Provence rondde in 2022, samen met andere studenten van de Radboud Honours Academy, een onderzoek af naar het Nijmeegse nachtleven. In opdracht van de toenmalige nachtburgemeester Cees de Beer hield de groep een enquête en deden de studenten interviews met bijvoorbeeld ondernemers en programmeurs. Het idee daarachter was om op zoek te gaan naar de positieve kanten van het nachtleven. ‘Als we het hebben over de nacht, gaat het meestal over drugs, geweld, drank en criminaliteit’, zegt ze. ‘Dat het nachtleven ook heel belangrijk is voor het welzijn van inwoners van de stad, hoor je veel minder vaak.’

Maar wat is de waarde van de nacht dan precies? Die is volgens de studenten heel breed: een bruisend nachtleven is goed voor de economie, maar ook voor de cultuur en de sociale cohesie in een stad. Mensen ervaren tijdens de nacht een gevoel van vrijheid en komen met elkaar in contact. ‘Het nachtleven is een uitlaatklep’, legt Provence uit. ‘Juist ’s nachts komen mensen even uit de sleur van het dagelijks leven.’ Is er in een stad geen nachtleven, dan gaan bepaalde groepen zelf op zoek naar manieren om de verveling het hoofd te bieden. Dat leidt dan weer tot meer crimi­naliteit en vandalisme.

Er is zeker nog ruimte voor verbetering van het nachtleven in Nijmegen, stelden de studenten van de Honours Academy in hun rapport. Een belangrijk punt van aandacht: de diversiteit in het aanbod. Provence: ‘In de Molenstraat is het toch vooral één pot nat. Daar vind je kroegen waar elke avond dezelfde playlist wordt afgewerkt.’ Mensen met een muzieksmaak die niet binnen de mainstream valt, komen er veel avonden bekaaid vanaf.

Toch ziet Provence wel positieve ont­wikkelingen. ‘Toen wij twee jaar geleden ons onderzoek deden, was er een grote behoefte aan een echte club in Nijmegen. Daar zijn initiatieven als Club Freya en de Bloemerbar op ingesprongen.’ De diversiteit van de feestjes is al wat groter geworden, merkt Provence. ‘Nu vragen mijn vriendinnen en ik ons weleens af: naar welk feestje gaan we vanavond? Voorheen had je veel minder keus.’

Zorgen

Meer keus of niet, zo’n anderhalf jaar geleden sloegen verschillende partijen uit de nacht – programmeurs en onderne­mers vooral – de handen ineen om actie te voeren tegen ‘de stille ramp’ die gaande was in het Nijmeegse nachtleven. Aan­leiding voor Nachtcult, zoals de groep zichzelf doopte, was de naderende sluiting van geliefde locaties als Brebl, Hubert, Strandbar Stek en Neus.

Een van de mensen die achter dit initiatief stonden, was Celia Okoro. De voormalige studente van de Radboud Universiteit kent de Nijmeegse nacht als geen ander: sinds vorig jaar mag ze zich nachtburgemeester noemen. Haar opdracht in die functie is om een verbindende schakel te zijn tussen publiek, politiek en de sector.

‘De kwaliteit van wat we allemaal programmeren in Nijmegen is echt sick’

Laat er geen misverstanden over bestaan, Okoro is enorm trots op het nachtleven in ‘haar’ stad. ‘Wij hebben echt, echt, echt een fantastisch nachtleven. De kwaliteit van wat we allemaal programmeren in Nijmegen is echt sick.’ Zelf organiseert Okoro queerfeest AZOTH in Mesh, de nieuwe club in de Vasim, maar ze ziet ook veel nieuwe initiatieven ontstaan. Zo komen er nieuwe festivals aan van collectieven als WTF, Crotona en de mensen achter Stek, waar dance­liefhebbers hun hart kunnen ophalen.

Diversiteit

Maar de zorgen van Nachtcult zijn niet opeens verdwenen. Waar Okoro zich vooral zorgen om maakt, is dat er weinig plekken zijn waar organisatoren van feesten laagdrempelig kunnen beginnen. ‘Zoals dat bij Hubert en Brebl wel kon. Brebl noemde zichzelf een speeltuin voor volwassenen – daar zijn veel nieuwe collec­tieven ontstaan.’ Plekken om te experi­menteren, de rafelrandjes waar ook gefaald mag worden, die zijn er nauwelijks nog in Nijmegen, aldus Okoro. ‘Daar moet je gewoon plek voor bieden. Niet tijdelijk, maar permanent.

