Eerste programmamanager diversiteit: ‘Ik ben een pleitbezorger van sociale rechtvaardigheid’
De Radboud Universiteit heeft voor het eerst een programmamanager diversiteit, gelijkheid en inclusie aangenomen. Rona Jualla van Oudenhoven heeft Indiase roots, groeide op in Trinidad and Tobago en werkte in Canada. 'Door een officiële nieuwe functie in het leven te roepen, laat je als universiteit zien dat je wilt groeien en dat je focus ligt op dit thema.'
‘Ik ben Rona. Ik kom uit Canada. Ik woon in Leiden. Ik werk in Nijmegen.’ Behoorlijk vloeiend spreekt Rona Jualla van Oudenhoven de zinnen uit die ze tot nu toe heeft geleerd op een cursus Nederlands. Eind augustus streek ze hier neer om in september te beginnen aan haar nieuwe baan: Diversity, Equity and Inclusion Strategist – ofwel: programmamanager diversiteit, gelijkheid en inclusie. Van Oudenhoven heeft zelf Indiase grootouders en groeide op in Trinidad and Tobago.
‘Het is de bedoeling dat ik op zoek ga naar een strategie om verandering in gang te zetten’, vertelt Van Oudenhoven in haar moedertaal Engels. ‘Dat gebeurt uiteraard in lijn met de missie van de universiteit. Hoe kun je een safe and inclusive space voor iedereen bereiken? Voor verschillende groepen zul je verschillende strategieën moeten bedenken. Ik begin met kennismaken met studenten, medewerkers en wie hier ook maar mee te maken heeft. Eerst moet ik helder krijgen waar mensen behoefte aan hebben.’
U bent de eerste programmamanager diversiteit, gelijkheid en inclusie aan deze universiteit. Waarom is de tijd nu rijp?
‘Het stond altijd al op de agenda. Ik zie dat de studentenpartijen ermee bezig zijn en de dienst Personeel en Organisatie werkt ook aan inclusie en diversiteit. Door een officiële nieuwe functie in het leven te roepen, laat je als universiteit zien dat je wilt groeien en dat je focus ligt op dit thema. Het is ook mooi dat de Nederlandse overheid op mijn eerste werkdag een actieplan voor diversiteit en inclusie lanceerde, daar wil ik zeker bij aansluiten.’
Waarom is meer diversiteit goed voor een universiteit?
‘Omdat de wereld verandert, we zijn steeds meer een global village. Dan is het logisch dat een organisatie zichzelf onderzoekt en zich gaat aanpassen aan die globale setting. Zou je niets doen, dan stagneer je. Diversiteit krijgt de laatste tijd ook veel politieke aandacht. Zaken die eerder onuitgesproken bleven, worden nu opeens benoemd. Denk aan de Black Lives Matter-beweging. Kijk, discriminatie is er altijd al geweest, of het nu gaat om gender, klasse, leeftijd of etniciteit. Het verschil is dat er nu over gesproken wordt.
‘Vaak is de angst voor de ander in de samenleving ongegrond. Mensen zien de ander als bedreiging, zijn bang dat hen iets wordt afgenomen. Dat mechanisme moet je wel snappen voor je probeert iets te veranderen. Daar is diplomatie voor nodig. Je moet uitleggen dat de meerderheid niet hoeft in te leveren door een minderheidsgroep dezelfde kansen te gunnen. Het is niet zo dat je het water uit de ene emmer overhevelt in de andere en zo iemand tekort doet. Je plaatst niemand boven de ander. Nee, je probeert alleen te bereiken dat achtergestelde groepen dezelfde kansen hebben. Ik vind onderwijs een mooi voorbeeld: jouw diploma wordt niet minder waard doordat ik ook naar school kan.’
Gaat het erom dat de universiteit een voorbeeld moet stellen of worden daadwerkelijk betere resultaten geboekt als de campus diverser wordt?
‘Beide. De universiteit is een micro-samenleving. We moeten onszelf ontwikkelen, en erkennen dat we grote invloed hebben als universiteit. We zijn een voorbeeld en beïnvloeden anderen. Die rol moet je pakken. Tegelijkertijd weten we uit onderzoek dat diverse teams betere resultaten bereiken dan homogene. Van die diversiteit in denken moet je gebruikmaken. Je moet ook niet vergeten dat de nieuwe generatie studenten erg open-minded is. Studenten, welke achtergrond ze dan ook hebben, willen op een universiteit studeren die laat zien aandacht te hebben voor deze thema’s.’
