Laleh (31): ‘De angst stopt me niet’

22 nov 2014

Laleh verliet Iran om in Nijmegen te promoveren. Ze is een scholar at risk. In haar moederland ontving ze bedreigingen. ‘Als je hiermee doorgaat, eindig je in de bak.’

De vrouw op de foto is niet Laleh. Foto: Erik van 't Hullenaar
De vrouw op de foto is niet Laleh. Foto: Erik van ’t Hullenaar

De snijdende kou voelde ze niet op die bewuste februaridag in 2014. Laleh (31) was door het dolle heen omdat ze na twee jaar haar vriend weer kon vasthouden. Welkom in Holland.

In een niet nader te noemen dorp in het midden van het land zou Laleh de komende jaren wonen. Samen met haar vriend, die een paar jaar eerder al in Nederland strandde nadat hij was gevlucht uit Iran. Laleh werd door het internationale hulpprogramma Scholars at Risk uitgenodigd in Nijmegen haar wetenschappelijke carrière voort te zetten. Ze twijfelde niet. Ook zij verliet haar geboorteland. Nu, negen maanden later, heeft ze haar onderzoeksvoorstel bijna afgerond.

Risico op arrestatie
‘In Iran zou ik dit onderzoek ook kunnen doen, alleen zou het nooit ergens gepubliceerd worden’, vertelt Laleh. Laleh is niet haar echte naam. Liever blijft de Iraanse anoniem, want ze is bang dat ze ook hier in de gaten wordt gehouden door het Iraanse regime. Het risico op arrestatie als ze weer voet op eigen bodem zet, wil ze niet lopen.
‘De publicatie van een onderzoek als het mijne zou worden tegengehouden’, vervolgt ze. ‘In eerste instantie zou de supervisor het waarschijnlijk afraden. Durfde hij het aan, dan zou het wel geweigerd worden door het magazine in kwestie.’

Het promotie- onderzoek van Laleh ligt gevoelig in fundamentalistische kring, het gaat namelijk over de manier waarop mannen en vrouwen worden afgebeeld in schoolboeken. Ze vergelijkt de illustraties in de Franse, de Nederlandse en de Iraanse schoolliteratuur. Wat je zou verwachten in een vrouwonvriendelijk samenleving wordt door Laleh pijnlijk aangetoond.
‘In Iraanse schoolboeken worden de stereotypen heel expliciet neergezet’, vertelt ze. ‘Je zult er geen plaatjes vinden van mannen en vrouwen die samenwerken of oogcontact hebben. Je ziet bijna nooit vrouwen op foto’s van sociale activiteiten.’

Wat dat zegt over jouw land?
Het onderwijssysteem probeert kinderen onder te dompelen in een vaststaande rolverdeling. Die van de onderdrukte vrouw. Door de stereotypes er vanaf het begin in te rammen, geloven kinderen dat dit het enige maatschappelijke model is en gaan ze zich ernaar gedragen.’

Geloofde jij ook in dat model?
‘Jazeker. Het is het islamitische model. Als meisje groei je op met het idee dat je een goede vrouw en moeder moet worden. Dat is je core business. Je moet dus uitkijken naar een geschikte man. Mijn ouders waren moslim. Mijn moeder bad vijf keer per dag en voor mijn twintigste verjaardag nam mijn vader me mee op bedevaart naar Mekka. Pas daar begreep ik dat religie door mensen is bedacht en niet door god. Ik zag zo veel verschillende soorten moslims, zo veel verschillende kledingstijlen en interpretaties van de islam. Op dat moment begon ik voor mezelf te denken.’

Je bent het niet eens met het inprenten van de stereotypes op scholen?
Nee. Het is aan de leraren om dit patroon te doorbreken. Goed onderwijs laat kinderen vrij denken en biedt ze de keus: volg ik de bestaande stereotypes of doe ik het anders? Het beeld dat wordt geschetst klopt namelijk niet. Ook in Iran zijn hoogopgeleide vrouwen, onafhankelijke vrouwen. Het is onze regering die dat plaatje liefst verborgen houdt. Het is een manier om een deel van het volk te onderdrukken. Waar het om draait is macht.’

Hoe verzette jij je in Iran tegen deze vorm van onderdrukking?
Ik werkte voor verschillende NGO’s. Gaf workshops over vrouwenrechten, democratie en seksisme. Maar het regime verbiedt dit soort werk. En als je in Iran iets doet wat verboden is, is het meteen een misdaad. Collega’s van mij zijn opgepakt en verdwenen in gevangenissen. Ik ontving bedreigingen: ‘Als je hiermee doorgaat, eindig je in de bak’. Toen ben ik ermee opgehouden. Althans, officieel. Ik hoor bij geen enkele NGO meer. Maar in het geheim en onder een andere naam zet ik me nog altijd in voor vrouwenrechten.’

De vrouw op de foto is niet Laleh. Foto: Erik van 't Hullenaar
De vrouw op de foto is niet Laleh. Foto: Erik van ’t Hullenaar

Ben je bang?
‘Ik ben bang, maar de angst zal me niet stoppen. Dat zeggen alle activisten tegen zichzelf. Hier in Nederland voel ik me veilig, maar in Iran was ik altijd op mijn hoede. Op een dag stonden er allemaal politieagenten voor mijn studentenflat. Ik was ervan overtuigd dat ze voor mij kwamen, heb meteen mijn laptop gepakt en allerlei documenten weggegooid. Bleek dat er een of ander bezoek van een minister aan onze universiteit was. Vandaar die mannen…
In Iran kun je overal voor gearresteerd worden. De definitie van misdaad is nogal ruim. Voorbeeld: de Iraanse journalist Marzieh Rasouli werd deze zomer veroordeeld tot twee jaar gevangenisstraf omdat ze antiregeringspropaganda zou verspreiden. Ze zou een spion zijn, samenwerken met de BBC. Bewijs voor de beschuldigingen is er niet. En een andere vrouw, Ghoncheh Ghavami, is achter de tralies gezet omdat ze een volleybalwedstrijd bijwoonde. Ze protesteerde daarmee tegen het verbod op vrouwen in stadions. De vrouw heeft de Britse en de Iraanse nationaliteit. Ze is veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf en zit in een isoleercel. Belachelijk, ze heeft niets verkeerds gedaan. De regering doet er alles aan om het beeld te verspreiden dat ze alles onder controle heeft. Begin november is Ghavami in hongerstaking gegaan.’

