Ministerie: in 2030 minder studenten dan verwacht, aantal internationale studenten blijft toenemen
Het aantal buitenlandse studenten blijft nog altijd toenemen. Toch telt het Nederlandse hoger onderwijs in het jaar 2030 zo’n 42.000 studenten minder dan het ministerie eerder verwachtte.
Dat blijkt uit de nieuwe ramingen van het aantal leerlingen en studenten in de komende jaren, die het ministerie van Onderwijs heeft gemaakt. De financiering van het onderwijs is op deze ramingen afgestemd.
Ook meer internationale studenten verwacht in Nijmegen
Ook aan de Radboud Universiteit wordt komend academisch jaar een stijging van het aantal internationale studenten verwacht. Dat blijkt uit het nieuwe prognosemodel van de universiteit. De verwachting is dat er volgend jaar 1108 internationale studenten studeren aan de Nijmeegse universiteit, ten opzichte van de 953 van dit jaar. Wel worden minder eerstejaarsstudenten (bachelor en master) verwacht dan het huidige jaar (7577 tegenover 7817)
Als de voorspellingen uitkomen, groeit het aantal buitenlandse hbo-studenten van 42.000 nu naar 45.000 in het jaar 2030. Dat is vooral te danken aan de studenten van buiten Europa. De universiteiten trekken er meer, voorzien de ambtenaren. Het aantal Europese studenten neemt toe van 66.000 in 2023 naar 86.000 in 2030. Voor studenten van buiten Europa gaat het van 25.800 naar 33.500.
Krimp
Maar daar staat iets tegenover. ‘Er zijn de afgelopen decennia minder kinderen in Nederland geboren’, legt het ministerie uit. De daling van het aantal leerlingen treft inmiddels het mbo en voortgezet onderwijs.
Straks zijn de gevolgen ook voelbaar in het hoger onderwijs. De hogescholen zullen, alles bij elkaar, flink krimpen. Het aantal hbo-studenten gaat afnemen van 460 duizend nu naar 409.500 in het jaar 2030.
Dat zijn er 23.500 minder dan vorig jaar werd voorspeld. De krimp treft vooral de voltijdsbacheloropleidingen. De andere takken van het hbo (masters en tweejarige ad-opleidingen) blijven wel groeien.
In het wetenschappelijk onderwijs gaat het om een bijstelling van 18.600 studenten. De universiteiten groeien nog wel, maar niet zo hard als eerder gedacht. Als de voorspellingen deze keer raak zijn, komen er slechts enkele duizenden studenten bij. Voor 2030 worden 347.300 studenten verwacht.
Het ministerie moest de ramingen onder meer bijstellen doordat Nederlandse jongeren vaker een tussenjaar nemen dan voorheen. Die trend begon toen de nieuwe basisbeurs aan de horizon verscheen: jongeren namen een tussenjaar na de middelbare school om maximaal van de beurs te kunnen profiteren. Een jaar later lijkt het tussenjaar nog steeds populair, zodat er opnieuw minder eerstejaars studenten zijn.
Een andere reden voor de bijstelling is dat de ambtenaren hun ‘kristallen bol’ hebben veranderd. De methode is aangepast. Als het goed is, heeft het ministerie nu meer zicht op de verschillende groepen studenten van binnen en buiten Europa.
Politiek
PVV, NSC, VVD en BBB onderhandelen over het vormen van een nieuw kabinet. De ‘referentieramingen’ houden geen rekening met eventuele drastische maatregelen om de internationalisering te stuiten, bijvoorbeeld door het bacheloronderwijs weer vrijwel helemaal Nederlandstalig te maken.