Als kersverse moeder Carlijn Cober moet kolven, zoekt ze in het Erasmusgebouw haar toevlucht tot het invalidetoilet. De officiële kolfkamer in dat gebouw voldoet niet. De universiteit onderzoekt de kwaliteit van alle kolfruimtes op de campus en werkt aan verbeteringen.
Een bureau met een stoel, een koelkast en een radiator die niet warm wil worden. De kolfruimte van het Erasmusgebouw kan gerust sober genoemd worden. Er staan twee elektrische kacheltjes die, met matig succes, de decemberkou buiten proberen te houden.
‘Op een gegeven moment was het hier vijf graden’, zegt Carlijn Cober, promovenda bij de letterenfaculteit én kersverse moeder. ‘Onder zulke omstandigheden kun je niet kolven.’ Cober kaartte het probleem aan bij haar promotor.
Eigenlijk is ze nog met bevallingsverlof, maar sinds november is Cober weer regelmatig op de universiteit. Tijdens haar eerste werkdag na de bevalling ging ze op zoek naar een kolfruimte. Na een kleine speurtocht bleek die weggestopt in de zijvleugel van het Erasmusgebouw, achter een studielandschap. ‘Maar ik zit hier dus nooit. Ik gebruik het invalidetoilet of een kantoor van een vriend, die dan de wacht houdt.’
Ze is niet de enige met klachten over de ruimte. In de kolfruimte ligt een schriftje waar gebruikers hun ervaringen kunnen delen. Daarin schrijven zij over de ‘trieste’ inrichting, de afwezigheid van een spiegel (‘om even te checken of alles na afloop weer op de plek zit’) en – in de zomer – hitte.
Dat juist op haar faculteit, waar zo veel vrouwen werken, de kolfruimte te wensen overlaat, vindt Cober maar ironisch. ‘Ik heb nooit erg het gevoel gehad dat ik in een mannenbolwerk werk’, zegt ze. ‘Maar nu wel.’ Dat de universiteit plannen schrijft voor meer diversiteit en inclusie, vindt ze heel belangrijk. ‘Ik ben blij dat de universiteit al geruime tijd actief inzet op gendergelijkheid en daarbij de nodige resultaten heeft geboekt. Maar uit dit soort gebrekkige faciliteiten blijkt toch dat er nog veel ruimte is voor verbetering.’
Onderzoek
Het genoemde schriftje is daar neergelegd door Diana Wannet en Julie Hornix. Zij doen namens de divisie Campus & Facilities onderzoek naar de kolfruimtes op de campus – niet alleen die in het Erasmusgebouw. Wannet en Hornix balen van de klachten die Cober uit. Voor de kolfruimte in het Erasmusgebouw wordt gewerkt aan een oplossing, verzekeren ze. Zo is er bijvoorbeeld een nieuwe radiator besteld. Maar al met al blijft de ruimte voor verbetering vatbaar, geven ze toe.
‘Bij nieuwbouw houden we al rekening met een kolfruimte’
Wannet en Hornix kregen dit voorjaar een melding van een student die klaagde over de kolfruimte in de Universiteitsbibliotheek. Daarop besloten de twee te onderzoeken wat de ervaringen zijn met alle kolfruimtes op de campus. Wat begon als een klein project, groeide uit tot een serieus onderzoek. Alle kolfruimtes zijn geïnspecteerd, gefotografeerd en samen met gebruikers is er in kaart gebracht waar een kolfruimte allemaal aan moet voldoen.
Een van hun bevindingen is dat lang niet alle kolfkamers op de campus zo slecht zijn als in het betrekkelijk oude Erasmusgebouw. ‘In het Maria Montessorigebouw wordt er veel gebruikgemaakt van de kamer. Daarover zijn mensen heel tevreden’, zegt Wannet. Ook over de faciliteiten in het Elinor Ostrom- en het Huygensgebouw horen ze goede geluiden. In het groene bètagebouw hangt tegenwoordig zelfs sfeerverlichting en mooi behang.
Kolvende studenten
Voor hun onderzoek zijn Diana Wannet en Julie Hornix nog op zoek naar kolvende studenten die hun wensen en ervaringen willen delen. Wil jij bijdragen aan hun onderzoek, stuur dan een mailtje naar [email protected].
Binnenkort gaan ze samen met een groep jonge moeders nieuw aan te schaffen meubilair testen. ‘Het is heel belangrijk dat gebruikers hierbij betrokken worden’, zegt Hornix. ‘Zij zijn immers de experts.’
Volgens Wannet en Hornix heeft de universiteit goede intenties als het op kolfruimtes aankomt. Toen het Erasmusgebouw een halve eeuw geleden werd ontworpen, tekende de architect nog geen kolfruimte in. ‘Maar dat is nu wel anders’, zegt Hornix. ‘Bij nieuwbouwplannen houden we nu al rekening met een in te richten kolfruimte.’
Gerrit den Hartog schreef op 5 januari 2023 om 12:04
Puur uit nieuwsgierigheid: over hoeveel mensen gaat het eigenlijk?
Robert Arpots schreef op 6 januari 2023 om 05:10
Twintig jaar geleden is de geschikte en veilige kolfruimte verschillende keren op de agenda van de OR gezet door de ABVAKABO-fractie. Twintig jaar later is het nog steeds niet goed geregeld. Dit triest noemen is een eufemisme.