotiusgebouw, komt op de campus een heel leger bouwers voorbij. Wij volgen elke week de mannen (en een enkele vrouw) die het maken. In deel 1 kraanmachinist Fred Keijzers (58): ‘Leuk hier met al die jonge mensen op het terrein.’ Aan het bouwen gaat vaak het slopen vooraf, ook bij het Grotius. Tussen het Spinozagebouw en het bestuursgebouw waar het Grotius verschijnt, moet eerst het Transitorium tegen de grond. Ook de parkeerplaats behoort tot het verleden. A. Jansen bv neemt het slopen van het Transitorium voor zijn rekening en hoe lullig dat gebouwtje ook leek: het tegen de grond werken en opruimen van het  puin heeft nog heel wat voeten in aarde. Kraanmachinist Fred Keijzers (58) is bezig met het wegwerken van het laatste restje van het oude gebouwtje, een enorme  hoop beton. Een collega houdt de massa nat om de ergste stofvorming tegen te gaan. Keijzers’ kraan neemt de ene na de andere brok in de muil en deponeert de troep in een vrachtwagen. Zeven wagens rijden al een paar dagen af en aan om de rommel naar Helmond te brengen, waar het beton wordt vermalen en verwerkt tot nieuw beton. Midden volgende week zullen de mannen van Jansen na drie weken slopen de campus verlaten. Machinistenschool Keijzers spreekt van ‘een gewone klus, zonder bijzonderheden’. Toevallig ontdekte hij in het puin een boekwerkje van het toekomstige Grotius. Mooi gebouw zo te zien, maar waarschijnlijk zal hij het nooit te zien krijgen. Wat het werken op de campus aantrekkelijker maakt dan klussen elders, zijn volgens Keijzers ‘de jonge mensen die je hier overal ziet’. Het werken op een universitaire campus zegt hem niet zoveel. Zelf is hij opgeleid in de enige school voor kraanmachinisten, toen nog in Ede, inmiddels verplaatst naar Apeldoorn. En over selectie aan de poort gesproken, tegenwoordig een hot item op de campus: in de machinistenschool geldt dit al jaren. Keijzers was in zijn jaar een van de tachtig gelukkigen die de opleiding mochten volgen, op 400 aanmeldingen. Op de vraag hoe het is gesteld met de animo van de huidige jeugd om dit beroep uit te oefenen, moet Keijzers het antwoord schuldig blijven. / Paul van den Broek  / Foto Dick van Aalst