De opening van het academisch jaar zette vanmiddag de toon voor het online onderwijs dat studenten dit collegejaar te wachten staat. In een nog niet half gevulde Aula was minister Ingrid van Engelshoven de prominentste gast. Het publiek luisterde grotendeels mee vanuit huis of kantoor.

Het onderwijs gaat het komend collegejaar nog grotendeels online, en de traditionele opening van het academisch jaar volgde vanmiddag dezelfde route. Dat had voor- en nadelen. Uiteraard komt een muziekstuk – uitgevoerd door student en violiste Hester Julia Voddé en studenten van dj-vereniging SoundLab – het beste tot zijn recht bij fysieke aanwezigheid. Maar het virtuele karakter van de opening bood ook nieuwe mogelijkheden. Zo konden luisteraars zich in de (anonieme) chatfunctie live mengen in de ceremonie.

Jodel

Tot hilariteit van de een, en ergernis van de ander, maakte niet iedereen daar even serieus gebruik van. Grappen over uiterlijkheden van sprekers wisselden zich af met serieuze vragen aan collegevoorzitter Daniël Wigboldus, die vanuit huis meedeed in de chat. Bezoekers leerden zo dat Wigboldus’ lievelingsdrankje een Heineken 0.0 is, terwijl de moderator zijn best deed zo snel mogelijk schunnige opmerkingen van een zogenaamde Ingrid van Engelshoven te verwijderen. De opening van het academisch jaar kreeg zo iets weg van de anonieme berichten-app Jodel, populair onder studenten.

Maar het was niet alleen grappen en grollen. Rector Han van Krieken erkende tijdens zijn openingswoord het gemis voor studenten, nu zij veel sociale activiteiten mislopen. ‘Het is heftig, als je de ander niet kunt aanraken, ontmoeten, als je veel mooie dingen van het leven niet kunt ervaren.’

Geen beloften

Richting het einde van de ceremonie speelde Wigboldus vragen door die in de chat naar voren waren gekomen, bijvoorbeeld over de werkdruk onder universitair personeel. Minister Van Engelshoven antwoordde daarop dat extra investeringen inderdaad noodzakelijk zijn. Bovendien benadrukte ze de noodzaak voor jonge onderzoekers om meer ‘vaste grond’ onder hun voeten te krijgen, en dat kan volgens de minister door het uitdelen van vaste contracten en het stabiliseren van de financiële instroom vanuit Den Haag.

Maar het Nijmeegse publiek moest het doen zonder concrete beloften in die richting – de hete aardappel wordt nog even doorgeschoven. Voor zichzelf noemde de minister als belangrijkste taak voor de komende zes maanden om het onderzoek naar een ander bekostigingsmodel voor universiteiten af te ronden. Daarna is het aan het volgende kabinet om de knoop door te hakken.

Morgen verschijnt op voxweb.nl een interview met minister Ingrid van Engelshoven.