Gymnasion wacht drastische verbouwing

01 okt 2014

De verbouwing van het Gymnasion zal ingrijpender zijn dan aanvankelijk gepland. Dat werd maandagmiddag duidelijk toen de architect zijn plannen presenteerde aan de toekomstige gebruikers van het gebouw: het personeel van de managementfaculteit.

Het huidige Gymnasion. / foto: Gerard Verschooten
Het huidige Gymnasion. Foto: Gerard Verschooten

Het personeel van de Faculteit der Managementwetenschappen verruilt tussen 2017 en 2019 de Thomas van Aquinostraat, die op de sloopagenda staat, voor het Gymnasion. Dit gebouw aan de Heyendaalseweg is eigendom van de Radboud Universiteit, maar wordt nu nog verhuurd aan de HAN. De capaciteit van het gebouw is nog ontoereikend voor de huisvesting van de faculteit. Vorig jaar werd daarom besloten een vierde vleugel bij te bouwen.

Nieuwe wereld
Maandag, tijdens een voorlichtingsbijeenkomst voor het personeel van de faculteit, werd duidelijk dat het nieuwe Gymnasion niet alleen groter zal zijn, maar ook een andere uitstraling zal krijgen. In groot contrast met de gebouwen aan de Thomas van Aquinostraat, moet een brede ‘hoofdstraat’ personeel en studenten door het gebouw leiden. Het studielandschap zal over drie verdiepingen verspreid zijn, zodat studenten op verschillende plekken kunnen studeren. ‘We willen een nieuwe wereld creëren’, aldus Jan Dekker van architectenbureau AGS, dat onder meer ook het Huygensgebouw ontwierp.

Een van de uitdagingen voor de architecten was om met een plan op de proppen te komen, dat verbindingen legt tussen de verschillende secties binnen de faculteit. Daarvoor is een ‘stratenplan’ bedacht zonder doodlopende gangen in de vleugels. Die staan in het voorstel van de architecten niet alleen in verbinding met elkaar via de hoofdgang, maar ook door nieuwe gangen aan de uiteinden van de vleugels. Zo ontstaan open ruimten tussen de vierhoeksgangen, die gebruikt worden als binnentuin.

Precair
Schetsen of foto-impressies van het nieuwe Gymnasion wil het Universitair Vastgoedbedrijf nog niet verstrekken. Directeur Ton van de Beek: ‘De plannen zijn precair. Ze moeten nog langs het college van bestuur en de gemeenschappelijke vergadering.’ De kosten van de verbouwing zijn bijvoorbeeld een issue, aangezien die hoger uitvallen dan de oorspronkelijke 14 miljoen euro. Hoeveel hoger kan Van de Beek nog niet zeggen.

Allemaal leuk en aardig, vindt Max Visser, voorzitter van de facultaire onderdeelcommissie (FOC). Maar de zorgen van het personeel zijn volgens hem nog niet weggenomen. ‘Het gebouw moet meer bieden dan mooie vergezichten en strategische plaatjes. Rust en ruimte, bijvoorbeeld, voor geconcentreerd denk- en schrijfwerk en overleg met studenten en collega’s. Visser is bezorgd dat de managementfaculteit onderaan de prioriteitenlijst staat in het hele verhuiscircus op de campus. ‘Anders dan de andere faculteiten krijgen wij een bestaand gebouw, dat we moeten delen met drie grote stafdiensten en het Sportcentrum.’

De grootste zorg van veel personeel is volgens Visser dat niet iedereen een eigen kamer krijgt. Maar volgens Van de Beek wordt daar nog hard over nagedacht. ‘Ook in het nieuwe Gymnasion zullen we hiërarchisch te werk gaan met het aanwijzen van kamers.’ Hoogleraren hoeven zich dus geen zorgen te maken. Maar wie precies wel of geen kamer gaat delen, moet nog ‘uitgekristalliseerd’ worden, laat Van de Beek weten. / Mathijs Noij

0 reacties

  1. Ralph schreef op 1 oktober 2014 om 14:41

    Voor mij als relatief jonge medewerker van de RU blijft het bizar om te merken hoeveel mensen zich hier beroepen op het “recht” een eigen kamer te hebben. In elk bedrijf zou men uitgelachen worden om zo’n houding. Ook voor wetenschappers en docenten is er niets mis met het delen van een kamer. Uit bezettingsonderzoeken elders op de RU blijkt ook nog dat een groot deel van de werkplekken (en dus: eenpersoonskamers) de helft van de week leeg is.

    • Lothar Smith schreef op 1 oktober 2014 om 18:03

      Uiteraard moet het uitgangspunt voor het wel of niet delen van een kamer niet gebaseerd zijn op een verworven ‘recht’.

      Echter, in mijn eigen rol als universitair docent, is een eigen kantoor onontbeerlijk: voor vele gesprekken met collega’s (nieuwe onderzoeksvoorstellen, uitwerken van curricula of opdrachten voor studenten), voor de begeleiding van studenten, voor het voeren van Skype gesprekken met collega’s elders op de wereld, enz. Daarnaast bied deze eigen ruimte mij ook de nodige rust om mij nog even goed te concentreren op mijn materiaal voordat ik hier een college over geef.

