Mensen prevelen vooral
Mensen spreken tijdens een alledaags gesprek meer dan de helft van de woorden niet goed uit. Ook ontbreekt gemiddeld één lettergreep per vijf woorden. Dat concludeert Barbara Schuppler, die maandag promoveerde aan de Radboud Universiteit. Zij deed onderzoek bij het Centre for Language Studies.
De Oostenrijkse gebruikte als data tien opgenomen dialogen tussen verschillende mensen. In een geluidsvrije kamer voerden de proefpersonen eerst veertig minuten een spontaan gesprek. Hierop volgde ter controle een rollenspel met dezelfde tijdsduur.
Schuppler, die natuurkunde en Spaans studeerde in Graz, hoopt dat haar onderzoek kan bijdragen aan betere spraakherkenning door computers. ‘De meeste huidige modellen gaan er vanuit dat mensen alles perfect uitspreken. De variatie in spontane spraak is hier nog niet in geïntegreerd. Om dat mogelijk te maken, moesten we die variatie eerst in getallen uitdrukken. Dat hebben we nu gedaan. Hierdoor zijn we in staat om het te automatiseren en in software te stoppen.’
Tevens stelde Schuppler situaties vast waarin mensen delen van woorden niet (helemaal) uitspreken. ‘Soms slikken mensen bijvoorbeeld de t op het einde van een woord in. We weten nu wanneer dat vaker gebeurt. Als het een grammaticale functie heeft, zoals in loopt, zorgen ze ervoor dat ze de t uitspreken. Terwijl bijvoorbeeld kast vaker als kas wordt uitgesproken.’
Op dit moment hebben computers nog moeite met de normale spreektaal. In de toekomst zal dat anders zijn, verwacht Schuppler. ‘Ik schat dat over twintig of dertig jaar computers ook spontane gesprekken probleemloos kunnen registreren.’ /Erik Arends