Kamerbrief onderwijsminister oogst lof en wrevel
De visie op internationalisering van onderwijsminister Ingrid Van Engelshoven lokt tegenstrijdige reacties uit aan de Radboud Universiteit. Sterrenkundige Paul Groot kan zich helemaal vinden in het document, neerlandica Lotte Jensen betreurt dat internationalisering opnieuw wordt beperkt tot verengelsing.
In een vandaag gepubliceerde brief aan de Tweede Kamer geeft minister Ingrid van Engelshoven aan hoe internationalisering bijdraagt aan de kwaliteit van het hoger onderwijs. Tegelijk gaat ze in op de negatieve signalen die het onderwerp steeds opnieuw lijkt op te roepen.
De minister toont zich een groot voorstander van internationalisering. ‘Door het aanleren van internationale competenties zijn studenten beter gekwalificeerd voor een steeds verder globaliserende arbeidsmarkt. Hier heeft niet alleen de student die naar het buitenland wil profijt van.’ Ook wijst de minister op de toegevoegde waarde van het aantrekken en binden van internationaal talent voor de Nederlandse kenniseconomie.
Tot op heden staat in de Wet op het hoger onderwijs dat er college wordt gegeven in het Nederlands, tenzij er een noodzaak is voor een andere taal. De minister stelt nu een wetswijziging voor: instellingen moeten opleidingen kunnen inrichten in een andere taal wanneer er sprake is van een meerwaarde én er aandacht is voor het belang van de Nederlandse studenten.
‘Hoogstaand onderwijs, daar hoort nu eenmaal Engels onderwijs bij’
Toch mag internationalisering volgens de onderwijsminister geen doel op zich worden. ‘Het gaat in de kern niet zozeer om meer of minder, maar om een kwalitatieve invulling van de vraagstukken rond internationalisering. De bestaande zorgen neem ik daarbij serieus.’
Verderop in het beleidsdocument onderschrijft de minister de maatregelen die de VSNU en de VH in hun internationaliseringsagenda voorstelden om de toestroom van internationale studenten te sturen wanneer nodig, zoals een numerus fixus voor een Engelstalige track van een opleiding.
Wereldtoneel
Het is nog even afwachten hoe de Radboud Universiteit zal omspringen met het beleidsdocument van de minister: de nieuwe internationaliseringsagenda wordt later deze maand in de medezeggenschapsraad besproken. Wel is duidelijk dat er aan de universiteit voor- en tegenstanders van de visie van de minister rondlopen.
Hoogleraar Sterrenkunde Paul Groot kan zich er helemaal in vinden. ‘Ik was onlangs teleurgesteld in de internationaliseringsagenda van de VSNU en de VH waarin ze het aantal internationale studenten een halt wilden toeroepen. De rechtszaak tegen de verengelsing van het hoger onderwijs van BON is al helemaal te gek voor woorden.’
‘Het wordt opnieuw eenvoudiger om opleidingen in het Engels in te richten’
Als Nederland zijn welvaart wil behouden, dan moeten we volgens Groot internationaal hoogstaand onderwijs aanbieden. ‘Onderwijs in het Engels hoort daar nu eenmaal bij. In de natuur- en sterrenkunde komt 70 procent van de promovendi al uit het buitenland, vaak blijven ze hier ook wonen na hun studies. Dat is nodig als we willen meespelen op het wereldtoneel.’
Kameleontisch advies
Hoogleraar Nederlandse literatuur- en cultuurgeschiedenis Lotte Jensen laat een heel ander geluid horen. Ze noemt de brief van minister Van Engelshoven een kameleontisch advies. ‘De minister zegt: Engels kan wanneer het een meerwaarde heeft. Zo wordt het opnieuw eenvoudiger om opleidingen in het Engels in te richten. Tegelijk zegt de minister dat er altijd plek zal zijn voor Nederlandse studenten en dat er voldoende opleidingen in het Nederlands zullen worden aangeboden. Het is voor mij niet duidelijk hoe die twee elementen zich tot elkaar verhouden.’
Jensen vindt het jammer dat internationalisering in de brief van de minister opnieuw wordt beperkt tot verengelsing, waardoor de meerwaarde van meertaligheid verdwijnt. ‘Ook is het onduidelijk hoe de minister het Nederlands als cultuur- en wetenschapstaal wil behouden.’
De brief van minister Van Engelshoven leunt volgens Jensen te dicht aan tegen de internationaliseringsagenda van de VSNU. Daarover uitte Jensen onlangs twee grote bezwaren in NRC: de visie op taalbeleid en taalvaardigheid is te beperkt in het document en er schemert een sterke economische agenda in door. ‘Hetzelfde geldt voor de brief van de minister.’