De opleidingen Economie en Bedrijfseconomie en Bedrijfskunde zitten landelijk in de lift en dat is aan de Radboud Universiteit niet anders. In tegenstelling tot aan andere Nederlandse universiteiten is een numerus fixus niet aan de orde in Nijmegen.

De opleidingen Economie en Bedrijfseconomie en Bedrijfskunde trekken landelijk steeds meer studenten. Die groei is voor een groot deel toe te schrijven aan de populariteit van de Engelstalige opleidingen. Dat blijkt uit een rondvraag die het Financieele Dagblad hield bij de vier grootste economiefaculteiten van Nederland. Vooral de Universiteit van Amsterdam kent een stevige groei: de opleiding rekent dit jaar op 1.800 eerstejaarsstudenten, in vergelijking met 840 in 2016.

Elinor Ostromgebouw

Volgens Bjorn Teeuwen, medewerker voorlichting en communicatie van de Faculteit der Managementwetenschappen, zullen de opleidingen Economie en Bedrijfseconomie en Bedrijfskunde altijd wel een stabiele instroom kennen. ‘Dat was tijdens de crisis niet anders. Economen en bedrijfskundigen vinden altijd een baan, ouders van toekomstige studenten weten dat ook.’

De inschrijvingen van eerstejaarsstudenten Economie en Bedrijfseconomie en Bedrijfskunde kenden vooral vorig jaar een sterke groei. ‘Voor dit jaar verwachten we daarom niet opnieuw een sterke toename van het aantal studenten,’ aldus Teeuwen.

Hij verwijst naar de verhuizing naar het Elinor Ostromgebouw als een van de redenen voor de populariteit van de economische opleidingen. ‘Al onze studierichtingen gingen erop vooruit dankzij de nieuwe studieomgeving.’

Geen fixus

Ook de instroom van internationale studenten draagt bij aan de groeiende instroom van de opleidingen Bedrijfskunde en Economie en Bedrijfseconomie. ‘Tot ongeveer zes jaar geleden hadden we enkel een Nederlandstalige track, die telkens 300 à 400 studenten telde. Vanaf 2017 hadden we ook 100 à 150 studenten in beide Engelstalige tracks, omdat we stopten met de decentrale selectie (methode waarbij studenten een motivatiebrief moeten schrijven en studiecijfers moeten voorleggen, red.) . Omdat steeds meer Nederlandse studenten voor de Engelstalige opleiding kiezen, blijft dat aantal toenemen. Op termijn hebben we wellicht in beide tracks een driehonderdtal studenten.’

Een numerus fixus invoeren om de groei van studenten te beteugelen zoals in Groningen, Rotterdam en Maastricht is aan de Radboud Universiteit momenteel niet aan de orde. ‘Voor de opleidingen Bedrijfskunde en Business Administration hebben we dat, naast de decentrale selectie, ingevoerd in het collegejaar 2016-2017. Omdat het aantal inschrijvingen toen niet spectaculair de hoogte in ging, hebben we die methode opnieuw afgevoerd.’