Diversiteit in medisch onderwijs: waarom aandacht voor gender en etniciteit cruciaal is

16 okt 2023

De Radboud Universiteit is een flinke slag aan het slaan om de medische opleidingen diverser te maken. Niet alleen binnen de studentenpopulatie, maar ook in de lesstof. Welke medische verschillen tussen groepen zijn er die tot nu toe over het hoofd worden gezien?

De thema’s diversiteit en inclusie zijn actueler dan ooit aan de universiteit. Zo werd recentelijk hoogleraar Karen Steger-Jagers aangesteld met het doel de opleidingen van de medische faculteit diverser en inclusiever te maken. Ook deed strategisch adviseur Geert van den Brink een oproep aan medische studenten om deel te nemen aan het leernetwerk Diversiteit, Inclusie en Kansengelijkheid.

Toch is diversiteit in de medische wetenschap geen nieuw onderwerp. In 2021 nog vroegen geneeskundestudenten om meer aandacht voor de donkere huid binnen het vak dermatologie. Maar ook op andere vlakken valt er nog veel te winnen. Welke medische verschillen zijn volgens experts onderbelicht?

1. Geslacht

Angela Maas, gepensioneerd cardioloog aan het Radboudumc, is een van de pioniers op het gebied van gendersensitieve geneeskunde. Ze hield zich in haar werk vooral bezig met de verschillen tussen het mannen- en het vrouwenhart. Die kunnen zich namelijk wezenlijk anders gedragen, legt Maas uit. ‘Daar waar mannen bij hartklachten signalen ontvangen zoals een plotselinge hevige pijn op de borst, kunnen vrouwen over een periode last hebben van kortademigheid, oververmoeidheid, slaapproblemen of duizeligheid.’

Maar ook de rest van het vrouwenlichaam werkt anders dan dat van de man. Te beginnen met de zichtbare verschillen als lichaamslengte, gewicht, vet- en spiermassa. Verder hebben vrouwen vaak ook een lagere dosis van een medicijn nodig dan mannen omdat hun lichaam medicatie op een andere manier verwerkt. Tot slot zijn er nog tal van aandoeningen die te maken hebben met vrouwelijke hormonen, zoals een verhoogd risico op bloedstolsels wanneer je de anticonceptiepil slikt of zwanger bent.

De reference man is wit, zo’n 1.75 meter lang, en weegt rond de 80 kilo

Ondanks al die verschillen wordt in de gezondheidszorg toch nog veel uitgegaan van de man als standaardmodel, meent Maas. Die reference man is wit, zo’n 1.75 meter lang, en weegt rond de 80 kilo. Iedereen die van dit plaatje afwijkt wordt gezien als een variant, zo ook de vrouw. En dat is een probleem.

Uit onderzoek van Voices for Women bleek namelijk dat 80 procent van alle patiënten met onverklaarde gezondheidsklachten vrouw is. Ook bleek dat vrouwen veel vaker gediagnosticeerd worden met psychische aandoeningen als depressies en angststoornissen. Onderzoek van de Groningse promovendus Aranka Ballering bevestigt dat: van mannen en vrouwen die met dezelfde klachten bij de huisarts aankloppen worden vrouwen minder vaak doorgestuurd naar een specialist.

Dat komt omdat het vrouwenlichaam vroeger in de geneeskunde bekeken werd via de zogenaamde ‘Bikinivisie’, vertelt Maas: het idee dat het mannen- en vrouwenlichaam volledig hetzelfde werken, op alles rondom de genitaliën na. ‘Dat idee is natuurlijk achterhaald’, vertelt ze. ‘Maar desalniettemin hardnekkig.’

2. Etniciteit

De man is in de geneeskunde dus nog steeds vaak het model voor ‘de patiënt’. En specifiek de wítte man. Ziektebeelden die passen bij een donkere huidskleur of mensen met een migratieachtergrond zijn nog steeds ondervertegenwoordigd in onderwijs. Colette van Hees is dermatoloog in het Erasmus MC en probeert daar verandering in te brengen.

Van Hees: ‘Hoe gepigmenteerder de huid, hoe lastiger het is om roodheid te zien. De huid kleurt dan niet rood, maar donkerder. Huidziekten als eczeem en psoriasis worden daardoor bij donkere mensen soms minder goed herkend. Dan wordt er geen, of een verkeerde diagnose gesteld, of de ernst van de ziekte wordt onderschat.’ Patiënten lopen daardoor langer dan nodig met jeuk, pijn en onzekerheid rond, vertelt Van Hees.

