Debuutroman Gerjon Gijsbers gebaseerd op studententijd
Ooit studeerde hij Nederlands aan de Radboud Universiteit, nu is zijn eerste roman uit. Voor Gerjon Gijsbers is literatuur een belangrijk onderdeel van zijn leven. ‘Door het schrijven voorkom ik dat het leven te groot wordt.’
In Scheuren in het canvas, de debuutroman van schrijver Gerjon Gijsbers (34), stapt hoofdpersoon Luctor in een lift die veel Radboudstudenten en -medewerkers die vaak in het Erasmusgebouw komen, zullen herkennen. Als hij op de knop voor de vierde verdieping drukt, knippert er een ‘A’ op het scherm om aan te geven naar welke lift hij moet. Zo zijn er meer plekken in de roman die sterk aan de Radboud Universiteit doen denken. ‘Ik heb hier vijf jaar rondgelopen’, vertelt Gijsbers. ‘Dus ik heb er wel een band mee. Mijn ervaringen komen deels overeen met die van Luctor uit het boek. Bijvoorbeeld het moment dat de presentielijst wordt afgeroepen en hij zich afvraagt of iemand het zou merken als hij er niet zou zijn.’ Toch was het niet alleen maar misère, zegt hij. ‘Ik heb ook veel goede herinneringen aan de universiteit.’
Gijsbers studeerde Nederlands, rondde zijn bachelor af, maar stopte voortijdig met zijn masterstudie. ‘Ik geloofde niet zo in de literatuurwetenschappen, merkte ik. Literatuur is te subjectief om wetenschap op los te laten en ik werd helemaal gek van de literatuurtheoretische benaderingen. Die gaven me het idee dat ik het zelf helemaal fout deed, het stond in de weg van mijn eigen schrijverschap.’ Hij schrijft al sinds zijn achttiende. In het laatste jaar van de middelbare school is hij ermee begonnen. ‘Al mijn vrienden speelden in bands. Ik kan niets op muzikaal gebied, maar wilde toch iets creatiefs doen. Toen ben ik gaan schrijven.’ Maar op zijn achtentwintigste werd het pas echt serieus. ‘Na tien jaar rotzooi’, grapt hij.
Godsdienstwaanzin
In 2014 verscheen bij Uitgeverij Wintertuin Gijsbers’ chapbook Aan Gort, waarin drie verhalen staan over Luctor. In de nieuwe roman Scheuren in het canvas staat het grote verhaal over deze hoofdpersoon, die volgens Gijsbers zijn ‘duistere kant’ is. Luctor is een jongen die in zijn leven op zoek is naar iets groters: werk, liefde, of zoals hij het zelf zegt ‘het grote geluk’. Ook wil hij graag een douchegordijn kopen. Het boek is semi-autobiografisch, zegt Gijsbers. ‘Mijn moeder vroeg onlangs of de dingen in het boek echt gebeurd zijn. Ik antwoordde met een vaag: “Ja. Nee. Ja. Nee.” Ik vind het moeilijk om tegen mijn moeder te liegen.’
Twee jaar geleden schreef Gerjon Gijsbers een kerstverhaal voor Vox. ‘Natte Kerst’ is hier terug te lezen.
Hij speelt in zijn werk graag met de opgekropte frustraties van zijn personages, zegt Gijsbers. ‘Die heeft Luctor ook. Het zit continu tot hier bij die jongen.’ Zelf is hij de laatste jaren gekalmeerd, onder andere door het schrijven. Het is voor hem een manier geworden om structuur aan te brengen in het leven. ‘Het boek lijkt misschien enigszins chaotisch, maar voor mij lukt het op deze manier om orde te scheppen. Door het schrijven voorkom ik dat het leven te groot wordt.’ Hij is nu alweer met allerlei nieuwe projecten bezig. ‘Ik ben begonnen aan een autobiografisch boek over mijn relatie met de katholieke kerk, ik heb onlangs een mislukte poging gedaan om uit te treden. Het zal gaan over een familieverhaal van een oom met godsdienstwaanzin, over dogma’s en doctrines, vervelende dingen. Mijn verlies van het geloof in de katholieke kerk is na het verlies van Sinterklaas weer een illusie die ik verloren ben.’
Maar eerst gaat hij sober kerst vieren, zegt Gijsbers. ‘Misschien door een waxinelichtje aan te steken. Ik vind kerst geheel losgezongen van de traditie. Bijna ieder bedrijf probeert met een kerstslogan zijn product te verkopen. De drie wijzen brachten mirre en wierook mee, geen condooms en klauwhamers.’