Dossier

De zoektocht naar de HEMA-rookworst

03 okt 2018

Is Nijmegen klaar voor zo veel internationals? Niet helemaal, blijkt tijdens een stadswandeling met twee Spanjaarden en een Duitse en Franse student.

Men neme twee jongemannen uit Barcelona en plaatse ze op de cosmetica- afdeling van de Nijmeegse HEMA. Op zoek naar worst, want ze hebben gehoord dat het een delicatesse is. ‘Nee vlees hebben we hier niet hoor,’ zegt de cosmeticadame moederlijk, ‘daarvoor moeten jullie echt naar de supermarkt.’ De twee Spanjaarden kijken elkaar aan. ‘Heeft u dan helemaal geen eten?’, vraagt Ferran Sebastian, gehuld in een grijze hoody en de spraakzaamste van de twee. Waarop de medewerkster wijst in de richting van de foodafdeling, achterin de HEMA. Sebastian en zijn vriend, Sergi Prat, klampen, eenmaal daar aangekomen, een andere medewerker aan. Die stuurt ze weer terug, naar de rookworstbalie bij de ingang.

Ferran Sebastian

Een jonge verkoopster met een bruine paardenstaart hoort ze glimlachend aan. Als een geboren reisleider maakt ze haar klanten duidelijk dat de rookworst geen Nijmeegse specialiteit is, maar een specialiteit van de HEMA, verkrijgbaar in heel het land. ‘Wat zit er eigenlijk in?’, vraagt Sebastian. Tja. De verkoopster kijkt haar klanten een kort moment met grote ogen aan. Dan snijdt ze resoluut de worst door en toont het snijvlak aan de Spanjaarden. ‘Kijk, dit zit erin’, zegt ze triomfantelijk. En: ‘Willen jullie een stukje proberen?’

Stadskantoor

Is Nijmegen klaar voor zo veel internationale studenten? Vox neemt de proef op de som door een viertal internationale studenten mee te nemen het Nijmeegse centrum in. Steeds met een opdracht: leen een boek van Hella Haasse bij de stadsbibliotheek. Of: vraag een burgerservicenummer (BSN) aan in de Stadswinkel. Kies bij LUX een film uit om met z’n vieren naartoe te gaan. Of, zoals bij de HEMA dus, koop een rookworst. Wat meteen opvalt: iedereen die onze proefkonijnen benaderen, spreekt goed Engels. Van de jonge verkoopster van de HEMA tot de bibliotheekmedewerkster van middelbare leeftijd. Prat: ‘Het niveau van het Engels ligt in Barcelona veel lager. Toen ik voor het eerst door de stad liep, was ik daar echt door verrast.’

Toch kun je ook weer niet beweren dat Nijmegen in alle opzichten klaar is voor een grote schare internationale bezoekers. Veel voorzieningen zijn niet echt toegankelijk voor buitenlanders, blijkt tijdens de rondgang door het centrum met de vier studenten. Zo zijn informatiebordjes vaak alleen in het Nederlands opgesteld. En dat geeft meer problemen dan je misschien zou denken.

Greta Soest en Manon Delestre in de bibliotheek. Foto: Erik van ’t Hullenaar

Als de Duitse Greta Soest Bibliotheek De Mariënburg door struint op zoek naar een boek van Hella Haasse, treft ze bij toeval een bibliotheekmedewerkster. ‘Een boek van Hella Haasse? Jazeker, komt u maar mee.’ Het boek is snel gevonden, Oeroeg is de titel, maar hoe moet het nu verder? De medewerkster is er allang vandoor. ‘Ik denk dat ik een pasje nodig heb ofzo’, zegt de studente twijfelend. Ze loopt zoekend rond tot ze een informatiebalie ontdekt. Zelfverzekerd stapt ze erop af. Ze is de enige bij de balie dus dat zal snel gaan. Het is ook nog vroeg: half elf. Ze wacht 5 minuten. 8 minuten. 10 minuten. Pal naast het informatiebord waarop staat: ‘Vanaf 11.00 uur is er iemand aanwezig om je verder te helpen’.

