Liever geen vrouwendag zonder mannen

08 mrt 2016

Voor de jaarlijkse vrouwendag-lunch op de Radboud Universiteit zijn alleen vrouwen uitgenodigd. Hoezo, vraagt filosoof en promovendus Fleur Jongepier zich af. ‘Dit gaat ons allemaal aan.’

Illustratie: Roel Venderbosch
Inderdaad, het poppetje in deze Vox-illustratie is een man… Dank voor je oplettendheid Fleur Jongepier! (Een vrouwelijke variant hebben we niet voorhanden). Illustratie: Roel Venderbosch

Het is mooi te zien dat er de laatste tijd veel aandacht is voor genderongelijkheid. Die aandacht komt grotendeels voort uit onvrede, bijvoorbeeld over het ‘vrije wil’-congres met een lijst sprekers waar vrouwelijke experts schitteren in afwezigheid. Of neem de conferentie, de ‘G10 van de Economie en Filosofie’ met 18 sprekers waarvan 0 vrouwen (en 0 niet-witte sprekers). Zoals Ionica Smeets in haar column in de Volkskrant concludeerde: ‘Voor echte lezingen moet je natuurlijk bij mannen zijn.’

Als reactie op deze all-male conferenties riepen vrouwelijke redacteuren van Filosofie Magazine onlangs de hashtag #ikschrijf in het leven, een initiatief dat voortkomt uit het ‘vrouwifest’. Ook nieuw is Athena’s Angels: vier vrouwelijke hoogleraren komen op  voor de belangen van vrouwen in de wetenschap. Daarnaast is er de kersverse Lezeres des Vaderlands, die bijhoudt hoe ongelooflijk weinig aandacht er in de boekenbijlages is voor vrouwelijke schrijvers. Kersvers is ook het blog Vileine.com (‘Een moderne feministe heeft nu dus geen idee wat ze met haar bh of okselhaar moet’).

Valt u iets op?

Het zijn allemaal initiatieven over vrouwen door vrouwen. Niet zo gek, natuurlijk. Degenen die aan het ‘ontvangende eind’ zitten van onrechtvaardigheid (minder betaald krijgen voor dezelfde baan, minder snel worden uitgenodigd als spreker, als agressief of autoritair worden gezien wanneer slechts mondig, bij sollicitaties gevraagd wordt of ze misschien ooit baby’s willen, of bij presentaties worden voorgesteld met de bijzin: ‘ze is ook nog moeder van twee!’), zijn vaak ook degenen die het onrecht als eerste opmerken en daarmee eerder het probleem aan de kaak kunnen stellen.

Onwenselijke bijeffecten
Maar ‘voor en door’ initiatieven kunnen soms onwenselijke bijeffecten hebben. Namelijk, de uitsluiting van mannen. En daarmee komen we in een cirkel terecht, want als genderongelijkheid iets is dat ‘wij vrouwen’ moeten oplossen, en waarvan mannen expliciet of impliciet worden uitgesloten, wordt genderongelijkheid alleen maar groter en de opgetrokken wenkbrauwen bij het woord ‘genderongelijkheid’ of ‘feminisme’ alsmaar hoger.

Voor-ons-door-ons is vaak heel goed bedoeld, maar schiet soms ook (niet altijd!) in het verkeerde keelgat. Er wordt vaak afgegeven op mannen wanneer er niet genoeg vrouwen in panels of workshops zijn, maar mannen de schuld geven heeft weinig zin, en is ook gewoon vaak misplaatst. (Zie ook mijn eerdere blog op Bij Nader Inzien over hoe er o.a. werd gereageerd op een column van Bert Wagendorp over Beatrice de Graaf.) Want: vrouwen zijn net zo goed gevoelig voor impliciete, seksistische biases. Als vrouwen uit een verzameling identieke (!) cv’s moeten kiezen, kiezen ze óók vaker voor Jan in plaats van Jantine (of voor Jan in plaats van Mohammed). Het is dus, in veruit de meeste gevallen, niet de schuld van mannen, maar van het menselijke onderbewuste dat handelen op basis van stereotypes handig en efficiënt vindt, ook als onrechtvaardigheid hiervan het gevolg is.

