InVision: wetenschap en film slaan handen ineen
Vorig jaar lanceerde filmfestival InScience het programmaonderdeel InVision: dating tussen onderzoekers en filmmakers. Dit jaar de eerste vrucht van dit programma, een documentaire aangezwengeld door hersenwetenschapper Floris de Lange.
De eerste InScience-baby is er: The Prediction Machine, een documentaire over het onderzoek van Floris de Lange naar ons predictive brain, het idee dat veel van wat we zien eigenlijk wordt ingevuld door ons brein. Zijn filmhuwelijk? Met de Rotterdamse kunstenaar en documentairemaker Marleine van der Werf.
De Lange: ‘Ons brein is continu aan het voorspellen wat er komen gaat. Het vult steeds gaten op van wat we eigenlijk niet zien. Als we knipperen bijvoorbeeld, of als we niet scherpstellen op de hele ruimte. Ons zicht is dus van veel meer afhankelijk dan van onze ogen alleen. Het heeft ook te maken met bijvoorbeeld ons verwachtingspatroon. Hoe dat werkt, onderzoek ik.’
Dat idee trok documentairemaker Marleine van der Werf aan. ‘Film gaat per slot van rekening ook over perceptie’, zegt ze. ‘En over de vraag: hoe kun je iemand anders laten kijken dan hij normaal doet?’ Eerder maakte ze al virtual-reality-experiences waarin je je — met pak en al — even ‘man’ of ‘vrouw’ kunt voelen. ‘Ik hoop dat het publiek die andere blik ook meeneemt na het zien van de film.’
‘Als filmmaker wil je het publiek laten zien: dít is waar zo’n onderzoek toe kan leiden’
Dus daar waren ze dan, de filmmaker en de wetenschapper. Beiden bezig met hetzelfde onderwerp, maar vanuit heel andere disciplines. Het doel: een korte documentaire. Twee dagen filmen, werd het. Eén dag in De Langes lab en huis, één dag in Gent, waar hij zijn onderzoek ooit begon. De Lange: ‘In Gent is een bijzonder museum. Daar hangt kunst die gemaakt is door psychiatrische patiënten. Naast het feit dat het heel heftig is, laat het ook zien hoe een mentale stoornis je kijk op de wereld kan beïnvloeden.’
Niet een vast doel
Het belangrijkste deel van het filmen zat in de voorbereiding. Samen spraken ze zeker vijf keer af. Van der Werf: ‘Ik wilde weten wat hem beweegt, wat hij uiteindelijk wil met zijn onderzoek.’ Maar, zo bleek al snel, daar botst het idee van een filmmaker enigszins met dat van een onderzoeker. De Lange: ‘Als onderzoeker wil je juist niet een vast doel voor ogen hebben, dan word je veel te narrow-minded.’ Van der Werf: ‘Maar als filmmaker wil je het publiek toch laten zien: dít is waar zo’n onderzoek toe kan leiden.’
En dat is? ‘Volgens mij wil Floris dat we uiteindelijk het menselijk brein kunnen reproduceren. Dat we het zo goed kennen, dat we het zelf kunnen maken. Kijk, dat is nou interessant voor de kijker.’
Maar dat is niet het enige. Want, stelt de filmmaker, ‘het mocht vooral geen veredelde TED-talk worden. Ik wilde echt niet dat de film alleen maar zou uitleggen wat Floris doet. De kijker moet het ook kunnen beléven.’ Daarom ging ze met haar cameraman aan de slag voor overleg over de beeldtaal. Ze sleepten de vreemdste lenzen aan en maakten een plan voor het filmen en de montage. ‘Ik hoop te kunnen nabootsen wat onze ogen eigenlijk zien, voordat ons brein daar dingen aan toevoegt.’
Dus zien we De Lange in de film de straat oversteken. Zien we alle input die op hem afkomt. Zien we de wereld soms omgedraaid. Of juist door een heel nauwe koker. Van der Werf: ‘De film is een kruising tussen een documentaire en een kunstwerk. Maar daarvoor had ik Floris wel nodig. Dan zei ik: ik ben van plan om jouw onderzoek op deze manier uit te beelden, klopt dat? Hij kon dan inhoudelijk advies geven.’
De Lange stond ervan versteld hoeveel er komt kijken bij het maken van zo’n film. ‘Eén shot duurde makkelijk een halfuur.’ Wat hij daar vooral indrukwekkend aan vond, was het oog voor detail. ‘Marleine ziet alles: elke lijn, elke schaduw die bepalend is voor haar beeld. De dingen waar gewone mensen langs kijken, vallen haar op.’
Durven experimenteren
Kunnen wetenschap en film zo nog iets leren van elkaar? Ja, zeggen ze allebei. Van der Werf: ‘Kunst en wetenschap zijn van oudsher met elkaar verbonden. De kunst is gemaakt om dingen te verzinnen die nog niet kunnen. Dan kunnen wetenschappers soms denken ‘maar misschien kan het wel’, en met nieuwe technieken experimenteren. Dat stuwt vervolgens kunstenaars weer voort.’
Film heeft daarnaast een extra kracht. Het kan de — anders zo ingewikkelde — wetenschap aantrekkelijk maken. Van der Werf: ‘Film kan een heel grote groep mensen bereiken, die niet even door de Nature of zo bladeren. De drempel wordt lager. Nu kunnen ze het ervaren. Dat is echt wat anders.’
Het belang daarvan is groot, vinden ze. De Lange: ‘Ik geloof al lang niet meer in de wetenschapper in de ivoren toren. Die is meer de uitzondering dan de regel. Mensen zijn ontzettend geïnteresseerd in het brein, want dat definieert ons. Als je daar onderzoek naar doet, is het zonde om dat niet te delen. Andere mensen moeten ook deel kunnen nemen aan die kennis.’
Van der Werf: ‘Zo ziet een breder publiek ook wat er in de academische wereld gebeurt. Dat al dat onderzoek niet voor niks is. Dat is belangrijk: dat we wetenschap weer vrij durven te laten. Omdat we ons niet kunnen voorstellen wat er allemaal mogelijk is, heb je wetenschappers en creatieve mensen nodig die verder kunnen kijken. Die durven te experimenteren.’
The Prediction Machine is vrijdag 10 november te zien, om 15.30 uur.