Afspraak

In de Stadswinkel van de gemeente Nijmegen, een deur verderop, staan bij de ingang grote witte zuilen met daarop de tekst ‘Meld u hier aan’. Ferran Sebastian loopt er straal aan voorbij. Maar hij is niet bepaald mensenschuw en stapt kordaat af op een medewerker in de hal. ‘U moet daar een nummertje trekken’, zegt de man in het Engels terwijl hij naar de witte zuilen gebaart. Maar het is duidelijk dat hij er weinig vertrouwen in heeft, want hij loopt vooruit en trekt zelf dan maar een nummer voor de Spanjaard. Gelukkig maar, het was voor Sebastian niet eenvoudig geweest om te kiezen uit de twee in het Nederlands geformuleerde opties: ‘Heeft u een afspraak?’ of ’Heeft u geen afspraak?’.

Foto: Erik van ’t Hullenaar

Dan de dienstregeling van de bus. Manon Delestre, masterstudent uit Frankrijk, probeert erachter te komen wanneer de bus gaat naar het centraal station. Ze tuurt op het informatiebord bij de bushalte op Kelfkensbos. ‘Wat zouden die a en die e betekenen achter de tijden’, peinst ze hardop. ‘En wat is het verschil tussen deze twee reisschema’s?’ Ze haalt er Greta Soest bij, die al wat Nederlands spreekt. Samen turen ze naar het schema met daarboven de woorden ‘afwijkende dienstregeling’. ‘Hmm. What does that mean?’, vraagt Delestre de Duitse student. ‘Out of order, maybe?’, antwoordt deze.

Even later is Soest erachter. ‘Dat moet iets te maken hebben met Kerstmis enzo.’ Delestre kijkt opgelucht. Nu nog een buskaartje. ‘Maar dat is makkelijk. Dat koop ik gewoon bij de buschauffeur.’ Helaas, zonder ov-chipkaart komt ze niet ver.

Menukaart

Ja, het is af en toe wel lastig als je het Nederlands niet beheerst, zegt Sebastian als hij en de drie andere studenten napraten in het café van cultureel centrum LUX. ‘Wij komen graag bij café Faber in de Houtstraat, maar daar hebben ze geen Engelse menukaart. Dat is dubbel moeilijk: iemand moet de opties eerst voor je vertalen en dan moet je ook nog zien te kiezen.’ Soest oppert dat het mooi zou zijn als restaurants en cafés een paar menu’s in het Engels hebben. ‘Een of twee is al genoeg. Dan kun je die rond laten gaan.’

‘Als mensen zo vriendelijk zijn, is het geen probleem om hulp te vragen’

De vier zijn het erover eens dat de inwoners van Nijmegen veel goed maken. ‘Mensen hier zijn ontzettend aardig. Zo behulpzaam. Als je even zoekend rondkijkt, komt er al iemand aangesneld’, zegt Delestre. De anderen knikken. Sebastian: ‘Ik was met een vriend bij de AH XL. We stonden bij de kassa en hadden heel wat boodschappen in ons karretje. Bleek onze Visakaart niet geschikt om mee te betalen. Wij onze zakken leeghalen. Overal haalden we munten vandaan. Toen ik opzij keek, zag ik dat zich inmiddels een flinke rij had gevormd. Boze gezichten had ik verwacht, maar dat was niet zo. Mensen glimlachten vriendelijk en keken met een blik van ‘neem je tijd’.’

Dan is het helemaal niet zo erg, willen de vier internationale studenten maar zeggen, als je niet alle informatiebordjes begrijpt. ‘Als mensen zo toegankelijk en vriendelijk zijn, is het geen probleem om hulp te vragen’, zegt Soest.

Goed, op de valreep toch nog een domper. De film waar ze komend weekeinde alle vier wel naartoe willen, Incredibles II, blijkt op zondag wel te draaien, maar alleen in het Nederlands. De vier staan gebogen over de Nederlandstalige LUX-folder met filmtitels en tijden. Sebastian krijgt een ingeving: ‘We kunnen natuurlijk óók ons college overslaan en naar de Engelse versie gaan. Op maandagmorgen.’

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!