In het nieuwe medezeggenschapstelsel verliezen de koepelverenigingen hun vaste zetels. Als studentenpartij V.O.S. hopen zij dit jaar alsnog een plekje in de universitaire studentenraad te veroveren – nu volledig via de democratische weg.

Het was een valse start vorig jaar: iets meer dan een maand nadat Verenigd Onder Studentenbelang (V.O.S.) zich officieel had gemeld als verkiesbare partij voor de studentenraadverkiezingen, kon er al weer een streep door het plan.

Na het ter ziele gaan van asap vorig jaar leek het alsof AKKUraatd (nu AKKU) de enige overgebleven studentenpartij zou zijn bij de verkiezingen. Om studenten toch nog iets te kiezen te geven zouden de koepels, verenigd in V.O.S., niet alleen hun vaste zetels in de Universitaire Studentenraad (USR) innemen, maar ook meedingen naar de verkiesbare zetels. Die constructie werd gedoogd door het college van bestuur en AKKUraatd. Tótdat Green+, de Knokpartij en later ISEC ook een lijst indienden – toen mocht V.O.S. alsnog niet meedoen.

Teleurstellend

‘Dat was teleurstellend’, blikt Derk Wijkamp terug. Wijkamp is medeoprichter van de partij, die zich vooral hard maakt voor de actieve student. ‘Ons programma was af, er was een kieslijst en we hadden de campagne al voorbereid.’ Aan de andere kant stelt Wijkamp dat het huidige collegejaar een transitiejaar zou worden – het idee was dat V.O.S. in deels verkozen en deels aangewezen zetels zou innemen. ‘Het plan was om in 2024 volwaardig mee te doen.’

Wat volgde was een jaar waarin achter de schermen druk aan de statuten werd gewerkt en het fundament van de partij werd gelegd. In de tussentijd werd er – mede op verzoek van V.O.S. – door de USR gewerkt aan een plan om de medezeggenschap om te gooien. Met succes: voor de aankomende verkiezingen bestaat de USR niet langer uit acht, maar uit veertien verkozen zetels.

‘Een hoger opkomstpercentage is altijd goed voor het democratische gehalte van de verkiezingen’

Dat betekent ook dat de koepelverenigingen niet langer zeker zijn van zes zetels, maar dat ze net als de andere partijen moeten meestrijden om verkiesbare plekken. Bij V.O.S. zijn ze er niet ongerust over. ‘Wie zegt dat we maar voor zes zetels gaan?’, zegt Wijkamp met een knipoog. ‘We hebben voldoende mensen die de USR in willen. Ons doel is zo veel mogelijk zetels te halen.’

Achterban

Die stemmen moeten vooral vanuit de achterban komen, weet partijgenoot Bente Huntjens. ‘De lijntjes met de verenigingen die onder de koepels vallen zijn kort. Hoewel wij ons voornamelijk op de actieve student richten, staan we ook voor het algemene studentenbelang. Dus ook buiten de eigen achterban zijn we aantrekkelijk voor studenten, daarom voeren we ook gewoon campagne – net als de andere partijen.’

USR-voorzitter Jasmijn de Groot sprak eerder al de hoop uit dat met het nieuwe stelsel het opkomstpercentage bij de verkiezingen omhoog gaat. Vorig jaar was dat met 14 procent historisch laag. ‘Dat zou inderdaad mooi zijn’, zegt ook Huntjens. ‘Een hoger opkomstpercentage is goed voor het democratisch gehalte van de verkiezingen.’

‘Ons karakter is minder activistisch dan de andere partijen’

Aan keuze in ieder geval geen gebrek. Ook ISEC, Green+, AKKU en de Knopartij doen weer mee aan de verkiezingen. Waarin verschilt V.O.S. van de rest? In het partijprogramma, dat later deze maand officieel bekend wordt, zijn vier hoofdpijlers: studentbestuurders, voorzieningen en faciliteiten voor verenigingen, een actief en waardevol studentenleven en een bruisende campus.

Wijkamp: ‘Wij staan vooral voor het verenigingsleven en voor studenten die meer willen doen naast hun studie. Ons karakter is wat dat betreft ook wat minder activistisch dan de andere partijen.’