Illustratie: Ivana Smudja

Dat is vervelend, maar wanneer artsen een acute ontsteking of vergevorderd melanoom over het hoofd zien, kan dat nog veel ernstigere gevolgen hebben. ‘Publiekscampagnes laten vooral beelden van melanomen op de huid van de armen, benen en de romp zien. Terwijl bij mensen met een donkere huid melanoom vrijwel alleen op handen, voeten en onder de nagels voorkomt. Omdat melanomen daarnaast erg zeldzaam zijn, is zowel de arts als de patiënt er dus minder op getraind.’

Dat geldt ook voor andere aandoeningen die te maken hebben met etniciteit. Zo hebben Nederlandse zorgverleners onvoldoende kennis over genetisch bepaalde gezondheidsverschillen, stelt Pharos, het landelijk expertisecentrum gezondheidsverschillen in haar rapport ‘Migranten, preventie en gezondheidszorg’.

Uit dit rapport blijkt dat “mensen met een subtropische achtergrond vaker last hebben van sikkelcelziekte en leverkanker”. Ook schrijven de auteurs dat “Hindoestanen aanmerkelijk vaker diabetes hebben”. Verder werken antidepressiva nauwelijks bij patiënten met een Turkse achtergrond en blijkt één op de drie Ethiopiërs niet te reageren op het meest gebruikte antipsychoticum.

Dit kennisgat begint gelukkig langzaam te dichten, vertelt Van Hees. ‘Dat gebeurt vooral in grote steden waar veel mensen met een migratieachtergrond wonen.’ Maar wil je écht verschil kunnen maken, dan moet die kennis ook in het onderwijs terechtkomen, vult Maas aan. ‘Dat is in veel vakgebieden nog niet het geval, maar wel noodzakelijk.’

3. Gender

Dat het verschil pas gemaakt kan worden als het in het onderwijs terecht komt, geldt ook voor gender, vertelt Sabine Oertelt-Prigione, internist in het Radboudumc. In haar werk houdt ze zich specifiek bezig met zogenaamde ‘sekse- en gendersensitieve geneeskunde’.

‘Veel mensen denken dat de term “gender” betekent hoe je jezelf identificeert, maar het omvat veel meer dan dat.’ De internist doelt daarbij op zaken als machtsverhoudingen die op gender zijn gebaseerd, of verwachtingen vanuit de samenleving over iemand op basis van gender. ‘Verwachtingen hebben impact op je gedrag, en daarmee ook op je gezondheid.’

‘Dat diagnosticeren in bepaalde groepen lastiger is, mag geen excuus zijn voor het geven van minder goede zorg’

Dat blijkt onder andere uit onderzoek naar de kwaliteit van leven bij patiënten met Parkinson, een ziekte waarbij bepaalde hersencellen langzaam afsterven, waardoor mensen mettertijd anders gaan bewegen en zich anders gaan gedragen. Parkinsonpatiënten die voor de ziekte heel typisch mannelijk of vrouwelijk gedrag vertoonden – ongeacht geslacht of gender – bleken heel veel moeite te hebben om hun leven na de diagnose opnieuw in te richten.

‘We vermoeden dat dit te maken heeft met gendernormen’, vertelt Oertelt-Prigione. ‘De mannen uit dit onderzoek hadden er namelijk vaak moeite mee dat zij niet meer de kostwinner konden zijn, en de vrouwen dat zij minder zorgtaken op zich konden nemen. Patiënten die minder genderstereotiep gedrag vertoonden hadden daar minder last van.’

Toch blijft de rol van gender in zorg lastig om te onderzoeken, geeft van Oertelt-Prigione toe. Juist omdat het zo afhankelijk is van omgevingsfactoren. Maar dat is voor de internist geen reden om het niet te doen. Dermatoloog Van Hees is het daar volledig mee eens. ‘Dat diagnosticeren in bepaalde groepen lastiger is, mag geen excuus zijn voor het geven van minder goede zorg.’

Leuk dat je Vox leest! Wil je op de hoogte blijven van al het universiteitsnieuws?

Bedankt voor het toevoegen van de vox-app!

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!