Gisterenavond werd de Studentenkerk tijdelijk omgedoopt tot spiritueel meditatiecentrum, onder leiding van volgelingen van Thich Nhat Hahn, een boeddhistische orde geworteld in Vietnam. In hun toer door Nederland maakten de monniken gisteren hun Nijmeegs debuut.

Liefst 75 voornamelijk studenten schoven gisteren aan voor een vegetarische maaltijd, genoten in de traditie van ‘potluck’, het delen van door iedereen zelf ingebracht eten. In het nagesprek gingen de drie uitgenodigde monniken en een non in gesprek met de studenten om hun boodschap te verduidelijken.

De monniken en nonnen maken hun toer op uitnodiging van Wake Up, een wereldwijd netwerk van jongeren geïnspireerd op het boeddhisme van Thich Nhat Hahn. De orde is inmiddels uitgeweken naar Zuid-Frankrijk, een leefgemeenschap van tweehonderd volgelingen die de wereld een boodschap van vrede verkondigt.

Toenemende stress

Anneke Comello van Wake Up, alumnus geschiedenis van de Radboud Universiteit, noemt de tournee een welkome tegenstem aan de gehaaste wereld waarin de studenten verzeild zijn geraakt. ‘Bij de activiteiten van Wake Up zien we een toename aan studenten, die niet meer weten hoe ze tot rust moeten komen.’ Comello snapt ook wel dat soms haast is geboden, maar stelt vast dat velen de aan-uit-knop zijn kwijtgeraakt. ‘Die hollen maar door, ook in het hoofd, ook als er rust is geboden.’

‘We lopen vaak te hard, en aan elkaar voorbij’

In het nagesprek wezen de monniken en de non op het vele moois waar we in het leven van kunnen genieten, maar onvoldoende bij stilstaan. ‘Ik kwam er pas achter toen ik mijn oude leven achter me liet en ging samenleven met mijn spirituele vrienden’, aldus een van de monniken. Een ander: ‘Ik leefde vooral voor mezelf en voor het geld. Door veel oefening en meditatie heb ik een heel andere kijk op het leven gekregen.’

De avond werd afgesloten met een wandelmeditatie, een rondje rondom de Studentenkerk. In stilte. En in het langzaamste tempo waarin ooit een rondje werd gelopen. Zo kan het ook, zei Anneke Comello na afloop. ‘We lopen vaak te hard, en aan elkaar voorbij.’