Mentorenbegeleiding: ook intro-ouders moeten alert zijn op ongewenst gedrag
Gisteren en vandaag krijgen 1200 mentoren ‘les’ in het ouderschap. Hoe kunnen ze volgende week een zo goed mogelijke vader of moeder zijn voor hun kinderen? Matthijs Kraijo heeft de leiding over de trainers en de voorbereidingsdagen.
‘Stelling: een avondje blowen tijdens de intro moet kunnen.’ Mentortrainer Tieze kijkt zijn groepje rond. ‘Wat vinden jullie? Wel of niet?’
De aanstaande mentoren verplaatsen zich door het kamertje in het Grotiusgebouw. De meesten gaan staan in de ‘niet’-hoek. Slechts één mentor loopt naar de andere kant, naar ‘wel’. Er volgt een discussie over het verschil tussen blowen en drinken en de invloed op de sfeer in de mentorgroep. Niet iedereen vindt dat er een verschil is.
Oppertrainer
Gisteren en vandaag worden 1200 mentoren klaargestoomd voor een van de drukste weken van het jaar: de introductie. Aan de hand van stellingen en cases oefenen ze situaties die zich straks kunnen voordoen. Denk aan eerstejaars die geen aansluiting vinden bij hun groepje, (te) dronken worden of medische hulp nodig hebben.
‘Ik ben nog altijd bevriend met een paar mensen die ik tijdens mijn intro heb ontmoet’
De bijscholing van de mentoren is in handen van 21 trainers – allemaal ex-mentoren – die afgelopen weekend zelf ook twee dagen instructie kregen om de papa’s en mama’s zo goed mogelijk te begeleiden. Oppertrainer van het geheel is alumnus Matthijs Kraijo. ‘Ik ben in januari al begonnen met de voorbereidingen’, vertelt hij.
Hij was verschillende malen mentor, klom toen op tot mentortrainer en stuurt nu de hele groep aan. Inmiddels werkt hij zelf ook op de Radboud Universiteit als marketing- en communicatiespecialist.
Grenzen
‘Belangrijk tijdens de intro is dat je nieuwe studenten niet over hun grenzen duwt, maar ze toch nieuwe dingen laat doen’, vindt hij. Hij herinnert zich hoe hij zelf als ventje uit de provincie tijdens zijn intro voor het eerst een hele nacht ging stappen in de grote stad Nijmegen. ‘Ik weet nog steeds hoe dat was. En ik ben nog altijd bevriend met een paar mensen die ik toen heb ontmoet.’
Een voorwaarde voor een geslaagde intro is dat de eerstejaars zich op hun gemak voelen in hun introgroepje. Vandaar dat er tijdens de training van de mentorouders zoveel aandacht is voor alcohol, drugs en sociale veiligheid. Jointjes roken kan voor de een leuk zijn, maar als de sfeer in de groep daardoor suf wordt, is het dus geen aanrader. Datzelfde geldt voor het al te enthousiast drinken van bier. Alle mentoren hebben bovendien een intentieverklaring moeten ondertekenen waarin ze beloven hun introlopers niet aan te zetten tot drank en drugs.
Gedragscode
‘Er is dit jaar een evenementenapp waarin precies staat wat mentoren moeten doen als er echt iets misgaat’, vertelt Kraijo. De trainer die in het zaaltje in het Grotius zijn groep instrueert, neemt de verschillende stappen vast door met zijn mentoren: een medementor inschakelen, indien nodig de hulpdiensten bellen of een mentorkind dat iets naars heeft meegemaakt bijvoorbeeld doorverwijzen naar de vertrouwenspersoon. ‘We staan er dit jaar extra bij stil wat grensoverschrijdend gedrag is’, zegt Kraijo. ‘Dat heeft te maken met de nieuwe gedragscode op de universiteit, maar ook met de actualiteit.’
Aan het eind van de donderdagmiddag zijn de mentoren klaargestoomd voor de introductie. Voordeel is dat de mentoren van verschillende opleidingen elkaar door de training ook hebben leren kennen, aldus Kraijo. ‘De intro wordt pas leuk als zij er echt zin in hebben. Daar helpen deze instructiedagen ook bij.’
hh schreef op 22 augustus 2022 om 16:37
om een goed voorbeeld te geven in de context van inclusief taalgebruik zou het beter zijn om niet ‘vader of moeder’ (3e regel) maar gewoon ‘ouder’ te schrijven