Waar gaat u op focussen? Is het de bedoeling meer mensen van kleur aan te trekken? Meer vrouwen in de staf te krijgen?
‘Dat is te simplistisch gesteld. Ik moet eerst deze organisatie leren kennen en mijn voelsprieten uitsteken. Onderzoeken wat er moet gebeuren. Als we straks een plan van aanpak gaan opstellen rond diversiteit, gelijkheid en inclusie zou het kunnen dat we dergelijke doelen benoemen.’
Bent u een voorstander van quota? Bijvoorbeeld om meer vrouwen in de top te krijgen?
‘Ik ben er niet tegen, soms is dat soort maatregelen nodig omdat een verandering er anders niet komt. Maar het is echt nog veel te vroeg om daar iets over te zeggen. Eerst maar eens een strategie formuleren.’
Steunt u de wereldwijde roep om ‘dekolonisatie’ van universitaire curricula?
‘Ik vind dat elk curriculum een afspiegeling moet zijn van de realiteit en de werkelijkheid. Als dekolonisatie van het curriculum betekent dat je dichter in de buurt komt van die werkelijkheid en dat je een betere reflectie biedt van de samenleving, dan ben ik voor. Ik ben opgegroeid in Trinidad and Tobago. Op school lazen we Tolstoj en Shakespeare, Europese filosofen maar ook Caraïbische auteurs. Dat zou je een gedekoloniseerd curriculum kunnen noemen. Door die mix heb ik een gebalanceerde blik op de wereld, ik heb daarvan geprofiteerd.’
Wat maakt u enthousiast over uw nieuwe baan?
‘Ik werk al vijftien jaar in dit vakgebied. De combinatie van onderwijs (Van Oudenhoven is zelf hoogleraar, red.), beleid, onderzoek en training is interessant. Waar ik blij van word, is dat ik kan bijdragen aan verandering, al is het maar een klein beetje. Ik ben een pleitbezorger van sociale rechtvaardigheid.’
paul voestermans schreef op 1 oktober 2020 om 17:41
Aavan de andere kant: diversiteit sluit niet uit dat we vooral moeten kijken naar de overeenkomsten: https://cultpsy.wordpress.com/2018/06/03/hoe-divers-zijn-we-nu-helemaal/
Jan van Oort schreef op 7 oktober 2020 om 11:05
“Tegelijkertijd weten we uit onderzoek dat diverse teams betere resultaten bereiken dan homogene.”
Deze bewering zie je terug bij iedere discussie over diversiteit. Wie zich er in verdiept ziet dat er geen duidelijke consensus in de wetenschappelijke literatuur is over het strategische voordeel van diversiteit. Zie bv de oratie van Astrid Homan:
https://diversiteitinbedrijf.nl/wp-content/uploads/2017/10/Oratie-Astrid-Homan-Vier-verschillen-131017.pdf
Hoe diversiteit of het gebrek eraan uitpakt is complex. Maar het is ook niet zo relevant. Stel dat diversiteit strategisch slecht uitpakt, dan is dat toch geen reden om mensen geen gelijke kansen te bieden?
Ja ach ja schreef op 8 oktober 2020 om 07:50
Die laatste zin is misleidend, omdat deze veronderstelt dat diversiteit een logische uitkomst is van gelijke kansen. Dat kan zo zijn – en misschien is dat in de praktijk ook wel zo, daar doe ik geen uitspraak over -, maar dat is niet per se het geval. In theorie is het denkbaar dat alle kandidaten gelijke kansen krijgen, maar dat de uitkomst desalniettemin minder divers is dan de oorspronkelijke kandidatenpool. Dit is het geval wanneer bepaalde kwaliteiten niet gelijkmatig over de oorspronkelijke kandidatenpool verdeeld zijn.
Wat ik bedoel te zeggen, is eigenlijk dit: je streeft ofwel naar gelijke kansen voor iedereen, ofwel naar een zo divers mogelijke verdeling van de uitkomsten. Allebei tegelijkertijd kan niet, tenzij de een per toeval het gevolg is van de ander.
Jan van Oort schreef op 8 oktober 2020 om 11:07
Gelijke behandeling en gelijke kansen zal altijd tot meer diversiteit leiden dan ongelijke behandeling en ongelijke kansen. Pleiten voor gelijke uitkomsten is onzinnig omdat dat voorbij gaat aan verschillen in interesse en voorkeuren, bijvoorbeeld tussen mannen en vrouwen. In landen met meer gelijkheid zijn de verschillen in studiekeuze vaak groter.