Instellingen krijgen meer tijd om corona-geld uit te geven
Minister Dijkgraaf geeft het hoger onderwijs en het mbo een jaar langer de tijd om studenten en onderzoekers te steunen die tijdens de coronapandemie in de knel kwamen en vertraging opliepen. Er is nog maar een fractie van het crisisgeld uitgegeven.
Hogescholen, universiteiten en mbo-instellingen zijn volgens minister Dijkgraaf voortvarend aan de slag gegaan met het wegwerken van studievertraging, onderzoeksachterstanden en stagetekorten als gevolg van de coronapandemie. Ze konden putten uit een budget van een half miljard euro, dat het kabinet begin vorig jaar voor hen beschikbaar stelde in het Nationaal Programma Onderwijs (NPO).
6 procent besteed
Vorige zomer maakten de instellingen hun herstel- en steunplannen bekend en een nieuwe evaluatie van het ministerie toont aan dat het niet makkelijk was om voortvarend te zijn. De hogescholen en universiteiten hebben pas 6 procent van hun coronabudget uit kunnen geven.
Door de nieuwe lockdown in december en januari moesten ze alle zeilen bijzetten om het onderwijs draaiend te houden, schrijft minister Dijkgraaf aan de Tweede Kamer. Verder waren ze voorzichtig met het aannemen van nieuw personeel of konden ze dat gezien de arbeidsmarktkrapte niet zomaar vinden. De minister roept de instellingen op om alles op alles te zetten en geeft hun een jaar langer – tot 2024 – de tijd om alle plannen goed uit te voeren.
Studentenwelzijn
Dat is ook belangrijk voor kwetsbare studenten. Studievertraging en mentale problemen komen vaker voor bij studenten uit gezinnen met een lager inkomen en zij zijn ook kritischer over de ondersteuning die ze krijgen. Dijkgraaf gaat er met de instellingen over praten.
Over het terugdringen van het stagetekort is Dijkgraaf gelet op de krappe arbeidsmarkt redelijk optimistisch, al zal dit in de zorgsector en bij de geneeskundeopleidingen misschien wat meer moeite kosten. Meer zorgen maakt hij zich over de lerarenopleidingen waar de bestedingen achterblijven terwijl studenten relatief veel vertraging zeggen te hebben.
En hoe verging het de vertraagde onderzoekers? De instellingen konden er in 2021 ten minste 1.429 te hulp schieten met de NPO-middelen. Nog eens 536 onderzoekers werden vanuit de eigen middelen van de instellingen ondersteund.