Harald Motzki wint Iraanse staatsprijs voor beste islamstudie
Het Ministerie van Cultuur van Iran heeft vorige week een World Award for the Book of the Year toegekend aan Harald Motzki, emeritus hoogleraar Methodologie van het islamonderzoek aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
Wie bedenkt zo’n prijs? Het is een staatsprijs, ingesteld door het Ministerie van Cultuur van Iran.
Waarom? Er zijn twee categorieën voor deze beste boek van het jaar-prijs: Islamic Studies en Iranian Studies. Motzki is een van de twaalf winnaars in de categorie Islamic Studies. De prijs is een erkenning van de twaalf beste publicaties, wereldwijd, in islamonderzoek.
Hoe kun je winnen? Iraanse wetenschappers kunnen boeken voordragen, een jury beslist.
En nummer 1 is Harald Motzki, emeritus hoogleraar Methodologie van het islamonderzoek (hij nam afscheid in september 2011) aan de Radboud Universiteit. Hij kreeg de prijs voor het boek Analysing Muslim Traditions: Studies in Legal, Exegetical and Maghâzî Hadîth dat in 2010 verscheen.
Harald Motzki? Motzki’s islamstudies zijn niet alleen bekend in Iran (in 2007 werd hij voor deze prijs ook al genomineerd), maar worden ook nagevolgd door Turkse, Indonesische en Arabische islamonderzoekers. Motzki bestudeert vooral de islamitische bronnen die over het ontstaan van de islam en de eerste drie eeuwen van de zijn geschiedenis gaan. Hij heeft daarvoor twee onderzoeksmethoden ontwikkeld: een waarbij op basis van bronnen die pas anderhalf en meer eeuwen na de profeet Mohammed zijn ontstaan, oudere bronnen gereconstrueerd worden; en een methode om overleveringen die in meerdere varianten in de latere bronnen aanwezig zijn te dateren, door de teksten en de overleveringen ervan te vergelijken en daarbij ook de biografische gegevens van de overleveraars te betrekken.
Met die methodes nam Motzki in de eerste helft van de jaren negentig afstand van de hyperkritische stroming in het islamonderzoek, die sinds de jaren zeventig sterk vertegenwoordigd was onder veel westerse onderzoekers. Die stroming meende dat vrijwel alle vroege bronnen, inclusief de koran, beschouwd moesten worden als latere producties of ficties. Voor onderzoekers uit de moslimwereld waren publicaties uit die stroming daarom onaanvaardbaar. De methode-Motzki slaat juist een brug tussen westerse en niet-westerse islamonderzoekers.
Wat krijgt hij eigenlijk? Een oorkonde, die in Teheran in ontvangst is genomen door de Duitse ambassadeur (Motzki is een Duitser; zelf kon hij niet aanwezig zijn bij de uitreiking) en een geldbedrag. De hoogte daarvan noemt Motzki liever niet…
En wat gaat hij daarmee doen? … maar het komt wel goed van pas, want de Motzki schrijft zijn teksten liefst in het Duits of het Nederlands en heeft voor de vertaling ervan altijd een gespecialiseerd vertaler nodig. En dat kost een paar centen.
Terechte winnaar? Léon Buskens, hoogleraar Recht en cultuur in Islamitische samenlevingen in Leiden, kan niet in de hoofden van de jury kijken, maar ‘alles wat Motzki schrijft is van hoge kwaliteit, dus deze prijs is terecht. Hij heeft de afgelopen decennia op indrukwekkende wijze aan een oeuvre gebouwd en onze kennis een heel stuk verder gebracht. En hij heeft anderen gestimuleerd en zo echt school gemaakt.’
Hoe reageert Harald Motzki zelf? Die is blij. ‘Voor mij is het belangrijk dat moslim- en westerse geleerden samenwerken, wat te lang niet gebeurd is. We kunnen niet zonder elkaar: als westerse islamonderzoekers hebben wij onze moslimcollega’s met hun kennis van de taal en de teksten absoluut nodig. Dat zij hun erkenning tonen voor westerse publicaties, betekent daarom veel voor mij en mijn vakgebied.’