Vrouwelijke medewerkers
Laat me ter illustratie een concreet voorbeeld noemen. Onlangs ontving ik een uitnodiging voor de viering van de Internationale Vrouwendag 2016 van het Instituut Gender Studies van mijn universiteit. Ik werd onder andere uitgenodigd voor de lezing ‘Vrouwen naar de top: why so few?’ en een daaraan voorafgaande lunch. Het einde van de mail ging als volgt:

Poster van de Radboud Universiteit.
Poster van de Radboud Universiteit.

‘Hoewel de organisatie getracht heeft alle vrouwelijke medewerkers van de universiteit persoonlijk te benaderen, kan het zijn dat één van uw collega’s de uitnodiging niet in haar mailbox heeft ontvangen. In dit geval verzoeken wij u deze naar haar door te sturen. Bij voorbaat dank!’

Eerst moest ik nog even giechelen, daarna werd het me ernst. Hoezo, alle vrouwelijke medewerkers persoonlijk benaderen? Dus ik mailde de organisatie en vroeg: ‘Dit is toch ook (juist) iets wat onze mannelijke collega’s aangaat?’ Ik kreeg dit antwoord:

‘De lezing is voor iedereen vrij toegankelijk en dus ook zeker voor mannelijke collega’s. Vanwege budget technische redenen is de lunch echter alleen toegankelijk voor vrouwelijke werknemers.’

Oei.

Het leek me, schreef ik terug, vanzelfsprekend dat de lezing voor iedereen vrij toegankelijk was. Dat was niet de vraag. De vraag was waarom de organisatie trachtte ‘alle vrouwelijke medewerkers persoonlijk te benaderen’ , in plaats van, simpelweg, alle medewerkers. De zogenaamde ‘budget technische redenen’ is dan ook larie. Mannen niet benaderen voor de lezing, laat staan uitsluiten van de lunch, kan nooit een budget technische keuze zijn, maar altijd een inhoudelijke.

Begrijp me niet verkeerd, schreef ik terug, ik ben er helemaal voor om onder meer het gebrek aan vrouwen aan de top aan te pakken. Waar ik me zorgen over maak is dat dit vaak wordt gepresenteerd als een probleem waarover we vooral – laat staan alleen – met vrouwen in discussie moeten gaan. Meer in het algemeen is het onderliggende thema, het bestaan van vooroordelen, iets wat ons allemaal aangaat. Neem ook alle vooroordelen over mensen met een niet-blanke huidskleur. Dat probleem is duidelijk niet alleen op vrouwen van toepassing.

Probleem van ons allemaal
Mijn zorg is dat pro-vrouwen initiatieven vaak, bedoeld of onbedoeld, gepaard gaan met impliciete of expliciete anti-mannen sentimenten.

Het gevaar is volgens mij duidelijk (en heeft zijn intrede al gedaan). Namelijk, dat mannen zich gepasseerd voelen. En ze voelen zich gepasseerd, omdat ze gepasseerd worden. Genderongelijkheid is niet ‘hun ding’. Het is ‘ons ding’, dat wil zeggen, ‘ons’ als in ‘wij vrouwen’. Maar willen we met het onkruid ook de wortels van seksisme daadwerkelijk uitroeien, moeten we erkennen dat dit niet alleen het probleem is van ‘ons vrouwen’ maar van ‘ons allemaal’.

Ik wil niet met een kritische noot eindigen, dus: hoe moet het dan wel? Ten eerste: een gezonde dosis humor doet het altijd goed. Zo is er de website ‘Congrats, you have an all male panel!’ of rentaminority.com (‘Get Ethics with Our Ethnics: Hire a Minority’). Ik kan daar hartelijk om lachen, en ik denk dat het op een goede manier iets pijnlijks aan de kaak stelt.

We kunnen wel heel vaak zeggen dat feminisme van iedereen is, maar dan moeten we ook actief proberen ervoor te zorgen dat het van iedereen wordt. Wat we nodig hebben zijn misschien niet zozeer meer lezingen voor vrouwen door vrouwen, maar meer lezingen over wat onbewuste oordelen precies zijn en hoe we deze kunnen veranderen (door psychologen, filosofen, communicatiewetenschappers of bijvoorbeeld juristen—geslacht irrelevant). Maar denk ook aan procedurele stappen die opgaan voor man én vrouw. Het is bijvoorbeeld cruciaal dat tentamens anoniem worden nagekeken en sollicitaties anoniem worden beoordeeld zodat vooroordelen er niet in kunnen sluipen. Een nog beter idee is om een cursus of workshop te organiseren over impliciete oordelen en hoe, bijvoorbeeld, sollicitatiecommissies zich daar het beste tegen kunnen wapenen. Of doe eens gek, nodig eens een stel mannen uit op een georganiseerde ‘vrouwendag’ (en noem het anders); laat mannen schrijven in een 100% vrouw-editie van een tijdschrift, enzovoorts.

