Haar eigen kat zal Nicolette Naphausen niet opzetten

21 mei 2019

Toen Nicolette Naphausen geschiedenis ging studeren, had ze nooit kunnen bedenken dat ze later aan een bureau zou zitten tussen de opgezette dieren. Ze is mede-eigenaar van de Nijmeegse Museumwinkel. 'Het prepareren van dieren was in de achttiende eeuw ook populair.'

Alsof het de normaalste zaal van de wereld is, loopt Nicolette Naphausen (34) langs een adelaar, een leeuw, een genetkat en een zebrakalf. Dit is haar werkplek. Het dierenrijk samengebald op een paar vierkante meter, zo zou je de Nijmeegse Museumwinkel (officiële naam: Museumwinkel.com) kunnen noemen. Ze houdt stil bij het opgezette hoofd van een Fries paard. ‘Dit paard heeft iemand ons aangeboden,’ vertelt ze. ‘Het dier was ziek en moest geslacht worden. Het prepareren was veel werk, we zijn daar een paar weken mee bezig geweest, maar het resultaat mag er wezen.’

Dankzij de crisis

Naphausen is al haar hele leven een gepassioneerd dierenliefhebber. Toch had ze nooit gedacht dat ze uiteindelijk hier terecht zou komen: tussen honderden opgezette dieren in een winkelpand aan de Van Welderenstraat. Als mede-eigenaar van het bedrijf doet ze het management en de sales. Ze verkoopt vooral in Nederland, maar ook internationaal. Tot aan China en Saoedi-Arabië. ‘Ik vind het heerlijk. Het is echt mijn kindje.’

Een eekhoorn. Foto: Julie de Bruin

In 2002 verhuisde ze van de Achterhoek naar Nijmegen om geschiedenis te gaan studeren. Ze volgde de master Oudheidstudies. ‘Op het moment dat ik aan de opleiding begon, dacht ik niet dat ik in de museumwereld terecht zou komen. De banen lagen destijds voor het oprapen. Maar toen ik afstudeerde in 2008 was het crisis.’

Ze ging vrijwilligerswerk doen bij het Romeinenfestival en het Gebroeders Van Limburg Festival, zette een project op voor Nijmegen Frontstad en kwam uiteindelijk bij het Bevrijdingsmuseum in Groesbeek terecht. Vooral het organiseren beviel haar goed. Een vriend van haar, Erwin van Zoelen, was net de Museumwinkel begonnen. Binnen een jaar vroeg hij haar om de organisatorische kant van de winkel te regelen. Ze stapte over en inmiddels werkt ze er al acht jaar.

‘Aan elk preparaat kleeft een verhaal’

‘Het is niet meteen wat je verwacht bij iemand die geschiedenis heeft gestudeerd, maar er zijn zeker verbanden. Het conserveren van dieren en mensen stamt uit de oudheid. In oude Egyptische graftomben worden zowel menselijke als dierlijke mummies gevonden. Taxidermie betekent eigenlijk het verplaatsen en daarmee het bewaren van de huid. Het heeft een heel eigen geschiedenis en aan elk preparaat kleeft een verhaal.’

Niet langer taboe
Het is hard gegaan met de grootste winkel in Europa die dieren opzet en verkoopt. In het begin runden ze de winkel met z’n drieën. Inmiddels bestaat het team uit dertien jonge medewerkers, waarvan twee entomologen (zij zetten vlinders en andere insecten op) en vijf preparateurs. ‘Taxidermie is helemaal terug van weggeweest. Mensen willen de natuur verantwoord in huis halen. Het is een hype geworden. We hebben daar goed op ingespeeld, vooral met onze website. In de achttiende eeuw was het ook populair. Vervolgens is er lang een taboe geweest op de dood en dat had effect op de verkoop van opgezette dieren. Nu wordt er anders tegen de dood aangekeken.’

Foto: Julie de Bruin

De prepareerworkshops lopen goed. Er kan steeds een groepje van tien personen aan meedoen. Er is een mailinglijst van 300 personen. Wie het eerst reageert, heeft plek. ‘De belangstellenden zijn van allerlei pluimage. Er zitten ook studenten bij. Het valt me vooral op dat er veel vrouwen, vooral jonge vrouwen, geïnteresseerd zijn.’

