De student anno 2019 woont graag in een studio op een toplocatie
Een kamer in een studentenhuis? Nee, liever een privéstudio. Studenten wonen anno 2019 bij voorkeur op stand. Maar zo'n luxe onderkomen in Talia of Mariënbosch laat meestal een paar jaar op zich wachten. 'Op Galgenveld keek ik door mijn miniraampje uit op een betonnen muur – nu heb ik uitzicht over de hele stad.'
De voordeur van ‘oudbouw’ van Mariënbosch gaat niet open. ‘Als het goed is moet het nu lukken!’ roept filosofiestudent Pam Tönissen door de telefoon. ‘Door de hal, linksaf, omhoog naar de tweede verdieping. Ik wacht op je bij de tussendeur.’ De deuren hebben wel vaker kuren, vertelt ze als ze even later open doet. ‘Dat krijg je met zo veel bewoners.’
Tönissen woont nu vier jaar in een studio van achttien vierkante meter met een hoog plafond in Mariënbosch, een oud klooster aan de Groesbeekseweg dat in 2015 is omgebouwd tot studentencomplex. Bij binnenkomst is links haar keukentje, rechts de deur naar de badkamer. Op de vloer ligt felgroen tapijt. ‘Daar was nog een stukje van over bij de winkel, ik kon het met veel korting meenemen’, zegt de masterstudent. ‘Toen dacht ik: dan verf ik de muur ook groen. Sprinkhaangroen heet deze kleur.’
Vanachter haar netjes georganiseerde bureau kijkt Tönissen door een groot raam uit over het bos. Naast het bureau staan een houten boekenkast, een klein bankje en een elektrische piano. Voor haar bed moet ze naar boven. Een trappetje brengt haar op de entresol, waar ze slaapt.
Het zijn de details die verraden dat hier een student woont: het nepkerstboompje dat achter de boekenkast staat weggemoffeld, de lamp die het niet doet. Tönissen lacht. ‘Het plafond hier is vier meter hoog. Ik heb nog steeds geen idee hoe ik die lamp moet vervangen.’
Op die details na woont Tönissen niet in kamer zoals de meeste mensen zich een traditioneel studentenhuis voorstellen. Geen vaat die drie weken lang ligt te schimmelen tussen lege bierblikjes. Geen kleding op de vloer, geen twintig huisgenoten die zo nu en dan komen binnenwandelen en geen loeiharde muziek van de onderburen. In plaats daarvan: de sereniteit van een klooster en rustig naar buiten kijken.
Het pand wordt vooral bewoond door ouderejaarsstudenten. De wachttijd bij de SSH& is zo’n vier tot vijf jaar – Mariënbosch is gewild. Tönissens studio kost 485 euro, maar daar gaat nog huursubsidie van af. Uiteindelijk blijft er circa 314 euro over.
Bij het station
Vijfdejaars geschiedenisstudent en mede-oprichter van de Nijmeegse Krachtsport Vereniging Maarten van den Nieuwenhuizen woont in Talia, middenin het centrum, naast het station en boven Doornroosje. De studenten hebben er geen studio’s, maar wonen met z’n vieren samen.
In een verlaten keuken annex woonkamer – zijn huisgenoten zijn voor het weekend naar hun ouders – schenkt hij koffie in twee Radboudmokken. De ruimte op de zesde verdieping lijkt meer op een appartementje dan een studentenhuis, al bestaat de inrichting uit een studentikoos samenraapsel van toevallige vondsten: een houten tafel, een bank, een tv, een kast.
‘In het begin hebben we hier maar gewoon wat neergezet’, zegt Van den Nieuwenhuizen, ‘maar gaandeweg zijn er mooiere meubels voor in de plaats gekomen. De tafel is nieuw en de stoelen komen nog uit de Thomas van Aquinostraat. Die hebben we meegenomen toen die werd gesloopt.’
Het voelt voor Van den Nieuwenhuizen luxe dat alles nieuw en ruim is. ‘Alles is gewoon verzorgd. Pas geleden zijn onze wasmachine en droger vervangen, dat krijg je niet zo maar voor elkaar in een normaal studentenhuis.’ Daarnaast vindt hij ook de ganggrootte perfect: ‘Vier is een goed aantal. Je hebt niet de drukte van tientallen huisgenoten, maar kunt wel samen eten als je zin hebt. Vooral in het begin hebben we veel samen op de bank gehangen, maar ik kan hier ook prima mijn eigen ding doen.’
Ikea
Zijn eigen kamer is met zo’n vijftien vierkante meter ruim genoeg om in te slapen, studeren en wonen. Bij het raam staan niet minder dan acht planten. Een uit de hand gelopen hobby, vertelt de student lachend. ‘Ik kocht ze ooit als stekjes, inmiddels zijn ze allemaal groot gegroeid.’ De kunstzinnige posters aan de muren komen ‘gewoon van IKEA’, de houten kast mocht hij bij zijn ouders meenemen. ‘Deze kamer is groter dan mijn vorige twee. Hij voelt ook ruimer. Op Galgenveld keek ik door mijn miniraampje uit op een betonnen muur – nu heb ik uitzicht over de hele stad.’
De student anno 2019
- woont het liefst in een studio of appartement op een toplocatie.Volgens de Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2018 willen studenten het allerliefst een grote privéstudio in het centrum. Als ze het konden betalen tenminste. In studio’s zoals die van Mariënbosch of de Gouverneur wonen vooral ouderejaarsstudenten, zegt Vincent Buitenhuis van de SSH&. ‘De meeste studenten wonen nog steeds in kamers met gedeelde voorzieningen. Die zijn vaak goedkoper en de wachtlijst is korter. Vooral voor jongere studenten is dat gunstig. Ze vinden het vaak ook gezellig: ze kunnen samen koken, leren nieuwe mensen kennen en ontdekken samen het studentenleven.’
- slaapt in een tweepersoonsbed
- heeft behoefte aan uitstraling. Wil een ruimte die niet duur is ingericht, maar wél stijlvol. Dus geen bij elkaar geraapt zooitje maar een strakke IKEA-keuken, lange eettafel, mooi op elkaar afgestemde kleuren.
- kijkt geen tv, maar netflixt op de laptop
- heeft gezelschap van een of meer planten
- bezit een kast die soms vol staat met boeken, vaak met spulletjes die gezien mogen worden
- laat alles thuisbezorgen (en dan raken de pakketjes af en toe kwijt tussen de huisgenoten)
- voelt woningnood. Wil niet te lang wachten op die perfecte kamer, maar moet dat wel. De SSH& is niet van plan om eindeloos veel studio’s en kleine appartementjes bij te gaan bouwen, legt Buitenhuis uit. ‘We zien het aantal studenten dat in studio’s wilt wonen groeien, maar uiteindelijk kiezen de meeste studenten er nog steeds voor om hun voorzieningen te delen. Je moet niet vergeten dat de gemiddelde student in totaal zo’n negenhonderd euro per maand heeft te besteden. Voor hen willen we de kamers ook toegankelijk houden. Daarnaast moeten we de komende jaren nog negenhonderd studentenwoningen bijbouwen. Als we nu alleen maar studio’s maken, gaat dat niet lukken.’
Dit artikel verscheen eerder in de special van Vox over studeren anno 2019