Ondertussen domineert dance – naast de meer gangbare feestmuziek van de Molenstraat – steeds meer het Nijmeegse nachtleven. Andere stijlen krijgen veel moeilijker voet aan de grond. ‘Voor hip­hop zijn bijvoorbeeld maar heel weinig podia. Het is daardoor veel lastiger om te beginnen.’ Wie echte diversiteit in het aanbod wil creëren, moet ervoor zorgen dat ook andere organisaties en initiatieven hun weg weten te vinden. ‘Mensen die het anders willen aanpakken, of zich richten op een nichedoelgroep, hebben een steuntje in de rug nodig.’ De gemeente kan daar zeker een rol in spelen, vindt Okoro, door deze initiatiefnemers financieel te onder­steunen.

Toegankelijkheid

Ook op het vlak van inclusie en veiligheid valt nog terrein te winnen in het Nijmeegse nachtleven, concludeerden de studenten van de Honours Academy na hun onder­zoek. Hoe mooi het leven ’s nachts ook kan zijn, is er is ook een donkere kant: die van ongewenste aanrakingen, (seksuele) intimidatie en discriminatie. Bijna alle vrouwen, maar ook transpersonen, heb­ben er ervaring mee.

Als vrouw van kleur kan Okoro erover meepraten. ‘Ik spreek ABN en ging vroeger vaak op stap met een witte vriendinnen­groep. Dat was geen probleem, ik kwam overal binnen. Mijn broer met zijn Marok­kaanse vrienden daarentegen? Die hebben het na een tijdje gewoon opgegeven. Als de portier ze zag aankomen schudde hij al nee.’ Maar het gaat niet alleen over huids­kleur. Ook bezoekers met een functie­beperking hebben het lastig in de Nijmeegse nacht. ‘Het is echt heel naar dat je niet kunt uitgaan als jouw benen het toevallig niet doen’, zegt Okoro. ‘En als je ergens binnenkomt, en je drinkt drie biertjes, ben je alsnog de lul omdat er vaak geen rolstoel­toegankelijke wc is.’

‘Het nachtleven is voor iedereen’

Volgens Okoro is het aan verschillende partijen om hier stappen in te zetten. Locatie­-eigenaren kunnen bijvoorbeeld met simpele aanpassingen al stappen zetten in de rolstoeltoegankelijkheid. Mocht er nu echt verbouwd moeten worden, dan zouden zij terug moeten kunnen vallen op finan­ciële ondersteuning van de gemeente. ‘Het is misschien een droom, maar het nachtleven is voor iedereen. Dat is wat me moeten nastreven met z’n allen.’

Ze heeft haar zinnen daarom gezet op de nachtvisie waar de gemeente momen­teel aan werkt. Als nachtburgemeester speelt Okoro daarin een belangrijke, adviserende rol. Die visie moet in de zomer af zijn en moet volgens haar allerlei handvatten bieden voor een beter nachtleven. ‘Het is een kans om nachtcultuur een structurele plek te geven in het beleid. Niet dat er nu een paar jaar geïnvesteerd wordt en dan niet meer. Het hoort er gewoon bij.’

Hotspots in Nijmegen

Het Nijmeegse nachtleven is volop in ontwikkeling. Nieuwe clubs openen hun deuren, terwijl andere ophouden te bestaan. Wat zijn de nieuwste hotspots onder studenten? Vox zet er drie op een rijtje.

 

1. Club Mesh

Sinds afgelopen zomer kunnen liefhebbers van house- en technomuziek terecht in Mesh – en daar helemaal zichzelf zijn. Zonder zorgen voor morgen, want de club hanteert een verbod op het maken van foto’s en filmpjes om de discretie van haar bezoekers te waarborgen. Gevestigd in de Vasim biedt het industriële decor een optimaal podium voor lokale talenten, maar ook (inter)nationaal bekende dj’s zoals Elias Mazian, die als resident in de befaamde Amsterdamse club De School, tot die ter ziele ging, menig nacht heeft gevuld.

 

2. Rolluik

Allang geen onbekende meer onder het Nijmeegse uitgaanspubliek: club Rolluik, gevestigd in de voormalige achterzaal van Café van Buren. Waar vroeger studieverenigingen hun woensdagavondfeestjes hielden, kan hier sinds ruim een jaar gedanst worden op doorgaans elektronische muziek. Ook doordeweeks, bijvoorbeeld bij Lizzy op donderdag.

 

3. Bloemerbar en Paak

De Bloemerstraat ondergaat momenteel een metamorfose tot uitgaanshotspot: met vinylbar Paak en de Bloemerbar is de Nijmeegse binnenstad binnen korte tijd twee elektronische stamcafés rijker geworden. Waar liefhebbers van disco naar hartenlust kunnen borrelen en dansen in Paak, halen housefanaten hun hart op in de Bloemerbar.