Minister Jet Bussemaker deelde vandaag een pluim uit aan de Radboud Universiteit voor haar hulp aan de Heumensoord-bewoners. ‘We moeten samen met universiteiten kijken hoe we asielzoekers zonder status een vorm van onderwijs kunnen aanbieden.’

Asielzoekers uit Heumensoord die deelnemen aan de lezingenreeks van de Radboud Universiteit hadden vandaag een wel heel bijzondere spreker: Jet Bussemaker. De minister van onderwijs kwam op eigen initiatief naar het Grotiusgebouw voor een lezing in de reeks Food for Thought, georganiseerd door de rechtenfaculteit.

‘Ik vind het belangrijk dat we de dialoog met de vluchtelingen aangaan’, zei Bussemaker daarover na afloop van de lezing. ‘Als lid van de Nederlandse regering wil ik laten zien dat we de vluchtelingen niet wegstoppen in asielzoekerscentra. Zij hebben onze aandacht en wij gaan graag met ze in gesprek.’ Ook over de rechten van vrouwen, homo’s, lesbiennes, biseksuelen en transseksuelen, benadrukte Bussemaker. Afgaande op de vragen uit het publiek waren de asielzoekers echter vooral geïnteresseerd in praktische zaken, zoals het volgen van Nederlandse les en het erkennen van diploma’s.

Toejuichen
Met het grootste asielzoekerscentrum van Nederland in haar achtertuin ontplooit Nijmegen tal van initiatieven voor vluchtelingen. Ook de Radboud Universiteit doet daaraan mee, onder meer met Food for Thought. ‘Ik juich het toe dat asielzoekers door het volgen van colleges worden gestimuleerd om bezig te blijven. Anders zitten ze alleen maar te wachten. Het kan bovendien een mooie opstap zijn naar echt onderwijs als ze een status hebben.’

Het niet hebben van die verblijfsstatus is nu juist de grootste belemmering voor asielzoekers in Heumensoord om te mogen studeren. Volgens de wet mogen alleen erkende vluchtelingen studeren. Die grens moet duidelijk zijn, vindt Bussemaker.

Toch worden op kleine schaal vluchtelingen uit Heumensoord toegelaten tot Nijmeegse collegezalen, zij het dat ze daarmee geen studiepunten kunnen verdienen. Bussemaker: ‘Goed dat de academische gemeenschap ook een vrijwillige bijdrage levert. We moeten met de universiteiten kijken hoe we asielzoekers zonder status een vorm van onderwijs kunnen aanbieden, naast bestaande trajecten voor reguliere studenten.’ / Mathijs Noij