Hoe mannen en vrouwen met elkaar omgaan op de werkvloer
Het emancipatiebeleid bij universiteiten krijgt al veel aandacht. Hoe is dat binnen organisaties met veel minder hoogopgeleid personeel? Hoogleraar gender- en diversiteitsstudies Marieke van den Brink houdt vandaag haar oratie en kondigt nieuw onderzoek aan.
Dat organisaties zoals een universiteit werk maken van emancipatiebeleid is inmiddels voldoende bekend, vindt Marieke van den Brink. De vorig jaar aangestelde hoogleraar gender- en diversiteitsstudies is bovendien kritisch over al die mooie emancipatiedoelstellingen: een x-aantal vrouwen erbij, en liefst naar de top, plus tal van noties waarom die vrouwen zo goed zijn. Van den Brink noemt veel emancipatiebeleid oppervlakkig, ‘happy diversity’.
‘Zoals de multiculturele samenleving ook meer is dan smullen van couscous en baklava’, aldus haar oratie. Liever dan ‘vrouwen fixen’ richt Van den Brink haar pijlen op waar het in organisaties werkelijk om draait: de machtsverhoudingen die de ongelijkheid in stand houden. Precies dat laatste wil Van den Brink gaan onderzoeken.
Lager opgeleiden
Van den Brink presenteert vanmiddag een veelkleurig onderzoekspalet, bijvoorbeeld nieuw onderzoek in organisaties met veel lager opgeleiden. ‘Die hebben geen mooie doelstellingen om diversiteit te bevorderen, die zijn divers.’ Verlost van allerlei papieren voornemens gaat een promovendus de komende jaren observeren hoe het samenspel van mannen en vrouwen of van gekleurde en niet-gekleurde werknemers gestalte krijgt. ‘In welk bedrijf ga ik niet zeggen, dat blijft geheim.’
De promovendus legt deze week contact met een bedrijf waarin ze mee kan gaan lopen. ‘Hoe praten mensen met elkaar, hoe worden taken verdeeld, welke grappen worden gemaakt, hoe wordt er vergaderd en wie neemt het woord?’ Dit soort vragen is vooral interessant bij bedrijven waar het goed gaat, zegt Van den Brink. De onderzoeker zal zich zo onzichtbaar mogelijk maken om de processen aan het licht te brengen. ‘Een beetje als undercover, maar de ethiek schrijft voor dat je je als onderzoeker wel bekend moet maken. Maar als je een paar dagen meeloopt, zijn mensen vergeten dat je onderzoek doet.’