Maar het succes heeft ook een keerzijde. ‘We worden gekopieerd. Er was een website waarop ook opgezette dieren werden verkocht. Daarop stonden precies dezelfde categorieën en zelfs dezelfde teksten. We hebben gedreigd met een rechtszaak, maar zoiets kun je moeilijk tegenhouden. Nu houden we het wel goed in de gaten.’

Linkse stad
De winkel staat in Nijmegen omdat Naphausen en haar collega’s hier wonen, maar het is niet per se een logische plek. ‘Dit is een linkse stad en daardoor wordt soms raar tegen onze winkel aangekeken. Een keer gooide een vrouw een pot spaghettisaus tegen het raam. Volgens haar zouden wij op zondag dieren doden en die dan een dag later verkopen. Nou, dat zou technisch gezien niet eens kunnen.’

‘Ze gooide een pot spaghettisaus tegen het raam’

Naphausen probeert de argwaan weg te halen door klanten nadrukkelijk te informeren. ‘Al onze dieren zijn een natuurlijke dood gestorven. Ze komen onder andere van dierentuinen en hebben vaak een paspoort. We zorgen ook vaak voor tegenprestaties. Zo kregen we onlangs van de dierenweide in het Kronenburgerpark een pauw. Wij hebben toen een levende pauw voor ze gekocht.’

Voor de buitenwereld blijft het iets ongewoons, een onderneming met dode dieren. Dit levert ook komische situaties op. ‘We hebben een keer in ons bestelbusje een opgezette tijger vervoerd. Het was al aardig donker, het regende en de weg was slecht. De tijger schommelde heen en weer. De automobilist die achter ons reed, zag door het raampje het dier bewegen en sloeg alarm. Toen we op onze bestemming waren, werden we omringd door de politie en de dierenambulance. Zij moesten er ook om lachen en hebben het nog gedeeld op Twitter.’

Geen ziel in de ogen
Naphausen toont het atelier achter de winkel waar de preparateurs aan het werk zijn. Terwijl de laatste hand wordt gelegd aan een eekhoorn, vertelt ze dat ze zelf ook weleens een dier heeft opgezet. ‘Maar als ik daar geen begeleiding bij krijg, wordt het helemaal niks.’

Foto: Julie de Bruin

Voor prepareren bestaat geen opleiding, je moet het jezelf leren. Ervaring is dan ook van groot belang. Naphausen kan het weten. Drie preparateurs van de Museumwinkel zijn Nederlands kampioen. ‘Prepareren doe je niet zomaar. We hebben hier een vosje staan dat door een andere preparateur is opgezet. Die persoon was goedkoper, maar nu zijn wij gevraagd om dat dier te herstellen.’

Er zijn ook klanten die hun huisdier laten opzetten, om ze zo een tweede leven te geven. De ene keer nemen ze hem mee naar huis, de andere keer mogen we hem verkopen. Zelf heeft Naphausen een kat, maar ze ziet het niet zitten om hem op te zetten. ‘Een opgezet dier ziet er levensecht uit, maar niet zoals de eigenaar het zelf heeft gezien. Je krijgt de ziel niet in de ogen. Dat kun je gewoon niet nabootsen.’

‘Je krijgt de ziel niet in de ogen. Dat kun je gewoon niet nabootsen’

Verzamelen doet ze wel. En veel ook. Thuis heeft ze een Canadese ammoliet, een miljoenen jaren oude fossiel van een uitgestorven weekdier, dat haar zeer dierbaar is. Op haar kantoor staat een drieduizend jaar oude gemummificeerde Egyptische kat. ‘Soms heb ik achteraf wel spijt als we iets bijzonders verkocht hebben.’ Bij de master Oudheidstudies trok de mythologie en religie haar aan, maar daar doet ze nu weinig mee. Ze maalt er niet om. ‘Ik wil hier nog lang niet weg. Ik heb mijn drive gevonden.’

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!