Waarom moest je vriend het land ontvluchten?
Tijdens de verkiezingen van 2009 voerde hij campagne voor een andere presidentskandidaat. Toen Mahmoud Ahmadinejad aan de macht kwam, werd iedereen die tegen hem was geweest, opgepakt. Mijn vriend is gevlucht voor de politie.’

En jij stortte je op je studie.
Ik studeerde Franse literatuur aan een Iraanse universiteit. Las Simone de Beauvoir. Ik ben altijd geïnteresseerd geweest in genderissues, maar als je in Iran genderstudies doet, moet je binnen de islamitische kaders blijven. De opvatting is dat mannen en vrouwen gelijkwaardig geschapen zijn, maar dat ze biologisch van elkaar verschillen en vrouwen dus andere rechten en sociale omgangsvormen hebben dan mannen. Dat is onze Iraanse waarheid. In dorpen vertoont een vrouw zich ’s avonds niet op straat. Het dragen van een hijab is verplicht. Er zijn plekken waar je zelfs een chador moet dragen.’

Was het wennen om in Nederland op straat te lopen?
‘Nee, dat kwam vrij dicht bij mijn ideaal. Hier voel ik respect. Ik ben nog nooit seksueel geïntimideerd. In Iran wel. Daar roepen mannen je na. Dat ze van alles met je willen doen. Het is je eigen schuld, vinden ze. Had je je maar beter moeten bedekken.
Nederlanders zijn relaxter. Stel dat je een in een volle kroeg je tas in een gangpad staat, dan zal een Nederlander er gewoon overheen stappen. Een Iraniër gaat mopperen. De constante onderdrukking van Iraniërs maakt dat ze geïrriteerd zijn.’

Zijn mannen en vrouwen in Nederland gelijk vind jij?
‘Dat vind ik lastig te zeggen. Ik ga nog weinig om met Nederlanders, kom niet bij de mensen thuis en weet niet hoe ze leven. Er is hier een grote Iraanse gemeenschap, daar maak ik deel van uit. Maar uiteraard zijn hier ook stereotypes die hun basis vinden in genderverschillen, die heb je namelijk overal.’

Hoe bevalt de Radboud Universiteit?
‘De sfeer is hier zo veel opener dan op Iraanse universiteiten. Als je onderzoek wilt doen, krijg je steun van docenten. In Iran ben je veel meer op jezelf aangewezen. Ik kan de boeken lenen die ik wil, vrij op het internet surfen. Ik voel me hier prettig. Momenteel leer ik de taal, ik wil leren van deze samenleving en hoop er op termijn echt deel van uit te maken. Het liefst vind ik na mijn promotie een baan als onderzoeker. Lesgeven ligt me ook. In Iran gaf ik privéles: Spaans en Frans. Natuurlijk probeer ik in Nederland werk te vinden, maar ik weet ook dat dat heel moeilijk zal worden. In Iran zal ik nooit professor worden. Ik kom niet uit de juiste religieuze familie en ik kan niet aantonen dat ik aanhanger ben van het regime, want dat ben ik niet.’

Wil je terug naar Iran?
‘Ik zal hier een jaar of vijf blijven, daarna weet ik het echt niet. Mijn vriend verblijft als vluchteling in Nederland. Hij werkt als journalist voor een radiostation en kan nooit terug naar Iran. Dat is moeilijk. Ik vind Nederland leuk, maar Iran ook. Ik wil niet vervreemden, de voeling met mijn land behouden.’

Hoe was het om met je vriend herenigd te worden?
‘Ik heb gehuild. In twee jaar tijd hadden we elkaar één keer gezien, in een ander land. Het was fantastisch om weer bij hem te zijn. Die eerste maanden samen in ons Hollandse dorpje waren de mooiste van mijn leven.’ / Annemarie Haverkamp

SCHOLARS AT RISK is een internationaal netwerk. Wetenschappers die in hun eigen land worden bedreigd vanwege hun kennis en gedachtegoed, kunnen (tijdelijk) elders werken. De kosten daarvoor draagt Scholars at Risk. Wetenschappers kunnen zelf een beroep doen op het netwerk of gevraagd worden. Wereldwijd participeren meer dan 350 hoger onderwijsinstellingen in 35 landen. Sinds de oprichting in 2000 zijn meer dan 400 wetenschappers in veiligheid gebracht en hebben honderden anderen een vorm van bijstand ontvangen.

0 reacties

  1. Marinu schreef op 23 november 2014 om 15:40

    Indrukwekkend verhaal, welkom in Nederland en aan de RU! =) Je onderzoek over gender stereotiepen in schoolboeken lijkt me ontzettend interessant, succes ermee!

  2. M. schreef op 24 november 2014 om 17:18

    Dit verhaal toont maar weer eens aan dat het Westen er juist aan doet om continu druk te zetten op het Iraanse regime door middel van sancties, zodat het regime ooit hopelijk van binnenuit implodeert en Iran als een democratische rechtstaat kan worden opgebouwd.

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!