Een programmeertaal leren is meestal niet iets waar biologiestudenten warm voor lopen. Om het toch leuk te maken, bedacht docent Jelle Hilbers een digitale escape room. Studenten moeten, al programmerend, een raadsel oplossen: waar is de verdwenen studente Ana?

Biologiestudenten kiezen over het algemeen niet voor de studie biologie omdat ze het zo leuk vinden om een programmeertaal te leren. ‘Maar ze hebben die programmeervaardigheden steeds meer nodig om data-analyses te kunnen uitvoeren’, vertelt Jelle Hilbers. ‘Het enige wat je dan als biologiedocent kunt doen, is proberen het vak zo leuk mogelijk te maken.’

Universitair docent Hilbers besloot daarom de onderwijsvorm ‘escape room’ te introduceren bij zijn cursus Introduction to R programming in Biology. ‘Studenten moeten samen een soort programmeerspel doen om zo een raadsel op te lossen’, licht hij toe. ‘Onderweg passen ze toe wat ze eerder hebben geleerd.’

360 gradencamera

De escape room bestaat niet echt, het is een digitale variant. Maar wie het spel speelt, waant zich op de universiteit, omdat daar de meeste beelden zijn geschoten. Hilbers kreeg vorig jaar een Comeniusbeurs voor onderwijsinnovatie, en schakelde daarvan het Radboud Creative Collective in om de escape room vorm te geven. Studente Elyse Kruit schreef namens dat collectief het script en ging met een 360 gradencamera de campus over om plekken in beeld te brengen.

‘De escape room gaat over studente Ana die is verdwenen’, vertelt Kruit die zelf geen biologie maar commerciële communicatie studeert. ‘Ik heb onder meer opnames gemaakt in een collegezaal, in de wc’s van het Huygens, op een studentenkamer – mijn eigen – en op de redactie van Vox. Daar is Ana geweest en in al die ruimtes hangen aanwijzingen voor de mensen die het spel spelen. Zo kunnen ze Ana uiteindelijk terugvinden.’

‘Programmeren is net als het leren van een gewone taal. Je wordt er beter in als je de taal vaker spreekt’

Het verhaal over Ana telt zeven hoofdstukken, die studenten in de zeven weken dat ze het programmeervak volgen doorlopen. De programmeertaal die ze moeten toepassen om verder te komen in het spel heet R en wordt door biologen en andere wetenschappers gebruikt om grote datasets te analyseren. De programmeeropdrachten in het spel zijn geschreven door Hilbers.

‘Eigenlijk werkt het net als met het leren van een gewone taal, zoals bijvoorbeeld Spaans’, zegt hij. ‘Je wordt er beter in als je de taal vaker spreekt.’ Hij hoopt dan ook dat studenten door te oefenen met de escape rooms de programmeertaal makkelijker onder de knie krijgen.

Mond-tot-mondreclame

Na de zomervakantie gaat een groepje studenten de eerste versie van de escape room testen. Zo nodig worden er daarna nog dingen aangepast. Overigens zijn het niet alleen biologen in spe die het vak Introduction to R programming in Biology volgen. Al een paar jaar ziet Hilbers ook studenten van andere opleidingen aanschuiven, zoals psychologie.

‘Ik weet niet precies waardoor dat komt’, zegt hij. ‘Ik vermoed dat het mond-tot-mondreclame is. Dat studenten elkaar vertellen dat dit een goede cursus is als je R (het programmeerprogramma, red.) wilt leren. Het eerste jaar dat ik dit vak coördineerde, in 2019, hadden we dertig deelnemers. Nu geven we hem elk kwartaal en komen er telkens meer dan 130 studenten.’

Wat de docent betreft wordt de cursus in de toekomst dan ook universiteitsbreed aangeboden. De escape room krijgt dan een nóg groter bereik.