Hoe liep het af (2): de USR-schommelbankjes
2016 loopt ten einde. In een terugblikserie stelt Vox de vraag: hoe liep het af? Deel 2: Mark Vlek de Coningh (asap) over de belofte zes schommelbankjes op de campus te plaatsen.
Juni 2015: een onverwachte verlaging van de printtarieven op de campus levert plots een financiële meevaller op voor de Universitaire Studentenraad (USR), dan nog onder leiding van student Mark Vlek de Coningh. Maar liefst 8.000 euro mag de USR besteden. Maar waaraan? De USR vaardigt een ideeënwedstrijd uit. Het winnende voorstel: schommelbankjes op de campus.
In januari van dit jaar werden de schommelbankjes van de USR genoemd in de nieuwjaarsrede. Ze gingen er echt komen, vertelde collegevoorzitter Gerard Meijer, het eerste schommelbankjesoverleg was zelfs al gepland. De vraag dringt zich op: zijn ze er inmiddels?
Vijf bankjes
Vox belde met toenmalige USR-voorzitter Mark Vlek de Coningh. Wat blijkt? Na het ‘proefbankje’ dat al enige maanden naast het Grotiusgebouw staat, zijn maandag de laatste exemplaren geplaatst. Met vijf was het geld op – de universiteit heeft zelfs een klein beetje bijgelegd. De locaties: de achterkant van het Huygensgebouw, de achterkant van het Collegezalencomplex, de achterkant van het Gymnasion en het grasveld van de medische faculteit. De belofte uit de nieuwjaarsrede is ingelost, als we tenminste niet gaan zeuren over dat ene bankje minder.
Desalniettemin heeft het wel vrij lang geduurd voordat de bankjes er stonden. Vlek de Coningh legt uit: ‘Voordat de bankjes geplaatst konden worden, moesten ze natuurlijk eerst gemaakt worden. We begonnen voorzichtig, met één exemplaar: voordat we alle schommelbankjes zouden produceren, wilden we weten of we konden aannemen dat mensen ze wel zouden gebruiken. Die pilot heeft even geduurd. Toen we een positieve uitslag binnenkregen, zijn de resterende bankjes alsnog gemaakt.’
Even wachten dus, maar dan heb je ook wat. De oud-USR-voorzitter is in elk geval positief. ‘Wat ik heel leuk vind, is dat er ook eentje op de medische faculteit staat. Vaak worden de medische studenten bij dit soort dingen een beetje over het hoofd gezien, maar dit keer is aan ze gedacht.’