      Is het toverwoord bij een nieuwe indeling en toewijzing van ruimtes op onze campus ‘efficiëntie’, dan moet het altijd gaan om functionele, en daarmee duurzame, efficiëntie. Voor deze docent/ onderzoeker betekent dat het behoud van een eigen ruimte. Hier kan ik voor mijn sectie, de faculteit, de universiteit en
      uiteindelijk de maatschappij het meest betekenen. En de universiteit zal hier
      zeker van profiteren met een constante instroom van nieuwe studenten die afgaan op de goede reputatie van de opleidingen en de universiteit in het algemeen, en door de inkomsten uit de binnengehaalde fondsen. Een en al ‘win-win-win’.

      Het eisen van bepaalde privileges voor een verworven positie is hier dan evident
      ook niet het punt. En voor wat betreft de vaak gemaakte vergelijking met
      ‘bedrijven’. Ik kan ze moeilijk als een eenvormig fenomeen beschouwen, ze komen in allerlei soorten en maten, en daarin werken mensen op hele verschillende posities, met uiteenlopende behoeftes voor hun werkruimtes. Bovendien, wij zijn een academisch instituut. Laten we ons daar dan ook naar gedragen en elke nieuwe plek op campus echt zo goed en mooi mogelijk op inrichten, dat het ons allen mag inspireren tot het leveren van bijdragen ten behoeve van een betere wereld.

      • Ralph schreef op 2 oktober 2014 om 12:36

        Mooi opgeschreven! Maar ik zie nog niet in waarom de beschreven werkzaamheden niet plaats zouden kunnen vinden in een kamer die gedeeld wordt met een collega, ten eerste omdat je elkaars rust en privacy kunt respecteren, ten tweede omdat hetgeen er op de universiteit gebeurt geen staatsgeheimen betreft, en ten derde omdat bezettingsonderzoeken uitwijzen dat op een gemiddelde tweepersoonkamer maar op 10 uur per week beide collega’s daadwerkelijk tegelijk aanwezig zouden zijn. De reflex (van vrijwel elke mens) is: houd alles hetzelfde, want anders loopt het mis. Ik denk dat je niet altijd hoeft toe te geven aan deze reflex en dat een nieuwe situatie overwacht goed kan werken, en in dit geval nieuwe inzichten (en ideeën, en gezelligheid) op kan leveren. Groot argument voor minder eenpersoonkamers is wat mij betreft dat elke euro die uitgegeven wordt aan huisvesting, niet uitgegeven kan worden aan onderwijs en onderzoek. En dus aan een betere wereld.

      • Frits Hekkert schreef op 2 oktober 2014 om 17:40

        Universitair docent, denk eens aan je spelling. Stam + t hè. Bij een ieder ander had ik deze correctie kunnen laten.

  2. Theo Koster o.p. schreef op 1 oktober 2014 om 17:33

    Wordt er ook gedacht aan plekken, waar je tussendoor anderen kunt ontmoeten en gezellig ‘kletsen’? Lijkt me nog belangrijker dan ieder een eigen kamer.

  3. ßeta schreef op 1 oktober 2014 om 17:36

  4. Max Visser schreef op 2 oktober 2014 om 16:43

    Het argument van onderbezetting wordt vaak genoemd in de discussie over hoeveel personen op een kamer zouden (moeten) passen, maar snijdt geen hout. Kamer deling zal er toe leiden dat meer medewerkers thuis gaan werken, waardoor de kamers nog leger komen te staan, waardoor het efficiënter wordt nog meer personen op één kamer te zetten, waardoor medewerkers nog meer thuis gaan werken, ad infinitum. Het meest efficiënt vanuit deze denkwijze is dat je wel medewerkers, maar geen gebouw meer hebt. Ik ben het dus geheel eens met Lothar Smith. Daarnaast is het zeker ook belangrijk elkaar te ontmoeten en gezellig te kunnen kletsen, echter wel op een plek en wijze naar eigen keuze.

  5. peter rietbergen schreef op 2 oktober 2014 om 18:26

    Ik vind het verbijsterend dat alweer een mallotig architectenteam met modieuze retoriek de kans krijgt om bizarre ideeen over straten et cetera los te laten op een gebouw dat al veel (te veel) gekost heeft en, m.i., in tijden van krimp met weinig extra middelen uitstekend geschikt te maken valt voor een nieuwe bezetting, in casu de faculteit managementwetenschappen. Zou het CvB er niet goed aan doen zich af te vragen of het geld – bovenop de al geplande 14 miljoen euro – niet echt beter besteed kan worden aan werkelijk nodige zaken zoals: betere secretariaten, waar mensen werken die de overbezette docentenstaf echt werk uit handen nemen, in plaats van het te re-alloceren naar die docenten toe – en nog meer verlangens op een lijstje dat ik na decennia werk hier moeiteloos kan verstrekken?

  6. Brugpieper schreef op 17 oktober 2014 om 12:15

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!