Hiërarchie aan de universiteit (4): ‘Maak iedereen professor, of niemand’
Moet iedereen, van UD tot hoogleraar, de titel ‘professor’ krijgen? Is de universiteit van nu te hiërarchisch? Vijf wetenschappers laten hun licht schijnen op de machtsverhoudingen op de Nijmeegse campus. Vandaag deel 4: Mathijs van de Sande, universitair docent Politieke filosofie.
‘Wat mij betreft mag het hoogleraarschap worden afgeschaft. UD’s, UHD’s en hoogleraren zijn allemaal gepromoveerd, dus ze zijn allemaal doctor. Ofwel maak je iedereen professor, ofwel niemand.
Aan buitenlandse universiteiten lijkt hiërarchie soms belangrijker: in België, waar ik ben gepromoveerd, laten wetenschappers zich bijvoorbeeld vaker voorstaan op hun titel. Toch bestaat ook aan Nederlandse universiteiten nog steeds een strikte rangorde. Er zijn promovendi, medewerkers zonder en met een vast contract, UD’s, UHD’s en hoogleraren.
In mijn beleving is er geen groot verschil tussen het werk van hoogleraren, UHD’s en UD’s. Natuurlijk hebben hoogleraren extra rollen en verantwoordelijkheden, zoals leiding geven of in bepaalde commissies plaatsnemen, maar veel UHD’s en UD’s doen dat in de praktijk ook al. Vaak doen ze werk dat ze strikt genomen niet hoeven te doen, maar wat wel van ze verwacht wordt als ze hogerop willen in de organisatie.
‘Je zou het voorzitterschap kunnen laten rouleren onder medewerkers met voldoende ervaring.’
Veel hoogleraren worden op een gegeven moment ook afdelingsvoorzitter, maar dat is niet per se op basis van hun geschiktheid als manager. Vaak hebben ze er helemaal geen opleiding voor gehad. Strikt genomen zou je het voorzitterschap kunnen laten rouleren onder medewerkers met voldoende ervaring, ongeacht hun academische rang. Voor sociale veiligheid is het ook een goede zaak: zo hebben medewerkers minder snel het gevoel dat ze afhankelijk zijn van de steun en de goodwill van mensen boven zich in een organisatie. Bovendien hebben jongere afdelingshoofden vaker een leiderschapscursus gehad, waardoor ze beter voorbereid zijn op een functie als leidinggevende.
De loonkloof tussen rangen is enorm, je kunt je afvragen of dat nog van deze tijd is. Voor mijn vakgebied vraag ik me echt af waarom je dat onderscheid tussen verschillende academische lagen zou willen maken. Voor mijn inhoudelijke autoriteit als UD ben ik niet afhankelijk van een hoogleraar die boven mij staat.
Je moet je durven af te vragen welk doel hiërarchie dient. Het is logisch dat collega’s met een lange staat van dienst erkend worden om de bijdrage die ze hebben geleverd aan de wetenschap. Maar in een organisatie waarin we allemaal verondersteld worden een zekere expertise, autonomie en autoriteit te hebben, zou ik eigenlijk niet weten waarom hoogleraren dingen mogen die ik niet mag doen.
‘Minder hiërarchie aan universiteiten gaat hand in hand met meer democratie.’
Nieuw magazine
Dit verhaal staat in de papieren Vox, die te vinden is in de bakken op de campus en waarin alles draait om de toga en de hiërarchie op de universiteit. Heeft de toga zijn langste tijd gehad? Je leest het in het nieuwe magazine.
Uiteraard zullen sommigen zeggen dat een promotiemodel ertoe leidt dat mensen het beste uit zichzelf proberen te halen. Dat het mensen aanmoedigt om een zekere mate van concurrentie aan te gaan met elkaar. Maar dat is wat mij betreft precies een reden om het niet te willen. Het zou de sociale veiligheid, het werkplezier en de kwaliteit van ons werk waarschijnlijk ten goede komen als niet competitie, maar samenwerking en gelijkwaardigheid de norm zouden zijn. Het huidige bevorderingsbeleid past daar helemaal niet bij.
Minder hiërarchie aan universiteiten gaat wat mij betreft hand in hand met meer democratie. Tot de jaren negentig was de universiteitsraad, de toenmalige medezeggenschap, het machtigste instituut op de universiteit. Als zij dat noodzakelijk vonden, konden zij bijvoorbeeld het college van bestuur wegsturen. Die taak ligt nu bij de raad van toezicht, die niet democratisch is verkozen. Tegenwoordig heeft de ondernemingsraad niet meer zo’n sterke bevoegdheid. Een van de punten die de landelijke actiegroep van medewerkers en studenten WOinActie uitdraagt, is dat we terug naar dat oude systeem willen. Dat zou de hiërarchie ten goede komen.’