Dan is er nog het Zweedse initiatief waarop een Twitteraar mij onlangs attent maakte, genaamd ‘Tacka Nej’ en de bijbehorende hashtag #TackaNej. Vertaald: ‘#neebedankt’:

Scandinavian Men Say No, Thanks to All-male Panels
Even in Scandinavia, well known for its large female political representation, public debate is dominated by men. Business conferences with a 100 percent male speaker lineup are not rare. Some of these men are tired of debating only men, and are taking action to change it.’

logoHet idee van #TackaNej is dit: word je als man ergens voor uitgenodigd? Kijk, of vraag, dan eerst even naar de rest van het programma. Zijn er geen vrouwen uitgenodigd? Dan: #neebedankt. Is er nog geen programma bekend gemaakt? Vraag dan aan wie ze zitten te denken, of stel voor om mee te denken (of als je sowieso niet kunt, geef ze een paar namen van zowel vrouwelijke als mannelijke collega’s). Of zeg simpelweg onder voorbehoud toe, in afwachting van het programma. Voeg eventueel een link toe naar de website vriendelijkbedankt.nl. Die website bestaat nu nog niet, maar hopelijk binnenkort wel.

En weet je wat nou leuk is? #TackNei werd bedacht door drie mannen.

Fleur Jongepier promoveert aan de Radboud Universiteit op een proefschrift over zelfkennis. Ook blogt ze voor de filosofieblog Bij Nader Inzien.

0 reacties

  1. azerty schreef op 8 maart 2016 om 13:56

    Feminisme is per definitie iets wat niet voor beide geslachten is.
    Als je de gelijkwaardigheid tussen Giraffen en Zebra’s wilt beschrijven noem je dat ook niet naar een van beide dieren.

  2. Marian schreef op 8 maart 2016 om 15:39

    Ik zat bij de lezing en ik dacht ook; waar zijn de mannen (met name uit de Radboud-top)? Emancipatie vind ik eigenlijk meer iets voor mannen. De dolle mina fase zijn we toch wel voorbij. Dus ja, vrouwendag is voor mij meer solidariteit betuigen met alle wereldvrouwen die aan het overleven zijn.

  3. Ydo Ehlers schreef op 8 maart 2016 om 16:24

    Oh…
    Dan mag ik als man uit Nijmegen zeker ook niet op een damesfiets naar de kroeg om daar een Amsterdammer te bestellen?
    En Goudse kaas?

    Semantische muggenzifterij die ook nog eens de plank mis slaat misstaat in elke reactie.
    Het woord feminisme staat al meer dan 100 jaar in de woordenboeken. De definitie is in de loop der tijd flink gewijzigd is, en wellicht zou een herziening op zijn plek zijn, maar niet op basis van een (slechte) vergelijking.

    Maar goed, voor wat betreft je vergelijking.
    Als je gelijkwaardigheid wilt beschrijven tussen Q en W is het gebruiken van enkel Q of W de eerste stap om die gelijkwaardigheid of te breken.
    Daar heb je een punt.

    Echter, Feminisme is juist ontstaan uit ongelijkwaardigheid, dus dat punt gaat hier niet op.

    En verder wil feminisme helemaal geen situatie ‘beschrijven’ als een objectieve waarnemer, maar juist actief verandering in die situatie aanbrengen.

    Wellicht had je de energie om te reageren beter kunnen steken in het lezen over feminisme.

    • azerty schreef op 8 maart 2016 om 17:42

      Dit is volgens mij geen tentamenvraag waarop je het antwoord niet weet en maar zoveel mogelijk “in je hoofd gerelateerde dingen” bij elkaar gooit om er nog iets van te maken.

      Als dat wel je bedoeling was dan heb je nog niks getypt over zowel zebra’s als giraffen fyi.

Geef een reactie

Vox Magazine

Het onafhankelijke magazine van de Radboud Universiteit

lees de laatste Vox online!

Vox Update

Een directe, dagelijkse of wekelijkse update met onze artikelen in je mailbox!

Wekelijks
Nederlands
Verzonden!